sortir et partir

partir en sortir

2 onregelmatige werkwoorden
vertrekken en uitgaan
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo t, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

partir en sortir

2 onregelmatige werkwoorden
vertrekken en uitgaan

Slide 1 - Tekstslide

let op
ze zijn onregelmatig
maar ze lijken wel heel erg op elkaar
gebruik voor de passé composé hulpww être
dan verandert het voltooid deelwoord mee met het onderwerp!

Slide 2 - Tekstslide

partir (vertrekken) in 3 tijden
présent
passé composé
imparfait
Je
pars
suis parti(e)
partais
Tu
pars
es parti(e)
partais
Il/elle
part
est parti(e)
partait
Nous
partons
sommes parti(e)s
partions
Vous
partez
êtes parti(e)(s)
partiez
Ils/elles
partent
sont parti(e)s
partaient

Slide 3 - Tekstslide

sortir (uitgaan) in 3 tijden
présent
passé composé
imparfait
Je
sors
suis sorti(e)
sortais
Tu
sors
es sorti(e)
sortais
Il/elle
sort
est sorti(e)
sortait
Nous
sortons
sommes sorti(e)s
sortions
Vous
sortez
êtes sorti(e)(s)
sortiez
Ils/elles
sortent
sont sorti(e)s
sortaient

Slide 4 - Tekstslide

jij vertrekt
A
je sors
B
tu pars
C
je pars
D
tu sors

Slide 5 - Quizvraag

wij vertrekken
A
nous partons
B
elle part
C
vous partez
D
elle sort

Slide 6 - Quizvraag

zij gaat uit
A
je sors
B
elle sort
C
elle sors
D
il sort

Slide 7 - Quizvraag

partir in présent
de volgende dia is een link naar de oefening partir in présent.
klaar? klik op de button:

maak een schermafbeelding van je score
zet die in de volgende dia

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link

partir in passé composé
de volgende dia is een link naar de oefening partir in de passé compose.
klaar? klik op de button DONE 
maak een schermagbeelding van je score en zet die in de volgende dia

Slide 10 - Tekstslide

sortir werkt net zo als partir

Slide 11 - Tekstslide

uitgangen
Futur
uitgangen conditionnel
ai
a
a
ons
ez
ont
ais
ais
ait
ions
iez
aient
futur en conditionnel: 
hele werkwoord  + uitgangen

Slide 12 - Tekstslide

Werkwoorden :

OFFRIR, OUVRIR 
Leer ze  in deze tijden:
Présent - Passé Composé - Imparfait - Futur Simple - Conditionnel
-RE (Présent)

-e
-es
-e
-ons
-ez
-ent

Passé Composé: -ERT


Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Link