Een recensie schrijven 2.0

Recensie/spelling
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

Recensie/spelling

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
- Boek/recensie toets (31 mei)
- Lezen
- Opbouw van een recensie
- Voorbeeld recensie
- Spelling
- Huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Leesmoment

Slide 3 - Tekstslide

Wat is een recensie?

Slide 4 - Woordweb

Recensie
- Een tekst met een beoordeling over een boek, film, toneelstuk etc.
- Doel: de lezer helpen om te besluiten of hij iets wil kijken of lezen.
- Subjectief
- Duidelijke mening met onderbouwing (argumenten)

Slide 5 - Tekstslide

Tips voor je recensie
1. Let op je spelling, zinsbouw, hoofdletters en interpunctie (leestekens)
2. Welke boodschap wil je overbrengen? Bedenk dit vooraf.
3. Beschrijf niet de hele afloop, Geen spoilers.
4. Deel je plezier!

Slide 6 - Tekstslide

De toets
Welke punten komen aanbod in een recensie?


• Titel en schrijver
• Aantal bladzijden
• Een inhoudelijk argument
• Een subjectief argument
• Mening over de schrijfstijl


Slide 7 - Tekstslide

De toets
Welke vragen worden gesteld?


Dit boek is geschreven door:
Wie zijn de hoofdpersonen?
Wat is het thema van het boek?
Wat is het genre?
Waar speelt het boek zich af?
In welke tijd speelt het boek zich af?
Verklaar de titel: 
Wat is het motorisch moment in het boek?



Slide 8 - Tekstslide

1. Titel

Verzin een leuke titel voor jouw artikel. Dit mag niet de titel van de film zijn.

Slide 9 - Tekstslide

2. Alinea 1: Inleiding

In deze alinea schrijf je de inleiding. 
- Welk boek?
- Zorg voor een aantrekkelijke inleiding zodat mensen verder willen lezen!


Slide 10 - Tekstslide

3. Alinea 2: Samenvatting

Dit is een korte samenvatting van het boek. Denk hierbij ook aan de personen/tijd/plaats enzovoort. Dit is een samenvatting van opdracht B!


Slide 11 - Tekstslide

4. Alinea 3: Mening
Dit is de belangrijkste alinea van het artikel. 
 
- Je geeft je mening over het boek
- Je geeft argumenten voor jouw mening
-  Doe dit uitgebreid. Je gebruikt voorbeelden uit het boek. 
- Zorg ervoor dat de recensie opvalt. 


Slide 12 - Tekstslide

Spelling; Hoofdletters, punten, komma's
Hoofdletters:​
* begin van de zin;​
* eigen namen, merknamen, aardrijkskundige namen, feestdagen

Punten:​
Eind van de zin​

Komma’s:​
* tussen 2 persoonsvormen​
* voor het voegwoord (bijv. omdat, want, doordat, maar)​









Slide 13 - Tekstslide

Beoordelingswoorden
Nu volgen wat voorbeelden van beoordelingswoorden en tegenstellingen.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk bespreken
Opdracht 1


1 vertoont
2 scoren
3 ligt
4 geldt
5 wordt
6 veroorzaakt
7 vermoedt
8 gemeten
9 voldoet
10 behaalt

Slide 17 - Tekstslide

Huiswerk bespreken
Opdracht 2


1. lievelingszanger – kralenketting – peperduur
 reuzetrots – opgavenformulier – zonnebank
 spinnenweb – slagingspercentage
2. Bij opgaveformulier en peperduur.
3. Bij zonnebank en reuzetrots. Bij zonnebank schrijf je alleen een -e omdat er maar één zon is. Bij reuzetrots is het eerste deel een bijvoeglijk naamwoord, dus schrijf je alleen een -e.
4. Bij kralenketting en spinnenweb. Het eerste deel heeft een meervoud op -en dus schrijf je -en in de samenstelling.
5. Bij lievelingszanger en slagingspercentage. Je schrijft een -s omdat je die hoort als je het woord uitspreekt.

Slide 18 - Tekstslide

Tijd over?


Oefen met spelling
Blok 4
Opdracht 1 & Opdracht 2


Slide 19 - Tekstslide

Huiswerk


Voorbereiden op de toets van 31 mei.

Slide 20 - Tekstslide