onvoltooide en voltooide tijd TA thema deel 2

Taal, thema 5 
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Basisschool

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Taal, thema 5 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Welke zin staat in de voltooide tijd?
A
Groep 8 was naar de Rosmolen geweest.
B
Groep 8 ging naar de Rosmolen.
C
Groep 8 gaat naar de Rosmolen.
D
Groep 8 zal naar de Rosmolen gaan.

Slide 9 - Quizvraag

Welke zin staat in de onvoltooide tijd?
A
De juf had zich in de tijd vergist.
B
De jufheeft zich in de tijd vergist.
C
De juf vergiste zich in de tijd.

Slide 10 - Quizvraag

Welke zin staat in de voltooide tijd?
A
Lotte danst buiten in de tuin.
B
Lotte danste buiten in de tuin.
C
Lotte zal buiten in de tuin gaan dansen.
D
Lotte heeft buiten in de tuin gedanst.

Slide 11 - Quizvraag

Welke zin staat in de voltooide tijd?
A
Wouter moedigt Ajax aan.
B
Wouter moedigde Ajax aan.
C
Wouter zal Ajax aan gaan moedigen.
D
Wouter heeft Ajax aangemoedigd.

Slide 12 - Quizvraag

Welk gezegde staat in de voltooide tijd?
A
gingen
B
heeft gebakken
C
slapen

Slide 13 - Quizvraag

Welk gezegde staat in de onvoltooide tijd?
A
fietst
B
heeft gerend
C
had uitgelaten

Slide 14 - Quizvraag

Zet de zin in de onvoltooide tijd.
Valentijn had gisteren een mooi verhaal verteld.

Slide 15 - Open vraag

Zet de zin in de voltooide tijd.
Ymke is lijsttrekker.

Slide 16 - Open vraag

Zet de zin in de voltooide tijd.
Mathijs vertelde namens de VVD.

Slide 17 - Open vraag