Dagbesteding- (les 1)

Dagbesteding les 1
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
WelzijnMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Dagbesteding les 1

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we vandaag doen?
Periode bespreken
Planning 3 om 3
Afsluiting met project

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wie ben ik?

Slide 3 - Tekstslide

Korte kennismaking: fysiek meer tijd om erin te steken. 
Verwachtingen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
  • Aan het einde van de les kan de student uitleggen wat dagbesteding is.
  • Aan het einde van de les kan de student vertellen welke 4 aspecten een rol spelen bij dagbesteding.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
0:30
Waar denk jij aan bij dagbesteding?

Slide 6 - Woordweb

Kom ook terug op welke doelgroepen.. 
Heeft iemand al eens kennisgemaakt met dagbesteding?
Dagbesteding
= Doelgerichte, zoveel mogelijk zingevende, gestructureerde invulling van activiteiten om de tijd die tot je beschikking hebt te besteden. 
Als MZ'er ben je bezig met de dagbesteding van kwetsbare groepen                 begeleiden en ondersteunen in: bv. vaardigheden en vrije tijd. 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer je kijkt naar gisteren. Wat was toen jou dagbesteding?
timer
0:30

Slide 8 - Open vraag

Het is niet alleen overdag, maar ook s' nachts!!

Slide 9 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De vier aspecten
Bij dagbesteding spelen vier aspecten een rol:
1. De persoon die aan de dagbesteding meedoet: dagbesteding geeft invulling aan de behoeften en wensen. Dit doet iedereen op zijn eigen manier. 
2. De aard van de dagbesteding zelf: de tijd die je in een bepaalde levensfase beschikbaar hebt, geef je vorm en inhoud met dagbesteding
3. De omgeving waarin de dagbesteding plaatsvindt: dit is een plek die je eigen is, waar je veilig bent. Deze deel je met anderen of juist niet. 
4. De waarde van de dagbesteding: het materiaal om je dag, je leven, je bestaan vorm en inhoud te geven. Je bent hier zelf een onderdeel in. 

Slide 10 - Tekstslide

Aandacht aan geven. 
Stijn en Kim hebben hebben een verstandelijke handicap. Ze zijn vier middagen in de week te vinden bij lunchroom de cirkel.
Kim vindt het contact met mensen een beetje eng. Dit maakt dat zij in de keuken werkt en de broodjes klaarmaakt die de klanten bestellen. Zo heeft ze geen contact met klanten.
Stijn werkt in de bediening, neemt de bestelling op en ontvangt de klanten. Hij maakt graag een praatje met de klanten en geniet hiervan. ’s Avonds tijdens het eten verteld hij hier altijd erg trots over.
timer
1:30
De omgeving waarin de dagbesteding plaatsvindt
De waarde van de dagbesteding
De aard van de dagbesteding zelf
De persoon die aan de dagbesteding meedoet

Stijn en Kim
Bestelling klaarmaken en klanten bedienen 
Contact maken met mensen 
Lunchroom de cirkel

Slide 11 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke taken kun je de cliënt aanleren? 
Als beroepskracht maatschappelijke zorg is het jouw taak om cliënten te helpen bij taken in hun levensloopfase. Je kunt verschillende taken aanleren, je moet hierbij het volgende in de gaten houden :
  • Gedrag
  • Zingeving
  • Competenties
  • Werken
  • Scholing
  • Vrije tijd
 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mocht je interessant vinden, dan kun je op de volgende dia's filmpjes met voorbeelden van dagbestedingen vinden

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Noem punten van dagbesteding. Deze zaken houd je in je oog bij dagbesteding
(bv. bij het aanleren van een taak)
timer
0:45

Slide 16 - Open vraag

Gedrag
Zingeving
Competenties
Werken
Scholing
Vrije tijd

Valt vrije tijd wettelijk gezien onder de noemer dagbesteding?
timer
0:30
A
Ja
B
Nee

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

doelen
  • Aan het einde van de les kan de student de lagen van de piramide van Maslow van beneden naar boven benoemen.
  • Aan het einde van de les kan de student de vijf lagen van de piramide van Maslow uitleggen.
  • Aan het einde van de les  weet de student waar dagbesteding in zorg en welzijn zich op richt.
  • Aan het einde van de les kan de student de begrippen arbeistherapie en bezigheidstherapie uitleggen. 
  • Na het maken van de tijdslijn weet de student de volgorde van de volgende gebeurtenissen in de geschiedenis van dagbesteding: arbeidstherapie, bezigheidstherapie, activiteitenbegeleiding, sociale werkvoorziening en individualisering. 

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
0:30
Wat is volgens jou de piramide van Maslow?

Slide 19 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Piramide van Maslow

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke laag van de piramide hoort het filmpje? Leg ook uit waarom.
timer
1:00

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke laag van de piramide van Maslow hoort het filmpje? Leg ook uit waarom
timer
1:00

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar richt dagbesteding zich volgens jou op?

Slide 26 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Dagbesteding in zorg en welzijn
Richt zich op:
  • (re)activeren van  mensen
  • Leren van vaardigheden
  • Behouden van vaardigheden
  • Ondersteunen in het (leren) omgaan met beperkingen door complex en mogelijk progressief ziektebeeld
  • Bereiken van een ander doel 
  • Voorkomen van overbelasting bij mantelzorgers of juist een advies en inhoudelijke ondersteuning van de cliënt en het cliëntsysteem 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dagbesteding in het verleden
Dagbesteding is er altijd al geweest, alleen veranderde de inhoud en vorm van dagbesteding voortdurend. 
  • Arbeidstherapie: de cliënt uit de geestelijke gezondheidszorg neemt deel aan verschillende werkzaamheden. 
  • Bezigheidstherapie: de aandacht van de cliënt af leiden van zijn beperkingen en hem een aangenaam tijdverdrijf te bieden. 
  • Activiteitenbegeleiding: het aanbieden en begeleiden van activiteiten.
  • Sociale werkvoorziening: (voorheen) door de overheid mogelijk gemaakte werkplek voor cliënten met een arbeidshandicap --> passende, beschutten werkplek vanuit de overheid. 
  • Individualisering: maatwerk bij ondersteuning en vraaggericht werken. 

Slide 28 - Tekstslide

waardoor veranderde de inhoud en vorm voortdurend?:  de economie, maatschappij, samenleving, technische ontwikkelingen. 

Korte uitleg: jullie gaan je zelf er verder in verdiepen. 
De client uit de geestelijke gezondheidszorg neemt deel aan verschillende weerkzaamheden. 
De aandacht van de cliënt af leiden van zijn beperkingen en hem een aangenaam tijdverdrijf te bieden. 
Het aanbieden en begeleiden van activiteiten.
(voorheen) Door de overheid mogelijk gemaakte werkplek voor cliënten met een arbeidshandicap --> passende, beschutten werkplek vanuit de overheid. 
Maatwerk bij ondersteuning en vraaggericht werken. 
Sociale werkvoorziening 
Individualisering
Activiteitenbegeleiding
Bezigheidstherapie
Arbeidstherapie 

Slide 29 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Susan traint 3 keer in de week voor hockey. Dit doet ze met veel plezier en merkt dat ze elke training wat beter wordt en de techniek meer beherst. 
Voor je oma boodschappen doen, omdat ze in de risicogroep valt omtrent COVID-19. 
Je bent pizza's aan het bakken voor het avondeten. 
Je koopt een porsche (dit is een dure auto). 
Na weken sollicteren heb je een baan gevonden. Hierdoor heb je meer zekerheid over je financiele situatie. 
Zelfrealisatie
Fysiologische behoeften
Waardering
Veiligheid en zekerheid
Sociale acceptatie

Slide 30 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

De client uit de geestelijke gezondheidszorg neemt deel aan verschillende weerkzaamheden. 
De aandacht van de cliënt af leiden van zijn beperkingen en hem een aangenaam tijdverdrijf te bieden. 
Het aanbieden en begeleiden van activiteiten.
(voorheen) Door de overheid mogelijk gemaakte werkplek voor cliënten met een arbeidshandicap --> passende, beschutten werkplek vanuit de overheid. 
Maatwerk bij ondersteuning en vraaggericht werken. 
Sociale werkvoorziening 
Individualisering
Activiteitenbegeleiding
Bezigheidstherapie
Arbeidstherapie 

Slide 31 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Susan traint 3 keer in de week voor hockey. Dit doet ze met veel plezier en merkt dat ze elke training wat beter wordt en de techniek meer beherst. 
Voor je oma boodschappen doen, omdat ze in de risicogroep valt omtrent COVID-19. 
Je bent pizza's aan het bakken voor het avondeten. 
Je koopt een porsche (dit is een dure auto). 
Na weken sollicteren heb je een baan gevonden. Hierdoor heb je meer zekerheid over je financiele situatie. 
Zelfrealisatie
Fysiologische behoeften
Waardering
Veiligheid en zekerheid
Sociale acceptatie

Slide 32 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

doelen
  • Aan het einde van de les kan de student uitleggen wat participatie en emancipatie inhouden.
  • Aan het einde van de les kan de student uitleggen wat de aandachtspunten voor het proces van emancipatie zijn. 
  • Aan het einde van de les heeft de student zijn/haar tijdslijn gepresenteerd. 
  • Aan het einde van de les kan de student vertellen wat het verband is tussen participatie en emancipatie. 

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is participatie?
A
Opbouw in gradatie van het niveau van meedoen in de samenleving van mensen.
B
Het als volwaardig burger kunnen deelnemen aan wat er in de samenleving gebeurt.
C
Mensen met een specifieke achtergrond eisen gelijke rechten op.
D
Deelname aan een bepaalde activiteit.

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Participatie kun je op verschillende manieren indelen. Noem deze manieren

Slide 35 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Emancipatie
= zoveel als opkomen voor jezelf
  • Geëmancipeerd zijn wil zeggen dat anderen naar je kijken zoals je bent en je accepteren zoals je bent.

Mensen met een specifieke achtergrond willen ondanks hun 'anders-zijn'
zichzelf zijn. Als medewerker MZ ondersteunt de cliënt in het grip krijgen op zijn eigen leven.
Hierbij is een goede afstemming belangrijk, zodat de cliënt zijn autonomie
behoudt. 

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijke aandachtspunten bij emancipatie

  • Gelijkwaardigheid --> je gaat naast de cliënt staan. Belangrijk hierbij zijn wederzijdse communicatie en de noodzaak van onderstaande communicatie.
  • Keuzevrijheid --> eigen keuzes kunnen en mogen maken. Dit vraagt om specifieke benadering.
  • Ondersteuning --> uitgangspunt is flexibiliteit en vraaggericht werken.
  • Sociale (ondersteuning) netwerken --> rekening houden met de ervaringsdeskundigheid van de omgeving is belangrijk. 
  • Respectvolle bejegening --> omgang met elkaar, het is een grondhouding die een voorwaarde is voor empathische benadering. 

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat hebben participatie en emancipatie met elkaar te maken?

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies