Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
aiToolsTab
Beta
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Chronische verwikkelingen diabetes
Chronische verwikkelingen diabetes
1 / 26
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Verpleegkunde
Secundair onderwijs
In deze les zitten
26 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
100 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Chronische verwikkelingen diabetes
Slide 1 - Tekstslide
Wat is de glycemiedrempel waarbij men spreekt van hyperglycemie?
A
> 180 mg/dl
B
> 200 mg/dl
C
> 250 mg/dl
D
> 300 mg/dl
Slide 2 - Quizvraag
Wat is een typische ademhaling bij een keto-acidotisch coma?
A
Cheyne-Stokes
B
Oppervlakkige ademhaling
C
Kussmaul-ademhaling
D
Hyperventilatie
Slide 3 - Quizvraag
Welk symptoom hoort NIET bij hypoglycaemie?
A
Tremor
B
Bleekheid
C
Polyurie
D
Palpitaties
Slide 4 - Quizvraag
Wat kan een oorzaak zijn van een keto-acidotisch coma bij DM type 1?
A
Overdosis insuline
B
Zware maaltijd
C
Langdurig vasten
D
Het overslaan van insuline-injecties
Slide 5 - Quizvraag
Waarom ontstaat er gewichtsverlies bij ernstige hyperglycemie?
A
Door verhoogde eetlust
B
Door spier- en vetafbraak
C
Door dehydratatie
D
Door verhoogde urineproductie
Slide 6 - Quizvraag
Wat is een belangrijk verpleegkundig aandachtspunt bij een patiënt met keto-acidose?
A
Kalium toedienen zonder bloedafname
B
Glycemie pas meten als er symptomen zijn
C
Vitale functies strikt opvolgen
D
Enkel voeding geven als de arts het zegt
Slide 7 - Quizvraag
Inhoud
Macro-angiopathie
Micro-angiopathie
Neuropathie
'Waar-of-niet-waar?'
Mini verwerkingsopdracht
Dominospel
Quiz en reflectie
Slide 8 - Tekstslide
Leerdoelen
De studenten verklaren de pathofysiologie van macro- en microvasculaire verwikkelingen bij diabetes.
De studenten herkennen symptomen van nefropathie, retinopathie en neuropathie.
De studenten benoemen verpleegkundige aandachtspunten bij patiënten met deze verwikkelingen.
De studenten stellen gerichte interventies voor aan de hand van casussen.
Leerdoelen:
Je kunt de pathofysiologie van macro- en microvasculaire verwikkelingen bij diabetes verklaren.
Je kunt symptomen van nefropathie, retinopathie en neuropathie herkennen.
Je kunt verpleegkundige aandachtspunten bij patiënten met deze verwikkelingen benoemen.
Je kunt gerichte interventies voor aan de hand van casussen stellen.
Slide 9 - Tekstslide
Mini-explaining
Macro-angiopathie: hart- en vaatziekten
Coronair (hart)
Angina Pectoris
Hartinfarct
Cerebraal (hersenen)
TIA en CVA
Perifeer
Claudicatio intermittens = etalagebenen
Diabetesvoet/angiopathisch ulcus/gangreen
Slide 10 - Tekstslide
Micro-angiopathie: nefropathie & retinopathie
Nefropathie: afvalstoffen, hypertensie, EPO, oedeem, vitamine D
Retinopathie: troebel, hoge druk, dubbelzien, vormverandering, aantasting hoornvlies
Slide 11 - Tekstslide
Neuropathie
ONgevoelig of OVERgevoelig
- Perifeer: sensorische zenuwen en/of motorische zenuwen
- Autonoom: zweetproductie en werking organen verstoord
Slide 12 - Tekstslide
Waar of niet waar?
Slide 13 - Tekstslide
Stelling 1
"Nefropathie kan leiden tot nierdialyse"
Slide 14 - Tekstslide
Stelling 2
"Neuropathie zorgt alleen voor tintelingen in de voeten"
Slide 15 - Tekstslide
Stelling 3
''Micro-angiopathie veroorzaakt CVA's''
Slide 16 - Tekstslide
Stelling 4
''Ongeveer 40% van de mensen met diabetes mellitus heeft retinopathie''
Slide 17 - Tekstslide
Mini-verwerkingsopdracht
Vorm duo’s en schrijf voor één complicatie:
1 symptoom + 1 verpleegkundige aandachtspunt
timer
1:00
Slide 18 - Tekstslide
Dominospel
• Elk groepje krijgt een set van ±15 dominokaarten
• Bij het afleggen moet je steeds luidop verklaren waarom je twee kaarten aan elkaar legt.
Slide 19 - Tekstslide
Welke bloedvaten zijn aangetast bij micro-angiopathie?
A
Grote arteriën
B
Kleine haarvaten en arteriële
C
Lymfevaten
D
Alle bloedvaten
Slide 20 - Quizvraag
Wat is een vroeg teken van diabetische nefropathie?
A
Donkere urine
B
Hypertensie
C
Micro-albuminurie
D
Buikpijn
Slide 21 - Quizvraag
Wat is retinopathie?
A
Een ontsteking van het netvlies
B
Een beschadiging van het netvlies door hoge bloedsuiker
C
Een staaroperatie
D
Een infectie van de oogzenuw
Slide 22 - Quizvraag
Welke vorm van neuropathie zorgt voor een verhoogd risico op voetwonden?
A
Autonome neuropathie
B
Sensibele neuropathie
C
Perifere neuropathie
D
Motorische neuropathie
Slide 23 - Quizvraag
Wat is GEEN gevolg van macro-angiopathie?
A
Hartinfarct
B
CVA (beroerte)
C
Nierinsufficientie
D
Perifeer arterieel vaatlijden
Slide 24 - Quizvraag
Hoe kan je chronische complicaties bij diabetes helpen voorkomen?
A
Door enkel bloedsuiker te controleren
B
Door enkel vetarm te eten
C
Door goede glycemiecontrole en gezonde levensstijl
D
Door dagelijks insuline te spuiten
Slide 25 - Quizvraag
Reflectie
Slide 26 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Diabetes: hoofdstuk 5 Chronische verwikkelingen
May 2022
- Les met
48 slides
Diabetes
Hoger onderwijs
Diabetes acute verwikkelingen
5 days ago
- Les met
27 slides
Verpleegkunde
Secundair onderwijs
obesitas
February 2022
- Les met
11 slides
Aardrijkskunde
Secundair onderwijs
Refresher Stellingen & Locatiecodes
November 2024
- Les met
31 slides
Goederenstroom
Secundair onderwijs
Voedings bij diabetes
March 2024
- Les met
17 slides
Gezondheidsopvoeding
Secundair onderwijs
Refresher Stellingen & Locatiecodes
December 2023
- Les met
36 slides
Goederenstroom
Secundair onderwijs
Type stellingen + herhaling locatie codes in het magazijn
December 2023
- Les met
37 slides
Goederenstroom
Secundair onderwijs
Wat na 3 de graad basiszorg en ondersteuning
February 2025
- Les met
28 slides
Verzorging
Secundair onderwijs