5.1 Prikkels en signalen

Gedrag




Alles wat een mens of dier doet
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Gedrag




Alles wat een mens of dier doet

Slide 1 - Tekstslide

lesdoel
Kunnen beschrijven:
  • wat gedrag is en hoe het ontstaat
  • wat sleutelprikkels zijn
  • hoe dieren communiceren
  • en welke signalen mensen geven

Slide 2 - Tekstslide

0

Slide 3 - Video

Wat is gedrag?
Gedrag bij biologie is:

  • Alles wat een mens of een dier doet.
  • in reactie op een prikkel



Slide 4 - Tekstslide

Hoe ontstaat gedrag?
Gedrag ontstaat doordat mensen en dieren reageren op inwendige en uitwendige prikkels. Alle reacties op prikkels vormen het gedrag.

Prikkel > verandering in de omgeving, hier reageren (respons) dieren en mensen op.

Slide 5 - Tekstslide

Oorzaak van gedrag
Gedrag ontstaat doordat mensen en dieren reageren op inwendige en uitwendige prikkels.
Inwendige prikkel -> komt vanuit het lichaam 
  • Honger
  • Sexuele drift
  • Agressie

Uitwendige prikkel -> komt van buiten
  • Geuren
  • Geluiden
  • Smaak
  • Enz.


Slide 6 - Tekstslide

Aanleiding gedrag
Gedrag is vaak gevolg van bepaalde prikkels

Prikkels die altijd leiden tot bepaald gedrag zijn sleutelprikkels

Slide 7 - Tekstslide

Als een bepaalde sleutelprikkel sterk overdreven wordt (en voor een sterker respons zorgt) dan noemen we dit een supranormale prikkel
Ook mensen hebben te maken met sleutelprikkels & supranormale prikkels
Weinig sleutelprikkels
Veel sleutelprikkels
Supranormale prikkels

Slide 8 - Tekstslide

De motivatie van gedrag
Dagelijks zijn er heel veel prikkels, op sommige reageer je, op andere niet. Of je reageert hangt af van de motivatie. Wil je in actie komen of niet? 
Wat levert het op voor jou? Heb je honger of niet?

                                                             De motivatie wordt opgebouwd tot een 
                                                             bepaalde drempelwaarde. Als de 
                                                             drempelwaarde gepasseerd wordt, volgt er pas
                                                             een reactie. 


Slide 9 - Tekstslide

opdrachten
Maak de opdrachten van 5.1

Slide 10 - Tekstslide

0

Slide 11 - Video

Reacties
Deze twee duiven reageren op elkaar.
Het mannetje probeert te sjansen, het vrouwtje gaat hierin mee. Toch wordt het uiteindelijk niets.
Er is een duidelijke communicatie

Door: geluiden, lichaamshouding en kleuren 

Slide 12 - Tekstslide

Lichaamstaal
De taal die je met je lichaam spreekt
Het moet overeenkomen, anders gelooft de ander je niet. 

Gezichtstuitdrukkingen --> 6 emoties:
  1. Vreugde
  2. Verbazing
  3. Afschuw
  4. Woede
  5. Verdriet
  6. Angst

Slide 13 - Tekstslide

Praten met je lichaam?
Met je lichaam laten zien hoe je je voelt = lichaamstaal
Welke sollicitant zou jij aannemen?

Slide 14 - Tekstslide

Wat maakt baby's en jonge dieren lief?
Baby's --> groot bol hoofd met grote ogen en een mollig zacht lijf.

Dit zijn signalen waardoor mensen baby's willen verzorgen en vertroetelen.


Slide 15 - Tekstslide

Waarom zou je deze knuffel kopen ?
Overdreven signalen = supranormaal

Dit zie je bijvoorbeeld bij knuffelberen
Maar een echte beer heeft geen kleine snuit of mollig lijfje.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Tekstslide

Het vrouwtje is onopvallend, kan zich goed verstoppen tijdens het broeden.
Mannetjes vallen veel meer op, pronken met hun veren.

Slide 19 - Tekstslide

opdrachten
test je zelf door de lesdoelen te beantwoorden

Slide 20 - Tekstslide