Herhalen Lineaire en Annuïteiten Hypotheek

- Lineaire Hypotheek
- Annuïteiten Hypotheek
- Kopen of Huren
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

- Lineaire Hypotheek
- Annuïteiten Hypotheek
- Kopen of Huren

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een voordeel van huren ten opzichte van kopen?
A
Je bouwt vermogen op.
B
Je hebt geen onderhoudskosten.
C
Je hebt hypotheekrenteaftrek.
D
De maandlasten zijn altijd lager.

Slide 2 - Quizvraag

Wat is een belangrijk kenmerk van een lineaire hypotheek?
A
De totale maandlasten blijven gelijk.
B
De aflossing is elke maand gelijk.
C
Je betaalt alleen rente in het begin
D
De rente neemt toe gedurende de looptijd.

Slide 3 - Quizvraag

Welke partij controleert of een klant de hypotheeklasten kan dragen?
A
De notaris
B
De makelaar
C
De bank
D
De belastingdienst

Slide 4 - Quizvraag

Wat is het belangrijkste verschil tussen consumptief krediet en hypothecair krediet?
A
Consumptief krediet is altijd goedkoper
B
Hypothecair krediet heeft een kortere looptijd.
C
Hypothecair krediet is bedoeld voor de aankoop van een woning
D
Consumptief krediet is bedoeld voor het kopen van een woning

Slide 5 - Quizvraag

Wat is bij een annuïteitenhypotheek aan het begin van de looptijd het grootste deel van de maandtermijn?
A
Aflossing
B
Belastingvoordeel
C
Rente
D
Hypotheekvorm

Slide 6 - Quizvraag

Noem twee verplichtingen van een huurder en leg kort uit wat de financiële gevolgen hiervan kunnen zijn.

Slide 7 - Open vraag

Bereken de interest, aflossing en schuldrest in het 1e jaar van een lineaire hypotheek van €240.000 met een looptijd van 20 jaar en een rente van 3% per jaar.

Slide 8 - Open vraag

Wat zijn de voor- en nadelen van de annuïteitenhypotheek voor de hypotheekgever (dus de bank)?

Slide 9 - Open vraag

Leg uit waarom de netto maanduitgaven bij een annuïteitenhypotheek gedurende de looptijd toenemen.

Slide 10 - Open vraag

Bereken de bruto en netto maanduitgaven in het eerste jaar van een annuïteitenhypotheek van €180.000 met een looptijd van 30 jaar en een rente van 2,5% per jaar. Ga uit van een belastingvoordeel van 40% op de betaalde rente.

Slide 11 - Open vraag