Meldcode les 1

Meldcode
Kindermishandeling


1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
OnderwijsassistentenMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Meldcode
Kindermishandeling


Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afspraken
De onderwerpen zijn soms best heftig. 
We krijgen te maken met ervaringen (van anderen). 
Daar gaan we respectvol mee om.
Je mag ook even weglopen, als het je echt teveel wordt. 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat verwacht je van de lessen?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we leren?
We leren de Meldcode kennen. 
Hoe werkt deze? Welke "stappen" zijn er?
We leren over kindermishandeling en huiselijk geweld.
We weten straks wat er van ons verwacht wordt in het werkveld. 
We weten hoe we kunnen handelen, als we signalen oppikken van kindermishandeling.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Certificaat


Je krijgt een certificaat als je 100% aanwezig bent geweest, de opdrachten hebt gedaan en actief hebt meegedaan in de les.
Of maximaal 1 les hebt gemist.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de meldcode

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wet verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling
De meldcode is een stappenplan waarin wordt aangegeven hoe de professional behoort om te gaan met het signaleren en melden van HG en KM ter ondersteuning van zijn/haar besluit om wel/niet te melden. De meldcode is van 2013 verplicht, vanaf 2019 is het verplicht om de verbeterde meldcode met het afwegingskader te gebruiken.

Slide 7 - Tekstslide

Waarom een verbeterde meldcode; 
  1. Eerder geweld is de belangrijkste voorspeller van toekomstig geweld
  2. Proffesionals zijn vaak kort betrokken
  3. Onvoldoende informatie of zicht over eerder geweld
  4. Betrokkenen zijn te weinig in beeld
  5. Geen mogelijkheid om te signaleren of het geweld terugkeert
  6. VT kan signalen over een langere periode bij elkaar brengen. 
Hulp en zorgverleners hebben een wettelijk meldrecht bij vermoedens van huiselijk geweld en kindermishandeling. Dit meldrecht geeft hulp- en zorgverleners, ondanks het beroepsgeheim, het recht om zo nodig zonder toestemming van de client of vertegenwoordiger, een melding te doen van vermoedens van hg en km bij VT.

Uit rechterlijke uitspraken blijkt dat het beroepsgeheim mag worden doorbroken, mits dit zorgvuldig gebeurd.  Het conflict van plichten is hierbij een hulpmiddel. 

Een meldcode voor huiselijk geweld en kindermishandeling helpt dus professionals goed te reageren bij signalen van geweld.
timer
0:30
De meldcode richt zich op alle vormen van huiselijk geweld. Wat valt volgens jou onder huiselijk geweld?

Slide 8 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Welke vormen van mishandeling ken je?

Slide 9 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Zoek op:
Schrijf zes verschillende vormen van mishandeling op.

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiselijk geweld en kindermishandeling: waar of niet waar?

1. Bijna de helft van de mishandelde kinderen is slachtoffer van meerdere vormen van mishandeling.
2. Seksueel misbruik is de meest voorkomende vorm van mishandeling.
3. De meest voorkomende vorm van kindermishandeling is verwaarlozing, zowel emotionele als fysieke verwaarlozing.
4. Minstens 50 kinderen overlijden per jaar aan de gevolgen van mishandeling. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De antwoorden: 
1. Bijna de helft van de mishandelde kinderen is slachtoffer van meerdere vormen van mishandeling.
2. Seksueel misbruik is de minst voorkomende van alle vormen van mishandeling. Naar schatting 2.939 kinderen zijn slachtoffer van deze ernstige vorm van mishandeling en dat is 0,8 op de 1.000 kinderen.
3. De meest voorkomende vorm van kindermishandeling is verwaarlozing, zowel emotionele als fysieke verwaarlozing.
4. Minstens 50 kinderen per jaar overlijden aan de gevolgen van mishandeling.
Dat is 1 kind per week.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ervaringen delen.
Maak groepjes van 3 á 4 en praat met elkaar a.d.h.v. de volgende vragen:
Heb je zelf ooit te maken gehad met vermoedens van huiselijk geweld of kindermishandeling? (privé/stage)
Welke signalen zag/hoorde je?
Wat heb je hiermee gedaan?

timer
5:00

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Getuige zijn van huiselijk geweld kan net zo'n ernstige gevolgen hebben voor een kind als dat het direct slachtoffer is.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kunnen signalen van mishandeling zijn?

Slide 15 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Zowel de lichamelijke als de sociaal-emotionele gevolgen bij het slachtoffer zijn er de oorzaak van dat 30% van de slachtoffers op latere leeftijd pleger wordt van een vorm van huiselijk geweld.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Teken het maar...
Je krijgt een A4'tje. 

Hierop ga je voor jezelf de meldcode tekenen/uitwerken. 
Doel: inprenten van de meldcode. Door dit op jouw eigen manier vorm te geven, blijft het beter beklijven (hangen) en onthoud je het beter. 

timer
15:00

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stappen van de Meldcode









Bespreek jouw ‘niet-pluisgevoel’ met je collega's.

Slide 18 - Tekstslide

Volgorde van de stappende die worden beschreven zijn in een bepaalde volgorde gerangschikt. Maar deze volgorde is niet dwingend. Waar het om gaat, is dat de beroepskracht op enig moment in het proces alle stappen doorlopen, voordat hij besluit om een melding te doen. Soms ligt het voor de hand om meteen met de client in gesprek te gaan over bepaalde signalen. Soms worden stappen ook 2 tot 3x keer gezet. 
Hoeveel mensen zijn ongeveer jaarlijks slachtoffer van huiselijk geweld
A
50.000
B
100.000
C
200.000
D
300.000

Slide 19 - Quizvraag

Waarvan ongeveer 120000 kinderen

Hoeveel inwoners heeft jouw stad?
Veilig Thuis
Taken 

het geven van adviezen;
het aannemen en onderzoeken van meldingen;
het beoordelen van de benodigde vervolgstappen in de vorm van overdracht naar vrijwillige hulp;
het informeren van instanties die passende professionele hulp kunnen verlenen;
het informeren van de politie of de Raad voor de Kinderbescherming (RvdK);
het indienen van een verzoek bij de RvdK om onderzoek te doen;
het informeren van de melder over de stappen die naar aanleiding van zijn melding zijn gezet.

Radarfunctie: signalen van verschillende melders
Monitorfunctie: het volgen van de resultaten 





Slide 20 - Tekstslide

Veilig thuis komt zelf in beeld en/of lokaal team; onderzoeken, sociaal netwerk word in kaart gebracht, veiligheidsplan, voorwaarden en afspraken kunnen worden gemaakt.

hulp kan worden georganiseerd door sociale steun en/of psycholische ondersteuning. Denkende aan bijvoorbeeld wijkteam, jeugdzorg, schuldhulpverlening. 

Op het moment dat de aangeboden hulp mislukt bijvoorbeeld in een gezin. Het kind kan door een rechter op verzoek van de Raad van de Kinderbescherming onder toezicht worden geplaatst. Er komt dan een gezinsvoogd in beeld, die de ouders adviseert bij de opvoeding. Ouders moeten aanwijzingen opvlogen. 
Bij ernstige gevallen kan de rechter beslissen de ouders uit de ouderlijke macht te ontheffen of te ontzetten. Ze hebben dan geen zeggenschap meer. 

Bij Veilig Thuis werken maatschappelijk werkers en vertrouwensartsen

Veilig Thuis heeft de wettelijke taak na een melding te onderzoeken of er sprake is van huiselijk geweld of kindermishandeling en om, indien nodig, passende hulpverlening in te schakelen. Het is daarom van belang dat ernstige signalen en vermoedens van ernstig huiselijk geweld en kindermishandeling altijd worden gemeld, zodat ze 'op de radar komen' bij Veilig Thuis. Dit is kort samengevat wat bedoeld wordt met de 'radarfunctie' van Veilig Thuis. 

Nederland heeft een landelijk dekkend netwerk van 26 VeiligThuis organisaties. In het beoordelingsproces kan Veilig Thuis ook informatie betrekken
van andere Veilig-Thuis organisaties. In het kader van de radarfunctie zullen deze hun
informatiepositie gaan delen. Zo komt een landelijk werkende radar tot stand. 

Indien de beller daarmee
instemt, kan Veilig Thuis checken of er over de persoon/het gezin waarover de beller
advies vraagt aan Veilig Thuis aanvullende informatie ‘op de radar’ staat. Veilig Thuis
betrekt deze informatie bij haar advies, zonder de informatie te delen met de beller. Deze
aanscherping is gericht op de kwaliteit van de advisering aan bellers, door zo goed
mogelijk de veiligheidssituatie te beoordelen. Om deze maatregel vorm te geven, wordt
de informatie uit verschillende bronnen bij elkaar gebracht, zodat Veilig Thuis op basis
van een zo volledig mogelijk inzicht in de problematiek signalen kan beoordelen.


Maak de quizz
https://www.kinderrechten.nl/  1.52 min
Doe de kinderrechten QUIZZZZZ
Ga naar de site > 
Geef antwoord op de zes vragen
Klaar? Scrol nog even door de site
Nabespreken




Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe stap je de les uit?
Je krijgt een papiertje. Teken hier iets op wat iets zegt over jouw gevoel na deze les. Geef het briefje na de les aan de docent.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies