werkwoorden brugklas + le verbe faire

BONJOUR

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

BONJOUR

Slide 1 - Tekstslide

les verbes

Slide 2 - Woordweb

Lesdoel
Je kent de volgende onterglamtige werkwoorden in de présent
avoir, être, aller, faire

Slide 3 - Tekstslide

Wat betekent avoir?

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Video

Schrijf het rijtje op van avoir

Slide 6 - Open vraag

Wat betekent être?

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Video

Schrijf het rijtje op van être

Slide 9 - Open vraag

Schrijf het rijtje op van aller

Slide 10 - Open vraag

Slide 11 - Video

le verbe 
faire

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Faire = maken/doen
je fais = ik maak/doe
tu fais = jij maakt/doet
il fait = hij maakt/doet
elle fait = zij maakt/doet
nous faisons = wij maken/doen
vous faites = jullie maken/doen, u maakt/doet
ils/elles font = zij maken/doen

Slide 14 - Tekstslide

faire
  • het werkwoord faire wordt vaak gebruikt om een activiteit aan te geven! 
par exemple:
  • faire du tennis= ?
  • faire du shopping = ?
  • faire du foot = ?

Slide 15 - Tekstslide

FAIRE : Combineer blauw met rood
wij doen
zij doet
jij doet
ik doe
jullie doen
zij doen
nous faisons
je fais
ils font
tu fais
elle fait
vous faites

Slide 16 - Sleepvraag

Je (faire) du foot.
A
fais
B
vais
C
fait
D
vas

Slide 17 - Quizvraag

Tu ... du tennis?
A
fais
B
fait
C
faisons
D
faites

Slide 18 - Quizvraag

L'élève ... ses devoirs.
A
font
B
faisons
C
fais
D
fait

Slide 19 - Quizvraag

Ils ... la cuisine.
A
fais
B
faisons
C
faites
D
font

Slide 20 - Quizvraag

Vous ... du hockey?

Slide 21 - Open vraag

Je ... l'exercice.

Slide 22 - Open vraag

Mes amis ... du foot.

Slide 23 - Open vraag

Elle ... de la danse.

Slide 24 - Open vraag

Vertaal:
Ik maak mijn huiswerk.

Slide 25 - Open vraag

Poster maken of

Slide 26 - Tekstslide

lapbook

Slide 27 - Tekstslide