Hybride klas GPM en OA 24 les 4

Hybride klas GPM en OA 24
Cursus A (OA)
Cursus B (GPM)
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Hybride klas GPM en OA 24
Cursus A (OA)
Cursus B (GPM)

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen GPM
Aan het einde van deze les:
✅ Weet ik welke interactievaardigheden belangrijk zijn bij persoonlijke ondersteuning. 
✅ Heb ik mij verdiept in respect voor autonomie
✅Weet ik waarop er tijden persoonlijke verzorging rekening moet worden gehouden
✅Ga ik verder met de formatieve toetsing(en)
Lesdoelen OA
Aan het einde van deze les:
✅Weet ik hoe ik zorg voor een veilige omgeving
✅Weet ik waar ik rekening mee moet houden bij een veilige buitenspeelruimte
✅ Begrijp ik het nut van regels
✅ Kan ik uitleggen dat regels, afspraken en protocollen voortkomen uit beleid.
✅Weet je waarom je bekent moet zijn met een calamiteitenplan 
✅Ga ik verder met de formatieve toetsing(en)

Slide 2 - Tekstslide

Weekplanning periode 4
Week
Maandag
Vrijdag
Bijzonder-
heden
2
12-05
16-05
3
19-05
23-05
4
26-05
30-05
Hemelvaart
5
02-06
06-06
6
09-06
13-06
Pinksteren
7
16-06
20-06
8
23-06
27-06
9
30-06
04-07
Projecten
10
07-07
11-07
10e week

Slide 3 - Tekstslide

Formatieve toets inleveren

Week 9
Deadline is:
9e week
04-07-2025
Niet ingeleverd op deze data is de beoordeling een A en wordt pas na de zomervakantie nagekeken!!

Slide 4 - Tekstslide

Lesprogramma OA

Slide 5 - Tekstslide

Lesprogramma GPM

Slide 6 - Tekstslide

Leesmateriaal OA
Boek: Gezondheid en omgeving M1; 
H2 Velige omgeving
H2.1 Gevaar
H2.2 Veilige groepsruimte
H2.2.1 Aandachtspunten
H2.2.2 Veilig gedrag aanleren
H2.4 Veilige buitenruimte
H2.4 Veilig in de organisatie
H2.5 Veilig buiten de organisatie

Boek: Onderwijs als werkveld M3; H1 Toezicht houden buiten lessen
H1.1 Schoolregels
H1.1.1 Beleid
H1.1.2 Protocollen
H1.2 Toezicht houden
H1.2.1 Surveilleren
H1.2.2 Buitenschoolse activiteiten





Leesmateriaal GPM

Module 1 Werken in de gespecialiseerde opvang.
4.8 De rol van interactievaardigheden blz. 134
  Verdiepen in interactievaardigheden: respect voor autonomie
Pedagogisch kader 0-4 jaar
Hoofdstuk 7: respect voor de autonomie van het kind
Hoofdstuk 15: overgangsmomenten en dagritme 
Pedagogisch kader 4-13 jaar 
Hoofdstuk 2: autonomie en participatie

Slide 7 - Tekstslide

GPM

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Verhaal

Ruby zet haar verdriet om in het maken van een mooie tekening. 

Slide 10 - Tekstslide

Hoe zou jij als pedagogisch medewerker reageren op Ruby?

Slide 11 - Woordweb

Interactievaardigheden
Het is een wisselwerking: de één doet iets, en de ander reageert daarop.

🎓 Voorbeeld in de praktijk:
Jij ziet dat een kind verdrietig kijkt →
Je vraagt: "Gaat het wel goed?" →
Het kind zegt: "Ik mis mama." →
Jij reageert: "Zullen we samen een tekening maken voor mama?"

➡️ Dit is een interactiemoment: jij stemt je gedrag af op het kind, en het kind voelt zich gezien en begrepen.


Slide 12 - Tekstslide

Interactie = wisselwerking
Interactievaardigheden:
De vaardigheden die een pedagogisch medewerker toepast tijdens de communicatie met kinderen hiermee geef je:

🧡 1. Emotionele ondersteuning
🧠 2. Educatieve ondersteuning
🤝 3. Sociale ondersteuning

Slide 13 - Tekstslide

  Waarom interactie vaardigheden? 
Door de vaardigheden toe te passen voelen:
  • Kinderen voelen zich gehoord
  • Kinderen voelen zich gezien
  • Kinderen gaan zich veilig voelen binnen de groep
  • Kinderen weten beter wat er van het verwacht wordt
Basis houding van de Pm-er/ onderwijsasisstente:
Is  het creëren van een veilige, stimulerende en liefdevolle omgeving waarin kinderen zich optimaal kunnen ontwikkelen. 

Slide 14 - Tekstslide

🧡 Emotionele ondersteuning

🌟 1. Sensitieve responsiviteit
Taak: De medewerker herkent en begrijpt de signalen van kinderen (zoals verdriet, blijdschap of frustratie) en reageert hier warm en passend op.
→ Doel: Vertrouwen en emotionele veiligheid opbouwen.

🌱 2. Respect voor autonomie
Taak: Kinderen ruimte geven om zelf keuzes te maken en zelfstandig te handelen, passend bij hun leeftijd.
→ Doel: Zelfvertrouwen en zelfstandigheid stimuleren.



Slide 15 - Tekstslide

🧭 3. Structureren en grenzen stellen
Taak: Zorgen voor duidelijke regels, routines en voorspelbaarheid in de dag.
→ Doel: Kinderen een gevoel van veiligheid en houvast geven.

Slide 16 - Tekstslide

🧠  Educatieve ondersteuning

🗣️ 4. Praten en uitleggen
Taak: Actief met kinderen praten, dingen uitleggen en hun taalgebruik stimuleren.
→ Doel: Taalontwikkeling en begrip van de wereld bevorderen.

Slide 17 - Tekstslide

🎨 5. Ontwikkelingsstimulering
Taak: Activiteiten aanbieden die passen bij de leeftijd en ontwikkeling van het kind, en hen uitdagen om nieuwe dingen te leren.
→ Doel: Cognitieve, motorische en sociale ontwikkeling ondersteunen.
🤝 6. Begeleiden van onderlinge interacties
Taak: Kinderen helpen om positief met elkaar om te gaan, conflicten op te lossen en samen te spelen.
→ Doel: Sociale vaardigheden en empathie ontwikkelen.

Slide 18 - Tekstslide

Film: 
Schrijf de namen op van de interactievaardigheden die in het filmpje genoemd worden+ korte betekenis.  

------------------> 5.55-9.20 min 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Respect voor autonomie

Slide 21 - Woordweb

Respect voor autonomie
  • Keuzevrijheid bieden
  • Luisteren en waarderen
  • Zelfstandigheid stimuleren
  • Niet te sturend zijn
  • Structuur en grenzen
Geef kinderen regelmatig de mogelijkheid om te kiezen wat ze willen doen. Dit kan variëren van het kiezen van een activiteit tot het beslissen hoe ze een taak willen aanpakken. Dit bevordert hun zelfvertrouwen en zelfstandigheid.
Neem de tijd om naar de ideeën en meningen van kinderen te luisteren. Laat zien dat je hun perspectieven waardeert door actief te luisteren en hun input serieus te nemen. Dit helpt hen om zich gehoord en gerespecteerd te voelen
Moedig kinderen aan om zelf problemen op te lossen en taken uit te voeren. Geef hen de ruimte om fouten te maken en hiervan te leren. Dit bevordert hun probleemoplossend vermogen en zelfredzaamheid
Probeer niet te veel te sturen of te commanderen. Vraag in plaats daarvan om medewerking en bied ondersteuning waar nodig. Dit helpt kinderen om hun eigen weg te vinden en hun autonomie te ontwikkelen
Hoewel autonomie belangrijk is, hebben kinderen ook behoefte aan structuur en duidelijke grenzen. Dit biedt hen een veilige basis van waaruit ze kunnen experimenteren en groeien. Zorg voor een balans tussen vrijheid en begeleiding

Slide 22 - Tekstslide

Hoe pas je dit toe tijdens verzorgingsmomenten?

Slide 23 - Woordweb

Belangrijke grenzen voor kinderen?

Slide 24 - Woordweb

Hier zijn enkele belangrijke grenzen voor kinderen:
  • Veiligheidsgrenzen: Regels die zorgen voor fysieke veiligheid, zoals niet rennen in de gang of niet met scherpe voorwerpen spelen.
  • Gedragsgrenzen: Richtlijnen voor sociaal gedrag, zoals respectvol praten en geen geweld gebruiken.
  • Tijdslimieten: Beperkingen op schermtijd, bedtijd en speeltijd om een gezonde balans te behouden.
  • Persoonlijke Ruimte: Respect voor de persoonlijke ruimte van anderen en het leren van grenzen rondom aanraking en privacy.
  • Verantwoordelijkheden: Verwachtingen rondom huishoudelijke taken, schoolwerk en persoonlijke verzorging.

Slide 25 - Tekstslide

OA

Slide 26 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen richtlijn, protocol en procedure?

Slide 27 - Woordweb

📗 Richtlijn
Wat is het?
Een richtlijn is een algemene aanbeveling of advies over hoe iets het beste gedaan kan worden, gebaseerd op kennis, ervaring of wetenschappelijke inzichten.
Kenmerken:
  • Niet verplicht, maar wel aanbevolen
  • Minder strikt dan een protocol
  • Laat ruimte voor professionele afweging
Voorbeeld:
Richtlijn gezonde voeding op school – hierin staat dat het aanbevolen is om fruit aan te bieden, water te drinken en snoep te beperken, maar scholen mogen zelf bepalen hoe ze dit toepassen.

Slide 28 - Tekstslide

Hoe zit dat?
  • Niet wettelijk verplicht
  • Geeft aanbevelingen of adviezen voor goede werkwijzen binnen een vakgebied
  • Richtlijnen zijn bedoeld om consistentie en kwaliteit te bevorderen
  • Organisaties en professionals kunnen zelf beoordelen of en hoe ze deze toepassen

Slide 29 - Tekstslide

📘 Protocol
Wat is het?
Een protocol is een algemeen richtlijnendocument dat beschrijft wat er moet gebeuren in een bepaalde situatie.
Kenmerken:
  • Richt zich op het beleid of de afspraken
  • Minder gedetailleerd
  • Geeft het waarom en wanneer aan
Voorbeeld:
Protocol bij ziekte van een kind op school – hierin staat dat ouders gebeld worden, het kind wordt opgevangen, en er eventueel medische hulp wordt ingeschakeld.

Slide 30 - Tekstslide

🛠️ Procedure
Wat is het?
Een procedure is een stap-voor-stap beschrijving van hoe een handeling moet worden uitgevoerd.
Kenmerken:
  • Praktisch en concreet
  • Gedetailleerd
  • Gericht op uitvoering
Voorbeeld:
Procedure bij brandalarm – stap 1: activeer het alarm, stap 2: verzamel de kinderen, stap 3: volg de vluchtroute, stap 4: controleer aanwezigheid op de verzamelplaats.

Slide 31 - Tekstslide

🧩 Samenvattend overzicht

Slide 32 - Tekstslide

📋  Wat is een calamiteit?
Een calamiteit is een onverwachte, ernstige gebeurtenis die direct gevaar oplevert, zoals:

  • Brand
  • Ontruiming
  • Medische noodgevallen
  • Geweld of agressie
  • Gaslek of stroomuitval
  • Natuurrampen (storm, overstroming)

Slide 33 - Tekstslide

Calamiteitenplan
Een calamiteitenplan op school is een belangrijk document waarin staat hoe de school handelt bij noodsituaties. 

Het doel is om de veiligheid van leerlingen, medewerkers en bezoekers te waarborgen en snel en goed te kunnen reageren op onverwachte gebeurtenissen.

Slide 34 - Tekstslide

🧭 2. Doel van het calamiteitenplan
  • Veiligheid waarborgen
  • Snel en effectief handelen
  • Taken en verantwoordelijkheden duidelijk maken
  • Communicatie stroomlijnen

Slide 35 - Tekstslide

👥 3. Rollen en verantwoordelijkheden
  • Directie: eindverantwoordelijk voor de coördinatie
  • BHV’ers (bedrijfshulpverleners): getraind om eerste hulp te verlenen, te ontruimen en brand te bestrijden
  • Leerkrachten/pedagogisch medewerkers: begeleiden kinderen en volgen instructies
  • Communicatieverantwoordelijke: houdt contact met ouders, hulpdiensten en media

Slide 36 - Tekstslide

🚨 4. Procedures per type calamiteit
Bijvoorbeeld:
  • Brand: brandalarm activeren, ontruimen volgens vluchtroutes, verzamelen op verzamelplaats
  • Medisch incident: EHBO toepassen, 112 bellen, ouders informeren
  • Ontruiming: iedereen verlaat het gebouw via vaste routes, aanwezigheidscontrole op verzamelplaats

Slide 37 - Tekstslide

Lesdoelen GPM
Aan het einde van deze les:
✅ Weet ik welke interactievaardigheden belangrijk zijn bij persoonlijke ondersteuning. 
✅ Heb ik mij verdiept in respect voor autonomie
✅Weet ik waarop er tijden persoonlijke verzorging rekening moet worden gehouden
✅Ga ik verder met de formatieve toetsing(en)
Lesdoelen OA
Aan het einde van deze les:
✅Weet ik hoe ik zorg voor een veilige omgeving
✅Weet ik waar ik rekening mee moet houden bij een veilige buitenspeelruimte
✅ Begrijp ik het nut van regels
✅ Kan ik uitleggen dat regels, afspraken en protocollen voortkomen uit beleid.
✅Weet je waarom je bekent moet zijn met een calamiteitenplan 
✅Ga ik verder met de formatieve toetsing(en)

🎯 Wat hebben we vandaag bereikt?

Slide 38 - Tekstslide

Vooruitblik volgende week
OA
Veiligheid en welbevinden 
Spelen en vrije tijd
Relaties in de groep
Spel- en activiteitenbegeleiding

GPM
Signaleren van zorgbehoeften

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Vragen?

Slide 41 - Tekstslide