Redactiesommen deel 2

Julian fietst naar school.
Hij fietst op een dag 12 km.
Op de terugweg krijgt hij na 2 km een lekke band. Hoe ver moet hij lopen?
A
4km
B
6km
C
8km
D
10 km
1 / 10
volgende
Slide 1: Quizvraag
RekenenPraktijkonderwijsLeerjaar 1-3

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Julian fietst naar school.
Hij fietst op een dag 12 km.
Op de terugweg krijgt hij na 2 km een lekke band. Hoe ver moet hij lopen?
A
4km
B
6km
C
8km
D
10 km

Slide 1 - Quizvraag

Los deze sommen op en sleep het juiste antwoord naar de juiste vraag.
timer
3:00
73 - 21
31 x 3
66: 2 x 4
41 + 19 : 2
47 + 93
24: 6 x 5
21 + 16 - 30
63 x 3
10 x 11
32 : 2 + 8
= 52
= 93
= 24
= 140
= 189
= 110
= 7
= 20
= 30
= 132

Slide 2 - Sleepvraag

Sarita komt met de bus naar school.
De bus vertrekt om 7:23 uur in Eijsden.
De reis duurt 50 min. Hoe laat is Sarita op school?
A
7:53
B
8:00
C
8:03
D
8:13

Slide 3 - Quizvraag

Kostas gaat naar Griekenland op vakantie.
Hij moet eerst 14 uur rijden met de auto, daarna 2 uur met de boot en dan nog eens 8 uur rijden met de auto.
Hoe lang duurt de reis in totaal?
A
14 uur
B
20 uur
C
24 uur
D
1 dag en 2 uur

Slide 4 - Quizvraag

Een les duurt 100 minuten.
20 procent van de les kletsen we en 10 procent van de les staat een filmpje op.
Hoeveel minuten werken we wel?
A
30 minuten
B
70 minuten
C
80 minuten

Slide 5 - Quizvraag

Bayar doet push ups thuis.
In de eerste serie doet hij 30 push ups, in de tweede serie nog maar de helft daarvan.
Hoeveel push ups doet Bayar in totaal?
A
30
B
40
C
45
D
50

Slide 6 - Quizvraag

Diego is 4 dagen ziek geweest in deze schoolweek.
Hoeveel procent van de dagen is Diego ziek geweest?
A
20%
B
40%
C
60%
D
80%

Slide 7 - Quizvraag

Pietje schreeuwt per dag 8 keer door de klas zonder zijn vinger op te steken.
Hoe vaak schreeuwt hij per week door de klas?
A
32x
B
40x
C
48x
D
56x

Slide 8 - Quizvraag

Manuel moet 11 uur nablijven. Elke dag een uur.
De eerste dag is hij gekomen en daarna 3 dagen niet.
Hoeveel dagen moet hij nog nablijven?
A
11 dagen
B
10 dagen
C
8 dagen
D
7 dagen

Slide 9 - Quizvraag

Wat vinden jullie van deze manier van lesgeven?

Slide 10 - Woordweb