Klokkijken: hele en halve uren
1 / 26
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Wat is goed?
A
Het is ochtend
B
Het is nacht
C
Het is middag
D
Het is avond
Slide 11 - Quizvraag
Wat is goed?
A
Het is ochtend
B
Het is nacht
C
Het is middag
D
Het is avond
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
Hoe laat is het?
Slide 14 - Open vraag
Hoe laat is het?
Slide 15 - Open vraag
Slide 16 - Tekstslide
Wat is goed?
A
Het is ochtend
B
Het is nacht
C
Het is middag
D
Het is avond
Slide 17 - Quizvraag
Hoe laat is het?
Slide 18 - Open vraag
Hoe laat is het?
Slide 19 - Open vraag
Hoe laat is het?
A
Het is half twaalf.
B
Het is half twee.
C
Het is half een.
D
Het is 30 minuten na 12.
Slide 20 - Quizvraag
Hoe laat is het?
A
1400 uur
B
Het is twee uur.
C
Het is 14 uur.
D
Het is 1 en 4 uur.
Slide 21 - Quizvraag
Hoe laat is het?
A
Het is twaalf uur.
B
Het is geen uur.
C
Het is vier nullen uur
D
Het is nul uur.
Slide 22 - Quizvraag
Hoe laat is het?
Slide 23 - Open vraag
Hoe laat is het? Sleep naar juiste klok.
vijf uur
elf uur
twee uur
dertien uur
zes uur
half 1
acht uur
negen uur
Slide 24 - Sleepvraag
Wat is goed?
A
Het is ochtend
B
Het is nacht
C
Het is middag
D
Het is avond
Slide 25 - Quizvraag
Hoe laat is het?
A
Het is half zes.
B
Het is half zeventien.
C
Het is half vijf.
D
Het is 17 uur en 30 minuten.
