§5.2 ‘Transport en sedimentatie’ deel 1

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Hoofdstuk 5: Vorming van 

landschappen

§5.2 ‘Transport en sedimentatie’ deel 1

Lesplanning 

Aanwezigheid, boekencontrole en huiswerkcontrole

Mededelingen:

Uitleg §5.2 ‘Transport en sedimentatie’

Lees en maak van §5.2 vraag 1 t/m 4

Lesdoelencheck

Wat weet jij van rivieren?

Lesdoelvragen van deze les

1. Benoem de 3 delen van de rivier
   
2. Noem van elk deel 3 kenmerken
   
3. Hoe heet het  slingeren van de rivier door het landschap?
   
4. Leg het proces, bij vraag 3, met de begrippen erosie en sedimentatie uit
   
5. Wat is de bron van de meeste rivieren?
   
6. Welke soorten rivieren zijn er?
   

De proef!

Kenmerken van de rivier

Bovenloop

• In de bergen
• Bron van de rivier --> gjetsjer 
• Sterke stroming door groot verval 
• Erosie overheerst 
  
• Watervallen 
  
• Rivier snijdt diep door het landschap 
  
• Steile hellingen  
  
• Nauwe rivierbedding 
  
• V-dal 
  

Middenloop

• Na de bergen
• Sterke stroming 
  
• Erosie overheerst 
  
• Sedimentatie van de zware verweringsmateriaal
• rivier begint te meanderen 

Benedenloop

• In Nederland 
  
• Stroomsnelheid daalt 
  
• Sedimentatie en erosie wisselen elkaar af
  
• Rivier meanderd door het landschap 
  
• Monding
• Delta kust 
  

afwisseling erosie en sedimentatie

1. bovenloop veel erosie doormiddel van rotsblokken en grofgrind.
   
2. middenloop is er een afwisseling in erosie en sedimentatie van grofzand.
3. benedenloop is er vooral sedimenatie van fijn zand, dit noemen ze fluviatiel sedimentatie.

Bron

Benedenloop

Bovenloop

Monding 

Middenloop

Fluviatiel sediment

Erosie

Het slingeren van een rivier heet

1. Meanderen
2. Rivierslinger
3. Erosie
4. Sedimentatie

In welke bocht vindt erosie plaats bij het meanderen van een rivier?

1. Binnenbocht
2. Buitenbocht
3. Geen van beide
4. Beide bochten

Hier stroomt het water het hardst

1. Middenloop
2. Benedenloop
3. Bovenloop
4. Achterloop

Het einde van rivier, waar hij de zee in stroomt, heet ook wel

1. De delta
2. De overloop
3. De eindloop
4. Estuarium

Aan het werk

Wat: lees en maak van §5.2 ‘Transport en sedimentatie’ vraag 1 t/m 4

Wanneer: deze les, en wanneer je het niet af krijgt, thuis afmaken! 

Hulp: je tekstboek (Lees goed!)

                 buurman/buurvrouw naast je

                de Bosatlas 

Klaar? ga bezig voor een ander vak

       

Klaar?: maak herhaling en verdieping (kijk studiewijzer)

Tijd  10 min voor de bel