H6 P6.4 Hoe dragen wij ons steentje bij?

Wat gaan we doen vandaag?

  1. Herhaling vorige les
  2. Uitleg
  3. Oefeningen 
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieVoortgezet speciaal onderwijs

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen vandaag?

  1. Herhaling vorige les
  2. Uitleg
  3. Oefeningen 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het einde van de les kunnen jullie aangeven wat het uiteindelijke doel is van ontwikkelingssamenwerking.

Slide 2 - Tekstslide

CONCRETE LEERDOELEN
• Aan het eind van de les kunnen jullie kritisch toelichten waarom ontwikkelingshulp ook een economische investering is.
• Aan het eind van de les kunnen jullie in eigen woorden benoemen op welke manier de organisatie fairtrade boeren in ontwikkelingslanden ondersteunt.
• Aan het eind van de les kunnen jullie aan de hand van voorbeelden aangeven hoe de overheid, de EU en de VN bijdragen tot ontwikkelingssamenwerking.

Slide 3 - Tekstslide

Tops! verantwoordelijkheid nemen 
Je reflecteert tijdens het werken op je gemaakte werk door het na te kijken te verbeteren en te bepalen welke doelen nog geoefend moeten worden. 

Slide 4 - Tekstslide

Even herhalen!

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een ontwikkelingsland?

Slide 6 - Open vraag

Geef 3 oorzaken van onderontwikkeling.

Slide 7 - Open vraag

Ontwikkelingslanden kunnen zelf de vicieuze cirkel doorbreken
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Wat is mikrokrediet?

Slide 9 - Open vraag

Ongebonden hulp wil zeggen dat er geen voorwaarden gesteld zijn.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Bij een grondstoffenovereenkomst willen beide landen de prijzen stabiel houden.
A
waar
B
niet waar

Slide 11 - Quizvraag

6.4 Hoe dragen wij ons steentje bij?
p. 182-185

Slide 12 - Tekstslide

ontwikkelingsamenwerking

Slide 13 - Woordweb

Slide 14 - Video

Ontwikkelingssamenwerking wil zeggen dat rijke landen hulp alle problemen oplost voor de ontwikkelingslanden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Ontwikkelingssamenwerking

De Nederlandse overheid stelt jaarlijks een bedrag beschikbaar voor ontwikkelingssamenwerking. 

Daarnaast wordt er jaarlijks geld gereserveerd voor noodhulp aan slachtoffers van oorlogsgeweld en natuurrampen.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Nederland moet meer budget besteden aan ontwikkelingssamenwerking.
A
Eens
B
Niet eens

Slide 18 - Quizvraag

Nationaal inkomen

Slide 19 - Woordweb

Waarom zou Nederland ontwikkelingslanden ondersteunen?

Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Video

Je bent economisch zelfstandig als:
A
Je ouders nog je studies, eten, kleren , huur ... betaalt
B
Wanneer je zelf gaat werken en je eigen kleren, eten, huur kan betalen

Slide 22 - Quizvraag

Duurzame economische groei

De Nederlandse overheid wil duurzame economische groei in ontwikkelingslanden bevorderen. 

Daarom is de ontwikkelingssamenwerking erop gericht dat ontwikkelingslanden economisch zelfstandig worden.

Slide 23 - Tekstslide

VN en Ontwikkelingssamenwerking

De doelstelling van de Verenigde Naties (VN) is dat landen ten minste 0,7% van hun nationaal inkomen aan ontwikkelingssamenwerking besteden.

Slide 24 - Tekstslide

Voldoet Nederland aan de doelstelling die de VN stelt?
A
Ja, Nederland besteed ten minste 0,7% aan ontwikkelingssamenwerking
B
Nee, Nederland besteed minder dan 0,7% aan ontwikkelingssamenwerking

Slide 25 - Quizvraag

Wat wil je als hulpbiedend land uiteindelijk bereiken?

Slide 26 - Open vraag

welvaart

Slide 27 - Woordweb

Hulp en handel

Steeds vaker combineert de Nederlandse overheid
ontwikkelingssamenwerking met handel.

De overheid geeft subsidies aan Nederlandse bedrijven die in ontwikkelingslanden investeren in fabrieken of andere bedrijven.


Dit moet het ontwikkelingsland werkgelegenheid opleveren. Daardoor kan de welvaart in dat land toenemen.

Slide 28 - Tekstslide

Fairtrade

Slide 29 - Woordweb

Slide 30 - Video

Fairtrade
Fairtrade is een organisatie die boeren en arbeiders in ontwikkelingslanden helpt door ze een eerlijke prijs voor hun producten te bieden.

Slide 31 - Tekstslide

Een belangrijke voorwaarde van Fairtrade is dat kleine boeren in ontwikkelingslanden zich
organiseren in coöperaties. Daarin werken boeren samen. 

Ze beslissen bijvoorbeeld samen waarin zij de opbrengsten investeren en onderhandelen samen met afnemers.

Slide 32 - Tekstslide

Wanneer ik iets koop in de winkel, kies er soms bewust voor om een product van Fairtrade te kopen.
A
Ja, dit doe ik.
B
Nee, daar let ik helemaal niet op.

Slide 33 - Quizvraag

leg uit dat je boeren in armen landen helpt door producten van Fairtrade te kopen.

Slide 34 - Open vraag

Ontwikkelingssamenwerking wil zeggen dat rijke landen hulp alle problemen oplost voor de ontwikkelingslanden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 35 - Quizvraag

Wat wil je als hulpbiedend land uiteindelijk bereiken?

Slide 36 - Open vraag

Hulp bieden aan ontwikkelingslanden wordt gezien als een investering.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 37 - Quizvraag

Wat wordt er bedoeld met economisch zelfstandig?

Slide 38 - Open vraag

Het doel van de De VN is dat alle landen minster 0,7% van het nationaal inkomen besteden aan ontwikkelingshulp
A
Waar
B
Niet waar

Slide 39 - Quizvraag

Op welke manier zorgt de overheid voor werkgelegenheid in ontwikkelingslanden?

Slide 40 - Open vraag

Op welke manier ondersteunt Fairtrade de boeren in ontwikkelingslanden?
A
Fairtrade geeft hen geld wanneer ze het nodig hebben.
B
Fairtrade geeft al hun winst af aan de boeren.
C
Fairtrade biedt een eerlijke prijs voor hun producten.
D
Fairtrade ondersteunt de boeren niet.

Slide 41 - Quizvraag

De coöperatie van boeren beslissen zelf waar ze het geld gaan investeren.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 42 - Quizvraag

Slide 43 - Video

Slide 44 - Video