H2 - Vermogen, spanning en stroomsterkte

v2f
Pak je:
  • chromebook
  • aantekeningenschrift
  • werkboek
  • etui
  • EF-agenda!
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & NatuurMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

v2f
Pak je:
  • chromebook
  • aantekeningenschrift
  • werkboek
  • etui
  • EF-agenda!

Slide 1 - Tekstslide

Regels

Regels in de klas:
  • Ik luister naar de docent en klasgenoten.
  • Ik heb elke les mijn spullen op orde.
  • Ik heb een actieve werkhouding.
  • Ik ga respectvol om met elkaar en met spullen.

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Lesprogramma

  • Huiswerk bespreken
  • Terugblik Stroomkringen
  • Theorie: Spanning, stroomsterkte en vermogen
  • Werkblad: Berekenen vermogen, spanning en                 stroomsterkte.
  • Afsluiting 

Slide 4 - Tekstslide

Huiswerk bespreken
TK: Stroomkringen vraag 19 t/m 25 uit je werkboek voor je pakken!

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een stroomkring?
Een stroomkring = spanningsbron + draden + apparaat

Alleen een gesloten stroomkring laat stroom lopen → lampje brandt

Spanningsbronnen: batterij, accu, dynamo, zonnecel, stopcontact

Vergelijking: bloedvatenstelsel = ook een gesloten systeem

Slide 6 - Tekstslide

Mens & Machine



Hoofdstuk 2 - 
Vermogen, spanning en stroomsterkte

Slide 7 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik leg uit wat een spanningsbron is en beschrijf hoe lading energie transporteert. Ik geef voorbeelden van toepassingen hiervan.
  • Ik leg het verband uit tussen stroomsterkte en spanning met een model, zoals het waterkraanmodel.
  • Ik beschrijf het verschil tussen een serie- en een parallelschakeling en leg uit wat dit verschil betekent voor de stroomsterkte en spanning.




Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Belangrijke begrippen

vermogen = hoeveel elektrische energie een apparaat in een seconde gebruikt. 
Het vermogen druk je uit in Watt (W).


stroomsterkte = hoeveelheid elektronen. Stroomsterkte heeft de eenheid Ampère (A).

spanning = hoeveel energie de elektronen hebben. Spanning heeft de eenheid Volt (V). 

Slide 10 - Tekstslide

Postbezorger-metafoor

Spanning = de motivatie voor de postbezorgers om te gaan bezorgen.

Stroom = het aantal pakketten dat per seconde wordt bezorgd.

Vermogen = de opbrengst of het werk dat de postbezorgers leveren.

Slide 11 - Tekstslide

Stroomsterkte in een stroomkring
Serieschakeling:
  • 1 stroomkring
  • zelfde stroom door alle onderdelen
  • lading stroomt achter elkaar door elk lampje 

👉 I overal gelijk
Parallelschakeling:
  • Meerdere stroomkringen (takken)
  • Stroom splitst zich over de takken
  • Verdeling hangt af van weerstand (R)
  • Gelijke R → gelijke stroom

👉 I verdeelt zich

Slide 12 - Tekstslide

Berekenen FIBA
Het vermogen kun je berekenen met de formule:

vermogen = spanning * stroomsterkte
         P        =         U        *             I

F  ->  Formule 
I   ->  Invullen gegevens
B  ->  Berekenen
A  ->  Antwoord opschrijven

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag!
  • Wat: Maken "werkblad: berekenen van vermogen, spanning en stroomsterkte".
  • Hoe: Lees de instructies op het werkblad en beantwoord de rekenvragen m.b.v. FIBA.
  • Hulp: Je werkt zelfstandig.
  • Tijd: 20 min
  • Uitkomst: Werkblad is af en ingeleverd bij de docent.
  • Klaar?: Verder werken aan werkstuk OF werkboekvragen maken.


timer
20:00

Slide 14 - Tekstslide

Aan de slag!
  • Wat: Verder werken aan stap 1 en 2 van het werkstuk.
  • Hoe: De informatie kun je vinden op de website van M&N --> Mens & Machine -->Werkstuk - Stap 1: Verwonderen (etc.)
  • Hulp: Je werkt in je tweetal.
  • Tijd: 25 min
  • Uitkomst: Stap 1 en 2 van het werkstuk is verwerkt in je verslag.
  • Klaar?: Verder werken aan stap 3.


timer
25:00

Slide 15 - Tekstslide

Huiswerk
Schrijf op in je EF-agenda: Maandag 13 oktober
  • Werkblad berekenen van vermogen, spanning en stroomsterkte afmaken!

Slide 16 - Tekstslide