Profielvakken en wiskunde - Procenten

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare school

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

In deze les gaan we kijken naar de verschillen in een opgave bij:
Profielvak Groen /  bloem
Wiskunde

Slide 2 - Tekstslide

Profielvak groen / bloem

De productiekosten van een boeket bloemen bedragen €7,-.
Bij de verkoopprijs wordt de opslagpercentage hierbij gerekend, de opslagpercentage bedraagt 130%.  Dan is het boeket klaar om verkocht te worden, hierop moet nog wel btw bij berekend worden. Voor welk bedrag kan je dit boeket kopen in de winkel?

Wiskunde
De materiaalkosten om een boeket bloemen te maken bedraagt €7,-. Daarop komt nog een opslagpercentage van 130 %, dat zijn bijvoorbeeld de kosten voor transport huur, water en arbeid. Als het boeket in de winkel ligt, wordt er bij de prijs nog btw verrekend.

a) wat zijn de kosten van de opslagpercentage (gebruik een tabel).
b) verkoopprijs = materiaalkosten + opslagpercentage. Wat is de verkoopprijs?
c) In de winkel wordt er over de prijs nog btw verrekend van 9%. Hoe duur is het boeket?
opgave

Slide 3 - Tekstslide

Uitleg
Wiskunde
De materiaalkosten om een boeket bloemen te maken bedraagt €7,-. Daarop komt nog een opslagpercentage van 130 %, dat zijn bijvoorbeeld de kosten voor transport huur, water en arbeid.
Als het boeket in de winkel ligt, wordt er bij de prijs nog btw verrekend.

a) wat zijn de kosten van de opslagpercentage (gebruik een tabel).

de kosten van de opslagpercentage is € 9,10
Invullen van de tabel:
1) In de tabel eerst bekijken wat er onder de 100% komt te staan.
2) hoeveel procent is de opslagpercentage zet deze rechtsboven in de tabel.
3) in de rij waar 2 getallen staan daar zet je een 1 tussen.
4) maak boogjes, de stappen die je boven maakt, maak je onder ook.
5) je typt in je rekenmachine in 7 : 100 x 130. De tussenstap zet je niet neer de tabel, maar laat je in je rekenmachine staan. Het antwoord zet je links onder in de tabel neer.


Slide 4 - Tekstslide

Uitleg
Wiskunde
De materiaalkosten om een boeket bloemen te maken bedraagt €7,-. Daarop komt nog een opslagpercentage van 130 %, dat zijn bijvoorbeeld de kosten voor transport huur, water en arbeid.
Als het boeket in de winkel ligt, wordt er bij de prijs nog btw verrekend.

b) verkoopprijs = materiaalkosten + opslagpercentage. Wat is de verkoopprijs?


verkoopprijs = materiaalkosten + opslagpercentage.

In de opgave lezen wat de materiaalkosten zijn (zie onderstreept) dit is €7,-.
Bij a hebben we de kosten voor de opslagpercentage uitgerekend namelijk €9,10.

Verkoopprijs = 7 + 9,10 =  € 16,10

Slide 5 - Tekstslide

Uitleg
Wiskunde
De materiaalkosten om een boeket bloemen te maken bedraagt €7,-. Daarop komt nog een opslagpercentage van 130 %, dat zijn bijvoorbeeld de kosten voor transport huur, water en arbeid.
Als het boeket in de winkel ligt, wordt er bij de prijs nog btw verrekend.

c) In de winkel wordt er over de prijs nog btw verrekend van 9%. Hoe duur is het boeket?

Verkoopprijs winkel = 16,10 + btw
verkoopprijs voor in de winkel is de verkoopprijs + btw.

Maak een tabel en volg de stappen bij a.







De btw bedraagt € 1,45.
De verkoopprijs voor in de winkel is dus de verkoopprijs + btw.  Verkoopprijs voor in de winkel = 16,10 + 1,45 = €17,55



Slide 6 - Tekstslide

Uitleg
Profielvak groen / bloem

De productiekosten van een boeket bloemen bedragen €7,-.
Bij de verkoopprijs wordt de opslagpercentage erbij gerekend, de opslagpercentage bedraagt 130%.  Dan is het boeket klaar om verkocht te worden, hierbij moet nog wel btw bij berekend worden. Voor welk bedrag kan je dit boeket kopen in de winkel?

Slide 7 - Tekstslide

Uitleg
1) onderstreep de belangrijke gegevens.

2) wat wordt er gevraagd?


De vraag is hoeveel kost het boeket bloemen als het in de winkel verkocht wordt.

Profielvak groen / bloem

De productiekosten van een boeket bloemen bedragen €7,-.
Bij de verkoopprijs wordt de opslagpercentage erbij gerekend, de opslagpercentage bedraagt 130%.  Dan is het boeket klaar om verkocht te worden, hierbij moet nog wel btw bij berekend worden. Voor welk bedrag kan je dit boeket kopen in de winkel?

Slide 8 - Tekstslide

Uitleg
3) bereken stap voor stap de prijs van het boeket bloemen.

begin met het maken van een tabel.

(Je berekent nu dezelfde stappen die je bij wiskunde hebt gemaakt).

 

Profielvak groen / bloem

De productiekosten van een boeket bloemen bedragen €7,-.
Bij de verkoopprijs wordt de opslagpercentage erbij gerekend, de opslagpercentage bedraagt 130% Dan is het boeket klaar om verkocht te worden, hierbij moet nog wel btw bij berekend worden. Voor welk bedrag kan je dit boeket kopen in de winkel?

Slide 9 - Tekstslide

Uitleg
Uitrekenen:
* bereken de opslagpercentage van het boeket.
* Tel de productiekosten en de opslagpercentage bij elkaar op. Dit is de verkoopprijs.
* In de winkel gaat er nog btw over het boeket heen. De btw voor bloemen is 9%.
* bereken de btw (met tabel) .
* Tel de btw bij de verkoopprijs op dat is de prijs waarvoor het boeket weggaat in de winkel.
Profielvak groen / bloem

De productiekosten van een boeket bloemen bedragen €7,-.
Bij de verkoopprijs wordt de opslagpercentage erbij gerekend, de opslagpercentage bedraagt 130% Dan is het boeket klaar om verkocht te worden, hierbij moet nog wel btw bij berekend worden. Voor welk bedrag kan je dit boeket kopen in de winkel?

Opslagpercentage:
Verkoopprijs =productiekosten + opslagpercentage.

Verkoopprijs is = 7 + 9,10 = 16,10.

Bereken de btw
Prijs boeket bloemen = verkoopprijs + btw
Prijs boeket bloemen = 16,10 + 1,45 = 17,55

Slide 10 - Tekstslide

Hierna komt een opgave zoals die bij het profiel vak groen / bloem gegeven kan worden. We gaan stap voor stap kijken zoals bij wiskunde hoe je die kan oplossen.

Slide 11 - Tekstslide

a) Vul de tabel verder in:







b) Een paar nieuwe slippers kosten €12,50.  In de winkel komt hier nog btw bovenop. Wat kosten de slippers inclusief btw?

c) Een plant kost €6,99.  In de winkel komt hier btw bovenop. Wat kost  de plant inclusief btw?
opgave 1

Slide 12 - Tekstslide

Onderstreep en/of schrijf de belangrijke informatie op die je vindt in de tekst. Lees goed door wat er precies gevraagd wordt.



b) Een paar nieuwe slippers kosten €12,50.  In de winkel komt hier nog btw bovenop. Wat kosten de slippers?

c) Een plant kost €6,99 In de winkel komt hier btw bovenop. Hoeveel kost de plant?

Slide 13 - Tekstslide

Vul de tabel verder in.
Hoeveel btw wordt er
berekend over wortelen?
A
9 %
B
21 %

Slide 14 - Quizvraag

Vul de tabel verder in.
Hoeveel btw wordt er
berekend over een tablet?
A
9 %
B
21 %

Slide 15 - Quizvraag

Vul de tabel verder in.
Hoeveel btw wordt er
berekend over een brood?
A
9 %
B
21 %

Slide 16 - Quizvraag

Vul de tabel verder in.
Hoeveel btw wordt er
berekend over een
spijkerbroek?
A
9 %
B
21 %

Slide 17 - Quizvraag

Hoeveel btw wordt er
berekend over de slippers?



b) Een paar nieuwe slippers kosten €12,50.  In de winkel komt hier nog btw bovenop. Wat kosten de slippers?

A
9 %
B
21 %

Slide 18 - Quizvraag

Een paar nieuwe slippers kosten €12,50. In de winkel komt hier nog btw boven op. Wat betaal je extra aan btw-kosten? Rond af op 2 decimalen.
(tip: maak een tabel en zet de berekening die je in je rekenmachine invoert hieronder neer).

Slide 19 - Open vraag

Een paar nieuwe slippers kosten €12,50. In de winkel komt hier nog btw boven op. Wat kosten de slippers inclusief btw?
Laat zien met berekening.

Slide 20 - Open vraag

Een plant kost €6,99. In de winkel komt hier nog btw boven op. Hoeveel betaal je voor de plant inclusief btw?
(tip: maak een tabel en zet de berekening die je in je rekenmachine invoert hieronder neer, rond af op 2 decimalen).

Slide 21 - Open vraag

Kun je de verschillen aangeven bij een zelfde opgave gegeven bij wiskunde en bij groen en bloem?

Slide 22 - Tekstslide

Einde van de les

Slide 23 - Tekstslide