Jongeren en wapenbezit

JONGEREN EN WAPENBEZIT
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

JONGEREN EN WAPENBEZIT

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Steekincident Hoorn staat niet op zich: al vijftig steekpartijen met tieners in 2022

Slide 3 - Tekstslide

1. Met welk voorwerp mag je volgens de wet niet zomaar op staat lopen?
A
Een schaar.
B
Een pijl en boog.
C
Een honkbalknuppel.
D
Alle 3.

Slide 4 - Quizvraag

Toelichting 1
Alle 3, omdat een schaar en een honkbalknuppel op een andere plek dan wanneer je hem nodig zou hebben, beschouwd worden als wapen. Hierop geldt natuurlijk een uitzondering als je er net een gekocht hebt. Bij een pijl en boog is het de bedoeling dat je altijd een vergunning bij je hebt, ook hier geldt het minimumleeftijd van 18 jaar.

Slide 5 - Tekstslide

2. Welke straf geldt voor jongeren, bij het dreigen met een keukenmes op straat?
A
Maximaal 1 jaar.
B
Direct een geldboete
C
Een taakstraf.
D
Een waarschuwing

Slide 6 - Quizvraag

Toelichting 2
Straffen voor jongeren worden voornamelijk gegeven op basis van pedagogisch effect. Boetes werken vaak niet, omdat ouders deze vaak betalen.

Slide 7 - Tekstslide

3. Welke redenen geven jongeren voor het dragen van een wapen?
A
Om een overval te plegen.
B
Om zichzelf te kunnen verdedigen.
C
Omdat ze dat gezien hebben in videoclips.
D
Alle redenen kloppen.

Slide 8 - Quizvraag

Toelichting 3
Alle antwoorden worden als reden opgegeven. Vaak is het dragen van een wapen het gevolg dat jongeren zien dat iemand anders een wapen draagt: bijvoorbeeld in videoclips. Soms zijn jongeren bang dat ze niet veilig zijn als ze niet gewapend zijn. Het dragen van een wapen voor een overval komt ook voor, maar minder vaak.

Slide 9 - Tekstslide

4. Waarom is het dragen van een wapen op jonge leeftijd extra gevaarlijk?
A
Omdat jongeren impulsiever reageren.
B
Omdat wapens zichtbaarder zijn op kleine lichamen.
C
Omdat de kans groter is dat je gepakt wordt.
D
Omdat jongeren extra zwaar gestraft worden bij wapenbezit.

Slide 10 - Quizvraag

Toelichting 4
Jongeren reageren impulsiever dan volwassenen (dit heeft te maken met de groei van de hersenen). Veel jongeren dragen een wapen niet met de intentie deze te gebruiken, maar wanneer ze vervolgens uitgedaagd worden, is de kans groter dat ze naar hun wapen grijpen. De gevolgen van een confrontatie zijn daardoor stukken heftiger: zowel in ernst van mogelijke gevolgen voor het slachtoffer (verwondingen), als voor de dader (straf).

Slide 11 - Tekstslide

5. Welke stelling klopt als het gaat over de verkoop van keukenmessen aan minderjarigen?
A
Niks bijzonders, het is maar een keukenmes.
B
Je kunt als minderjarige geen keukenmes kopen.
C
Sommige winkels hebben het verboden.
D
De ouders van minderjarigen zijn strafbaar als zij een keukenmes hebben gekocht.

Slide 12 - Quizvraag

Toelichting 5
De wet wordt aangepast, waardoor het verboden wordt om keukenmessen aan minderjarigen te verkopen. Een aantal winkels heeft dit zelf al doorgevoerd (zoals de Action).

Slide 13 - Tekstslide

6. Het hebben van een nepvuurwapen is:
A
Ongeacht de kleur en vorm toch verboden.
B
Verboden als de afmetingen overeenkomen met echte wapens.
C
Geen probleem, het is toch nep.
D
Toegestaan als je het bonnetje bewaart.

Slide 14 - Quizvraag

Toelichting 6
Als een nepwapens in verhouding 1:1 is met een echt wapen, dan is deze, ongeacht de kleur, verboden. Agenten kunnen namelijk van een afstand niet inschatten of het echt op nep is.

Slide 15 - Tekstslide

Casus: Sven 16 jaar
Sven (16) groeit op in een onrustige wijk. Dagelijks is er wel iets aan de hand waarbij de politie moet ingrijpen. Op verjaardagen en tijdens uitgaan hoort hij zijn vrienden en familieleden praten over altijd “een mes bij je hebben, want je weet maar nooit”. Sven voelt zich hierdoor onveilig en onzeker. Nadat hij tijdens het voetballen tegen het been van een tegenstander trapt, ontstaat er een gevecht. Na afloop van de wedstrijd dreigen de tegenstanders dat ze hem “kapot gaan maken”.
Sven voelt zich steeds onveiliger en wil het gevoel hebben dat hij zichzelf kan verdedigen als het nodig is. Via via kan hij aan een vlindermes komen dat hij nu altijd bij zich draagt.
Op een middag wordt hij inderdaad opgewacht, en begint de groep op hem in te slaan. Sven grijpt naar zijn mes en steekt om zich heen. Hij raakt een vijftienjarige jongen, die vervolgens gedeeltelijk verlamd raakt. 

Slide 16 - Tekstslide

NORMAAL OF NIET – WAT VIND JIJ?
  •  Kun je je voorstellen dat Sven zich onveilig voelde?
  • Wat vind je ervan dat Sven een mes heeft gekocht en bij zich draagt
  • Ken jij ook mensen die zich onveilig voelen? Wat doen zij om dit te verhelpen? 
  • Wat vind je ervan dat Sven zijn mes gebruikt? Vind je dat normaal?
timer
2:00

Slide 17 - Tekstslide

JOUW ROL
  • Wat doe jij als je je onveilig voelt?
  • Stel je voor dat je een vriend bent van Sven, en dat je weet dat hij een mes bij zich draagt. Wat doe je dan? Spreek je hem erop aan? Meld je dit? En zo ja, bij wie?
  • Wat zou je doen als je ziet dat er gevochten wordt op straat? En wat als je ziet dat er wapens worden gebruikt?
timer
2:00

Slide 18 - Tekstslide

GEVOLGEN
  •  Welke gevolgen heeft Sven zijn actie op het slachtoffer?
  • Behalve de straf die Sven opgelegd heeft gekregen, zijn er nog andere gevolgen voor hem zelf?
  • Zijn er nog andere personen die gevolgen ervaren van Sven zijn actie? Wat denk je dat zijn familie ervaart? En de groep die Sven opwachtte?
timer
2:00

Slide 19 - Tekstslide

STRAF
  • De Officier van Justitie eist een straf. Welke afwegingen moeten daarin meegenomen worden volgens jou?
  • Wat voor effect zou deze straf op de samenleving hebben?
  • Wat voor straf zou jij geven? Wat als het slachtoffer jouw broer was? En wat als Sven je vriend was?
timer
2:00

Slide 20 - Tekstslide

VOORKOMEN
  • Stel dat je Sven zou spreken voor hij het mes had gekocht. Wat zou je hem dan adviseren om zich veiliger te voelen?
  • Wie kan er invloed uitoefenen op de veiligheid van jongeren zoals Sven? En op de veiligheid van het slachtoffer?
  • Op welke manieren kan de samenleving voorkomen dat jongeren wapens dragen?
  • Welke invloed kun je hier zelf op uitoefenen?
timer
2:00

Slide 21 - Tekstslide

Vragen of opmerkingen?
Kom naar mij of een andere docent met vragen. 
Of bij de vertrouwenspersoon op school:
Carole Varossieau
Ben Blom 

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide