Les 4: Stand van de aarde, evenaar en de zon.

Les 4 - Stand van de aarde
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Les 4 - Stand van de aarde

Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Terugblik
  • Lesdoelen   
  • Filmpje 
  • Theorie
  • Korte quiz
  • Zelfstandig werken
  • Vooruitblik 

Slide 2 - Tekstslide

Waaruit bestaat de aardmantel?

Slide 3 - Open vraag

Wat gebeurt er bij convergente plaatbeweging?

Slide 4 - Open vraag

Wat is magma?

Slide 5 - Open vraag

Wat meet je als je "het weer" wilt bepalen?
A
Warmte en de kou
B
Warmte, regen en wind
C
Hoeveel graden het is over lange tijd
D
Warmte en de temperatuur

Slide 6 - Quizvraag

Een poolklimaat heb je alleen op de Noord- of Zuidpool.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 7 - Quizvraag

Wat hoort bij een landklimaat?
A
Zachte winters & koele zomers.
B
Strenge winters & koele zomers.
C
Zachte winters & hete zomers.
D
Strenge winters & hete zomers.

Slide 8 - Quizvraag

Lesdoelen
Aan het einde van deze les:
  • kun jij uitleggen hoe dag en nacht werkt;
  • Kun jij uitleggen waarom we op aarde verschillende seizoenen hebben;
  • kun jij verklaren hoe de ligging van- en hoogte op de aarde invloed hebben op de tempratuur.

Slide 9 - Tekstslide

Dag- en nacht
De maan reflecteert het zonlicht naar aarde toe, daarom is het in de nacht toch nog een beetje licht. 

Slide 10 - Tekstslide

Seizoenen 

Slide 11 - Tekstslide

Het is kouder aan de polen dan aan de evenaar
Het is aan de polen kouder dan aan de evenaar, omdat de bolvorm van de aarde ervoor zorgt dat de zonnestralen anders op de polen schijnen dan op de evenaar. 


Aan de evenaar schijnen de zonnestralen loodrecht (of bijna) op de aarde. Zo zal 1 m² zonnestraling ook 1 m² aardoppervlak opwarmen.

Hoe dichter je bij de polen komt, hoe schuiner de zonnestralen op de aarde invallen. Met andere woorden: het zonlicht dat het aardoppervlak aan de polen bereikt, moet met dezelfde energie een grotere oppervlakte verwarmen. Daarom is het hier kouder dan aan de evenaar.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Leg uit waarom het in Frankrijk warmer is dan in Nederland. Denk aan de evenaar.

Slide 14 - Open vraag

Hoe noemen we de bovenste lijn waar het gele pijltje heen wijst

Slide 15 - Open vraag

Hoe noemen we de middelste lijn waar het gele pijltje heen wijst

Slide 16 - Open vraag

Welke dik gedrukte zwarte lijn is de zuidpool?

Slide 17 - Open vraag

Zelfstandig werken

Slide 18 - Tekstslide

Vooruitblik

Slide 19 - Tekstslide