ZS '24: Reading 2

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Text 1


The answer is ....

Slide 2 - Tekstslide

Wat is de taak van de "parkeerfee"?
A
het bewaken van auto's van klanten
B
het bijvullen van parkeermeters van klanten
C
het inpakken van boodschappen voor klanten

Slide 3 - Quizvraag

Text 2
The answer is .a.

But how do you know it is .a.?
Which sentences contains the answer?
Hoe weet je dat? In welke zin staat dat?

Slide 4 - Tekstslide

Waarom droegen vier jongens van de school een rok?
A
als grap op de laatste schooldag
B
als protest tegen saaie schooluniformen
C
als tegenprestaties voor een verloren weddenschap

Slide 5 - Quizvraag

Text 3
The answer is .a.

But how do you know it is .a.?
Which sentences contains the answer?
Hoe weet je dat? In welke zin staat dat?

Slide 6 - Tekstslide

Op welke nieuwe manier kunnen apen bezoekers terugpesten?
A
lucht laten blazen
B
naar mensen spugen
C
van alles gooien

Slide 7 - Quizvraag

Reading
  • Nu krijg je bij de teksten het goede antwoord.
  • Geef aan waar je het goede antwoord hebt gevonden.
  • Noteer de eerste twee woorden van de zin.

Slide 8 - Tekstslide

Text 1
The answer is B.

But how do you know it is B?
Which sentences contains the answer?
Hoe weet je dat? In welke zin staat dat?

Slide 9 - Tekstslide

Hoe weet je dat het antwoord... is? In welke zin staat dat? Geef de eerste twee woorden

Slide 10 - Open vraag

Text 2
The answer is A

But how do you know it is A?
Which sentences contains the answer?
Hoe weet je dat? In welke zin staat dat?

Slide 11 - Tekstslide

Hoe weet je dat het antwoord... is? In welke zin staat dat? Geef de eerste twee woorden

Slide 12 - Open vraag

Text 3
The answer is A.

But how do you know it is A?
Which sentences contains the answer?
Hoe weet je dat? In welke zin staat dat?

Slide 13 - Tekstslide

Hoe weet je dat het antwoord... is? In welke zin staat dat? Geef de eerste twee woorden

Slide 14 - Open vraag

TIPS
  • Lees eerst de vraag
  • Lees de tekst helemaal
  • Probeer het antwoord te vinden door de tekst te scannen
  • Moeilijke woorden? Kijk naar de woorden ervoor en erna, lijken de woorden op woorden uit een andere taal?                    -> kom je er nog niet uit?  Gebruik je WOORDENBOEK!                      

Slide 15 - Tekstslide