In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
Spijsvertering
Voedingstoffen
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Welke verschillende voedingsstoffen zijn er?
Slide 2 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Welke voedingsstof is verantwoordelijk voor de opbouw en reparatie van lichaamscellen?
A
Koolhydraten
B
Vitaminen
C
Eiwitten
D
Vetten
Slide 3 - Quizvraag
Onmisbare rol in alle activiteiten en functies van het lichaam.
Bestaan uit aan elkaar gekoppelde aminozuren (bouwstenen van eiwitten hebben belangrijke rol in veel biologische processen) .
Welke voedingsstof dient als belangrijke energiebron voor het lichaam?
A
Mineralen
B
Koolhydraten
C
Eiwitten
D
Vitaminen
Slide 4 - Quizvraag
Suikers, zetmeel en vezels zijn vormen van koolhydraten in onze voeding.
Alle suikers worden afgebroken tot enkelvoudige suikers (kunnen via de darmwand naar het bloed getransporteerd worden).
Meervoudige suikers bestaan uit aan elkaar gekoppelde enkelvoudige suikers, dit kunnen er wel 25.000 zijn.
Suikers worden afgebroken onder invloed van enzymen.
Zetmeel door amylase (aangemaakt in alvleesklier en speekselklieren)
Lactose door lactase (aangemaakt in de dunne darmwand)
Sacharose door sacharase (aangemaakt in de dunnen darmwand).
Suikers, zetmeel en vezels zijn vormen van koolhydraten in onze voeding.
Zetmeel= glucose afgebroken en omgezet door amylase (aangemaakt in alvleesklier en speekselklieren)
Lactose= melksuiker afgebroken en omgezetdoor lactase (aangemaakt in de dunne darmwand)
Sacharose= tafelsuiker afgebroken en omgezetdoor sacharase (aangemaakt in de dunne darmwand).
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Welke voedingsstof is essentieel voor een goede werking van het zenuwstelsel?
A
Koolhydraten
B
Vitaminen
C
Vetten
D
Mineralen
Slide 6 - Quizvraag
Vitaminen zijn onmisbaar voor de celstofwisseling.
Vitamine B2, B6 en B12 zijn belangrijk voor een goede werking van het zenuwstelsel.
Vitamine D en K kan het lichaam zelf aanmaken.
In vet oplosbare vitamine : A, D, E en K
In water oplosbare vitamine : B en C
Welke voedingsstof levert de meeste energie per gram?
A
Vetten
B
Vitaminen
C
Eiwitten
D
Koolhydraten
Slide 7 - Quizvraag
Vetten leveren 9 kcal per gram, eiwitten en koolhydraten 4kcal per gram.
Vetten worden in het darmkanaal afgebroken.
Hier is maar 1 enzym voor nodig: Lipase.
Vetten worden gesplitst in vetzuren en glycerol.
Kleine vetzuren worden via de darmwand opgenomen.
Grote vetzuren en de glycerolmoleculen worden via de lymfe afgevoerd.
Wat zijn gezonde vetten?
A
Witbrood, witte rijst, witte pasta, witte suiker
B
Friet, snacks, mayonaise, margarine
C
Suiker, honing, siroop, frisdrank
D
Avocado, olijfolie, noten, vette vis
Slide 8 - Quizvraag
onverzadigde en verzadigde vetten (en synthetische vetten).
Het verschil zit hem in de manier waarop de atomen in de vetzuren met elkaar verbonden zijn. In verzadigde vetten liggen alle atomen netjes op een rijtje, waardoor deze vetten stevig en hard zijn en een hoog smeltpunt hebben. In onverzadigde vetten zitten er 'knikjes' in de atoomverbindingen, waardoor ze wat losser liggen en zachter of zelfs vloeibaar zijn, en een lager smeltpunt hebben.
Verzadigde vetten verhogen het LDL cholesterol.
Wat zijn macronutriënten?
A
Voedingstoffen die geen energie leveren
B
Voedingstoffen die het lichaam in grote hoeveelheden nodig heeft
C
Voedingstoffen die alleen in noten en zaden zitten
D
Voedingstoffen die alleen in dranken voorkomen
Slide 9 - Quizvraag
Zijn voedingsstoffen die energie leveren aan het lichaam. Drie macronutriënten zijn: Koolhydraten, vetten en eiwitten.
Waar vindt de meeste opname van voedingsstoffen plaats?
A
De dunne darm
B
De dikke darm
C
De slokdarm
D
De maag
Slide 10 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
In welk deel van het lichaam wordt amylase geproduceerd?
A
Amylase wordt geproduceerd in de longen en darmen.
B
Amylase wordt geproduceerd in de nieren en lever.
C
Amylase wordt geproduceerd in de speekselklieren en alvleesklier.
D
Amylase wordt geproduceerd in de maag en milt.
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Oestrogeen, progesteron en testosteron worden uit cholesterol gemaakt.
A
Juist
B
onjuist
Slide 12 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Je lichaam bestaat voor 1/3 deel uit water?
A
Juist
B
Onjuist
Slide 13 - Quizvraag
Het lichaam bestaat voor 3/4 deel uit water.
Je hebt gemiddeld genomen 2.5 liter water per dag nodig.
Binnen 24 uur moet het waterverlies aangevuld worden.
Noem drie mineralen?
Slide 14 - Open vraag
Zouten voor osmotische waarde en zuurgraad in het bloed.
Calcium en magnesium > botweefsel.
Ijzer wordt omgebouwd in Hb van rode bloedcellen.
Sporenelementen worden omgebouwd in hormonen, vitamine en enzymen.
Jodium in schildklierhormoon en fluor in tandglazuur