In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.
Lesduur is: 56 min
Onderdelen in deze les
Les 1 : introductie drama
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Waar denk je aan bij het woord "drama"?
Slide 2 - Woordweb
Doen alsof, acteren, in de huid van een ander kruipen, emoties laten zien, verhalen vertellen...
Wat is het verband tussen onderstaande afbeeldingen en drama?
Slide 3 - Tekstslide
Θέατρον van het werkwoord θεάομα = kijken. Geschiedenis theater: Grieken, Romeinen, alleen mannen met maskers, veel geweld (bij favoriete schouwspel van de Romeinen kreeg een ter dood veroordeelde een rol waarbij hij door gieren werd gepikt en door wilde dieren werd verscheurd).
Jezelf durven laten zien, leren presenteren, praten voor een groep, je geheugen verbeteren, stimuleren van fantasie, leren samenwerken, spreekvaardigheid verbeteren, werken aan je uitspraak of dictie, oplossingen zoeken, snel schakelen, op een creatieve manier omgaan met taal, zelfvertrouwen vergroten, lol hebben, anderen aan het denken zetten of laten lachen, iets laten voelen, leren observeren/kijken.
Slide 13 - Woordweb
Jezelf durven laten zien, leren presenteren, praten voor een groep, je geheugen verbeteren, stimuleren van fantasie, leren samenwerken, spreekvaardigheid verbeteren, werken aan je uitspraak of dictie, oplossingen zoeken, snel schakelen, op een creatieve manier omgaan met taal, zelfvertrouwen vergroten, lol hebben, anderen aan het denken zetten of laten lachen, iets laten voelen, leren observeren/kijken.
Slide 14 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Afspraken & regels
Slide 15 - Woordweb
Wees aardig voor elkaar, respecteer elkaar, geef elkaar de ruimte, lach om elkaar maar lach elkaar niet uit, wees aandachtig.
Slide 16 - Tekstslide
Waarom opwarmen?
Net als bij sport: toneelspelen doe je met heel je lichaam: lichaam losmaken, maar ook: hoofd leeg maken, in een bepaalde sfeer komen, concentratie.
Body-workout
Naam en beweging
Jump and bow
Slide 17 - Tekstslide
Build a Machine – One person stands up and makes a simple repetitive gesture with a single sound. The next person stands up and adds to the “machine” with a gesture that somehow connects to the first person’s. Continue until the whole group is a part of the machine.
Reflectie
Slide 18 - Tekstslide
Reflection. Face your partner and try to get inside their head. Observe their movements closely. As they move, mirror their movements and facial expressions as exactly as you can in real time. Mirror their facial expressions.
Ik moet je iets vertellen...
Slide 19 - Tekstslide
Ik moet je iets vertellen – improvisatie
Materiaal: kaartjes “Ik moet je iets vertellen”
De spelers van groep A verspreiden zich door de ruimte en gaan ergens staan. De spelers van groep B krijgen elk een kaartje en wandelen door de ruimte. Bij teken van de spelleider speelt iedereen een korte scène die begint met de tekst op het kaartje. Vervolgens blijven de spelers van groep B staan en krijgen de spelers van groep A een kaartje en wandelen door de ruimte en zoeken een nieuwe gesprekspartner. Aan het eind een paar scènes laten uitspelen voor de groep.