TW4
1 / 27
Lesduur is: 20 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
(nouveau) Elle a une..........télévision...............
Zet het bijv. nw. in de juiste vorm en op de juiste plaats.
Zet het bijv. nw. in de juiste vorm en op de juiste plaats.
Slide 2 - Open vraag
(grand) J'ai un..........chien...........
Zet het bijv. nw. in de juiste vorm en op de juiste plaats.
Zet het bijv. nw. in de juiste vorm en op de juiste plaats.
Slide 3 - Open vraag
(italien) Je vois une.........fille............
Zet het bijv. nw. in de juiste vorm en op de juiste plaats.
Zet het bijv. nw. in de juiste vorm en op de juiste plaats.
Slide 4 - Open vraag
vous (parler, présent)
Slide 5 - Open vraag
ils (vendre, présent)
Slide 6 - Open vraag
nous (finir, présent)
Slide 7 - Open vraag
elles (être, present)
Slide 8 - Open vraag
Anna (avoir, présent)
Slide 9 - Open vraag
vous (faire, présent)
Slide 10 - Open vraag
je (aller, présent)
Slide 11 - Open vraag
les amis (venir, présent)
Slide 12 - Open vraag
mes parents (attendre, passé composé)
Slide 13 - Open vraag
tu (réussir, passé composé)
Slide 14 - Open vraag
nous (être, passé composé)
Slide 15 - Open vraag
il (avoir, passé composé)
Slide 16 - Open vraag
je/j' (faire, passé composé)
Slide 17 - Open vraag
les copines (venir, passé composé)
Slide 18 - Open vraag
(mijn) mère
Slide 19 - Open vraag
(mijn) amie
Slide 20 - Open vraag
(onze) frère
Slide 21 - Open vraag
(hun) amis
Slide 22 - Open vraag
(uw) chien
Slide 23 - Open vraag
beaucoup............pommes
kies uit: le, la, l', les, du, de la, de l', des, de, d'
kies uit: le, la, l', les, du, de la, de l', des, de, d'
Slide 24 - Open vraag
J'aime............sucre
kies uit: le, la, l', les, du, de la, de l', des, de, d'
kies uit: le, la, l', les, du, de la, de l', des, de, d'
Slide 25 - Open vraag
vertaal: 72
Slide 26 - Open vraag
vertaal: quatre-vingt-treize
