2.1 Pinpas of portemonnee

Welkom 
Telefoon in je tas of in je broekzak
Tas van tafel
Petje of capuchon af

Mevr. Agounad 
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom 
Telefoon in je tas of in je broekzak
Tas van tafel
Petje of capuchon af

Mevr. Agounad 

Slide 1 - Tekstslide

Wat heb je nodig bij economie?
  1. Laptop
  2. Leerwerkboek A
  3. Rekenmachine
  4. Pen en Potlood



Slide 2 - Tekstslide

Hoofdstuk 2 Jij en je geld
Waar gaat dit hoofdstuk over?

paragraaf 2.1 - Pinpas of portemonnee?

Slide 3 - Tekstslide

Na afloop van deze les kun/weet je: 
- De verschillen tussen directe en indirecte ruil
- een nieuw saldo uitrekenen
- Op welke manieren je met geld kunt betalen 
- welke 2 soorten geld er zijn(KADER).

Slide 4 - Tekstslide

Aan de slag!
Maak opgave 2 t/m 14 (basis) blz. 52 t/m 56
Maak opgave 2 t/m 17 (kader) blz. 52 t/m 57

Slide 5 - Tekstslide

Hoe betaal jij het meest?

A
Portemonnee
B
Pinpas

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Tekstslide


Indirecte ruil: geld ruilen tegen goederen of diensten

Slide 8 - Tekstslide

Wat voor soort ruil zie je hiernaast?
A
Directe ruil
B
Indirecte ruil
C
Girale ruil
D
Chartale ruil

Slide 9 - Quizvraag

Is dit een voorbeeld van directe of indirecte ruil
A
Directe ruil
B
Indirecte ruil

Slide 10 - Quizvraag

  • Saldo = bedrag op je bankrekening/account staat

Slide 11 - Tekstslide

Nieuw saldo berekenen
Oud saldo
+ Ontvangsten ( bijgeschreven )
- Uitgaven   ( afgeschreven )
------------
Nieuw saldo


Slide 12 - Tekstslide

Nina heeft 1250 euro op haar bankrekening. Ze ontvangt 90 euro van haar vriend.
Bij de jumbo pint ze 120 euro.
Wat is haar nieuwe saldo?

Slide 13 - Open vraag

0

Slide 14 - Video

Elektronisch betalen
Het geld gaat via jouw rekening naar de rekening van iemand anders. 
- Via de bankpas 
- Contactloos (Via je bankpas, telefoon of zelfs een Smart watch) 
- iDeal 
- Creditcard 

(Snel en veilig) 

Slide 15 - Tekstslide

2.1 Pinpas of portemonnee? 
  • 2 soorten geld:
  1. Chartaal = munten en bankbiljetten. Je kunt het vastpakken.


  2. Giraal = geld dat op je bank/betaalrekening staat. Je kunt het niet vastpakken.

Slide 16 - Tekstslide

Welk soort geld herken je?

1. Sofie betaalt bij de kassa van de AH met haar pinpas.
2. Sem betaalt bij de kassa van de AH met een biljet van € 20
A
Beide chartaal
B
Beide giraal
C
1= chartaal 2= giraal
D
1= giraal 2= chartaal

Slide 17 - Quizvraag