Periode 4 aseptisch

Productzorg 

Aseptisch werken en oogpreparaten 
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
ProductzorgMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Productzorg 

Aseptisch werken en oogpreparaten 

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen deze les? 
  • Terugblik vorige les
  • Is alles duidelijk van logistiek? week 4
  • Heeft iedereen de mosadex opdracht ingeleverd?
  • We maken de vragen aseptisch werken en oogpreperaten 

Slide 2 - Tekstslide

Waar staat de afkorting LAF voor?

Slide 3 - Open vraag

Wat is het doel van het HEPA filter in de LAF kast?

Slide 4 - Open vraag

Wat zijn micro organismen?
A
Beestjes, vuil en virussen
B
Bacteriën, schimmels en virussen
C
Alles wat niet thuishoort in je oog
D
Bacteriën, haren, huidschilfers

Slide 5 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor contaminatie?
A
Besmetting
B
Mens op mens
C
Voorkomen viezigheid
D
Mens op dier

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Video

noem een andere benaming voor een verticale airflowkast
A
verticoflow
B
cross flow
C
down flow
D
in flow

Slide 8 - Quizvraag

Welke geneesmiddelen worden volgens aseptische wijze bereid?

Slide 9 - Open vraag

Inleiding toedieningsvormen voor het oog 
  • Oog erg kwetsbaar ​
  • Traanvocht en knipperen ogen zorgen voor natuurlijke bescherming tegen invloeden van buitenaf​
  • Hoornvlies erg gevoelig ​
  • Ontstaat snel pijn zodra het oog in aanraking komt met kleine deeltjes​
  • Toediening mag geen deeltjes bevatten ​
  • Snel bacteriële infectie in het oog ​
  • Daarom belangrijk​
  • Bereiden de grootst mogelijke zorg besteed dat het steriel is! ​







Slide 10 - Tekstslide

Oogdruppels 
  • Bij bereiden rekening houden met samenstelling traanvloeistof en verdraagbaarheid -> voorkomen irritatie ​
  • Door knipperen oogleden wordt traanvloeistof over het oog verdeeld en de rest afgevoerd via de traanbuis naar de neusholte ​
  • Traanvloeistof heeft bepaalde samenstelling -> oogdruppel moet daarop lijken ​
  • Oogdruppel mag geen irritatie veroorzaken ​
  1. Irritatie is onaangenaam ​
  2. Geeft aanleiding tot productie extra traanvocht ​
  3. Waardoor kans bestaat dat toegediende hoeveelheid medicatie wordt uitgespoeld voor dat dit werkzaam is ​






Slide 11 - Tekstslide

Wat geeft de pH aan?

Slide 12 - Open vraag

Slide 13 - Video

pH 
Zuurgraad​

Onder 7: zuur​
Boven 7: basisch ​
Voorbeeld​
  • pH 0: zoutzuur​
  • pH 2,8: cola ​
  • pH 5,5: huid​
  • pH 7,4: menselijk bloed ​
  • pH 8,5: zeewater​
  • pH 12: ovenreiniger ​








Slide 14 - Tekstslide

pH oogdruppels ​
  • De biologische beschikbaarheid van een geneesmiddel uit oogdruppels wordt op twee manieren door de pH beïnvloed​
  •  (= de hoeveelheid die door het lichaam kan worden opgenomen) ​
Eerste manier ​

  • pH van traanvocht is ongeveer 7,4​
  • als pH afwijkt kan dit extra traanvloed veroorzaken en daarmee wordt de verblijftijd van het geneesmiddel in het oog verkort​








Slide 15 - Tekstslide

Hoeveel druppels kun je tegelijk in je oog doen?

Slide 16 - Open vraag

Buffercapiciteit oog
Tweede manier ​
  • Buffercapaciteit van de oplossing speelt een rol ​
  • Druppel moet direct de zuurgraad van het traanvocht aannemen ​
  • Daarom altijd 1 druppel tegelijk 

Slide 17 - Tekstslide

In- proces controles oogdruppels ​
  • Controleer of de stoffen zijn opgelost ​
  • Beoordeel of de oplossing homogeen is ​
  • Controleer de pH ​
  • Controleer het filter door middel van borrelpunttest ​


Eindcontrole: controleer op afwezigheid van troebelingen, neerslag of vreemde deeltjes ​




Slide 18 - Tekstslide

Borrelpunttest 
Oogdruppels worden gefiltreerd door middel van een filter​

Deze moet ook getest worden of te zien of filter goed is ​
Twee filters ​
  • Rood: 1,2 mm; borrelen onder 4 ml ​
  • Blauw: 0,2 mm; borrelen onder 2 ml ​
Ontstaan er bij lichte druk al belletjes dan is het filter lek ​
Is er na overmatige druk nog geen belletje te bespeuren dan is het filter verstopt 





Slide 19 - Tekstslide

Kwaliteitseisen oogdruppels ​
  • Steriliteit door middel van controle​: sterilisatietijd, temperatuur, borrelpunttest ​
  • Helderheid ​
  • Deeltjes en verontreinigingen ​
  • Zuurgraad ; pH ​
  • Verpakking ; doppen niet ingeklapt, goed dicht ​




Slide 20 - Tekstslide

Sterilisatiemethoden ​
Steriel werken is soms niet genoeg​

Ook nog steriliseren ​
Meerdere methodes: ​
  • Natte sterilisatie ​
  • Droge sterilisatie 



Slide 21 - Tekstslide

Natte sterilisatie​
  • Stoomsterilisatie ​
  • Met verzadigde stoom – onder ontsluiting van lucht​
  • Autoclaaf of hogedrukpan ​
  • Meestal 100 graden Celcius – oogdruppel​
  • Kan ook op 121 graden Celcius ​
  • Tijd gaat pas in als juiste temperatuur is bereikt ​
  • Meestal deze methode bij oogdruppels






Slide 22 - Tekstslide

Droge sterilisatie ​
  • Hete- luchtsterilisatie ​
  • Als product niet in aanraking mag komen met vocht ​
  • 160, 170, 180 graden Celcius 


Slide 23 - Tekstslide

Aanvulling 
  • Hoeveelheid in flesje oogdruppels met conserveermiddel; 10 ml ; maand houdbaar
  • Zonder conserveermiddel ; minims of redipac 
  • Conserveermiddel is benzalkoniumchloride (hecht aan zachte contactlenzen) 

Slide 24 - Tekstslide