Ma 9 okt Bijwoordelijke bepaling of bijvoeglijke bepaling

Ma 9 okt Bijwoordelijke bepaling of bijvoeglijke bepaling
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Ma 9 okt Bijwoordelijke bepaling of bijvoeglijke bepaling

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijwoordelijke bepaling

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijwoordelijke bepaling
We noemen de bijwoordelijke bepaling ook wel de ‘prullenbak’. Alles wat je overhoudt, noem je bijwoordelijke bepaling.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijwoordelijke bepaling

Slide 4 - Tekstslide

VWO moet de verschillende soorten bwb's kunnen herkennen. 
bijwoordelijke bepaling

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijwoordelijke bepaling
Let op
Niet in alle zinnen komt een bijwoordelijke bepaling voor, maar een zin kan ook meerdere bijwoordelijke bepalingen bevatten!

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke vraag(en) stel je ook alweer om de bijwoordelijke bepaling te bepalen?
  • waar= bijwoordelijke bepaling van plaats
  • wanneer= bijwoordelijke bepaling van tijd
  • hoe = bijwoordelijke bepaling van reden

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

bijwoordelijke bepaling

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijwoordelijke bepaling


  • Je weet wat een bijwoordelijke bepaling is. 
  • Je kan de bijwoordelijke bepalingen in een zin benoemen.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijwoordelijke bepaling

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijvoeglijke bepaling (I)
Een bijvoeglijke bepaling (bvb) zegt iets van een zelfstandig naamwoord.

Een bijvoeglijke bepaling is ALTIJD deel van een ander zinsdeel.

Een bijvoeglijke bepaling kan voor of achter het znw. staan. 


Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijvoeglijke bepaling

Voorbeeld:
De lange, mooie jongen | kwam | niet.
lange = bijvoeglijke bepaling bij jongen
mooie = bijvoeglijke bepaling bij jongen
Een bijvoeglijke bepaling kan uit meer dan één woord bestaan.

Namen kunnen ook bijvoeglijke bepalingen zijn.
Voorbeeld:
De plaats Zandvoort ligt aan de Nederlandse kust.
Zandvoort = bijvoeglijke bepaling bij plaats
Nederlandse = bijvoeglijke bepaling bij kust




Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijvoeglijke bepaling 
Wat is dat?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

bijvoeglijke bepaling
- Je weet wat een bijvoeglijke bepaling is;
- Je kunt de bijvoeglijke bepalingen uit de zin halen.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijvoeglijke bepaling

De bijvoeglijke bepaling is geen apart zinsdeel!


Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijvoeglijke bepaling

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De bijvoeglijke bepaling
  • De bijvoeglijke bepaling is GEEN zinsdeel, maar een deel van een andere zinsdeel.
  • De bijvoeglijke bepaling zegt iets over het zelfstandig naamwoord in een zinsdeel.
  •  De bijvoeglijke bepaling kan voor of achter een zelfstandig naamwoord staan.
  • Verwar een bijvoeglijke bepaling niet met een bijwoordelijke bepaling!


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijvoeglijke bepaling
Mijn     eerste     kind     speelt    op    haar     nieuwe    gitaar.
eerste = bijvoeglijke bepaling bij 'kind' 
haar = bijvoeglijke bepaling bij gitaar 
nieuwe = bijvoeglijke bepaling bij gitaar

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijvoeglijke bepaling


Wat weet je nu over de bijvoeglijke bepaling?

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bijwoordelijke bepaling
Bijvoeglijke bepaling
Zegt iets over de handeling
Zegt iets over het zelfstandig naamwoord

Slide 20 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

heeft
de trainer
de spelers
toegesproken.
Voor de wedstrijd
een voor een
bijwoordelijke bepaling
bijwoordelijke bepaling

Slide 21 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Lijdend voorwerp
meewerkend voorwerp
bijwoordelijke bepaling
gisteren
kwam
ze
huilend
haar
beklag
doen

Slide 22 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

bijwoordelijke bepaling
Mijn iPad
heb
ik
het tweede uur
aan Joey
uitgeleend.

Slide 23 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het tweede beeldscherm
is
aangekomen.
eindelijk
bijwoordelijke bepaling

Slide 24 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

De docent wiskunde
heeft
Amber
uitleg
gegeven.
na het laatste lesuur
bijwoordelijke bepaling

Slide 25 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de zinsdelen naar het juiste vak.
Zin:
onderwerp
werkwoordelijk gezegde
lijdend voorwerp
meewerkend voorwerp
bijwoordelijke bepaling
bijwoordelijke bepaling
Volgens het blad Quest
geef
je
hackers
op deze manier
een eenvoudig klusje.

Slide 26 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bijwoordelijke bepaling
Bijvoeglijke bepaling
Is een zinsdeel 
Is geen zinsdeel 

Slide 27 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de zinsdelen die een bijwoordelijke bepaling zijn naar de box.
Vanmorgen
ging
de buurman
over straat

Slide 28 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

lijdend voorwerp
Bijwoordelijke bepaling
onderwerp
bijwoordelijke bepaling
werkwoordelijk gezegde
Hij 
viert
zijn verjaardag
dit weekend.
inderdaad

Slide 29 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

 Huiswerk voor di 10 okt 
Maken opdr 2 t/m 4
Wat is het verschil tussen een bijwoordelijke bepaling en een bijvoeglijke bepaling,
Leren het gele kader van blz. 79

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies