MYP2 maandag 22 april

MYP2 maandag 22 april
1 / 53
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 8 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

MYP2 maandag 22 april

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Slide 3 - Video

Inhoud
Hoe was je weekend?
Welk boek is dit?
quiz
 de hond in de pot


Slide 4 - Tekstslide

Koningsdag

Slide 5 - Woordweb


Waar viert de koning koningsdag dit jaar?
A
Hoorn
B
Vlaardingen
C
Middelburg
D
Emmen

Slide 6 - Quizvraag

Oranje is de kleur van koningsdag. De naam van de koning is:

A
Willem-Alexander Oranje Boven
B
Willem-Friso van Oranje-Nassau
C
Willem-Alexander van Oranje-Nassau
D
Willem-Alexander van Oranje Bitter

Slide 7 - Quizvraag

Hoe heet de vrouw van Koning Willem-Alexander?
A
Margarita
B
Alexia
C
Maxima
D
Amalia

Slide 8 - Quizvraag

Amalia is de kroonprinses. Waar zie je Amalia?
A
B
C
D

Slide 9 - Quizvraag

Hoe heten de dochters van Willem-Alexander en Máxima?
A
Alexandra, Alexa en Alexis
B
Beatrix, Juliana en Wilhelmina
C
Anna, Catharina en Victoria
D
Amalia, Alexia en Ariane

Slide 10 - Quizvraag


Hoe heet de sportdag voor kinderen?
A
koningsfeest
B
koningsspelen
C
koningsdag
D
feestdag

Slide 11 - Quizvraag

Ontbijten doe ik ......................
A
's avonds
B
's nachts
C
's ochtends
D
's middags

Slide 12 - Quizvraag


A
lolly
B
drop
C
poffertjes
D
zuurstok

Slide 13 - Quizvraag

Dit zijn
A
Luikse wafels
B
stroopwafels
C
poffertjes
D
Hollandse koeken

Slide 14 - Quizvraag

Een geschreven uitleg over hoe je de pizza warm kunt maken, heet ...............
A
kookwekker
B
gebruiksaanwijzing
C
gerecht
D
stoven

Slide 15 - Quizvraag


A
menukaart
B
maaltijdkaart
C
gerechtenkaart
D
eetkaart

Slide 16 - Quizvraag

Hoe noem je de tijd die nodig is om een gerecht klaar te maken?
A
werktijd
B
koffietijd
C
bedtijd
D
bereidingstijd

Slide 17 - Quizvraag

eten

Slide 18 - Woordweb

1. the apple
2. the banana
3. the bread
4. the butter
5. the carrot
6. the cheese
7. the coffee
8. the cucumber
9. the fruit
10. the herbs
11. the leek
12. the lettuce
13. the milk
14. the oil
15. the onion
16. the orange
17. the pear
18. the pepper
19. the salt
20. the sandwich
21. the sausage
22. the sprinkles
23. the sugar
24. the tea
25. the tomato
26. the vegetable
27. the water
11. the leek
12. the lettuce
13. the milk
14. the oil
15. the onion
16. the orange
17. the pear
18. the pepper
19. the salt
20. the sandwich
21. the sausage
22. the sprinkles
23. the sugar
24. the tea
25. the tomato
26. the vegetable
27. the water

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Voorbereiden video gerecht
Kies een gerecht.
Schrijf een brief naar een vriend waarin je het gerecht omschrijft.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Slide 23 - Video

Klare Taal

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Link

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Link

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Link

Slide 30 - Link

Joost Klein met
Europapa naar Songfestival

Slide 31 - Woordweb

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video

Schrijf zelf een kort sprookje

Slide 34 - Tekstslide

Schrijf zelf een kort sprookje (+- 100w)

Protagonist, antagonist
probleem, ontwikkeling

Begin: Er was eens...
Einde: En ze leefden nog lang en gelukkig

Slide 35 - Tekstslide

Feedback
Laat twee klasgenoten je sprookje lezen.
Zij geven een top en een tip.
Herschrijf je sprookje.

Slide 36 - Tekstslide

dagritme (daily routine)

Slide 37 - Woordweb

Stukje schrijven
Schrijf een stukje over jouw ochtend.
Denk aan: 
- hoe laat stond je op?
- wat heb je gegeten?
- hoe ging je naar school?
- hoe was het weer?
-wat was je eerste les?


Slide 38 - Tekstslide

Klare taal
voorzetsels
Bijvoegelijk naamwoord

Slide 39 - Tekstslide

Stamboom
Generatie 1

Generatie 2

Generatie 3                                                 ik

Generatie 4

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Video

Jip en Janneke

Slide 42 - Tekstslide

dagritme: opstaan, school/werk, avond

weerbericht



Slide 43 - Tekstslide

dagritme

Slide 44 - Woordweb

Slide 45 - Woordweb

Dictoglos
Ik lees een tekst voor, je schrijft niet mee
Ik lees het weer voor en je maakt notities (ik lees te snel om echt mee te schrijven.)
Ik lees weer voor en je maakt weer notities.

Spreek van tevoren af waar jij en waar je buurman op gaat letten.
Je probeert, met je buurman/vrouw, de tekst op te schrijven.

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Tekstslide

In aanloop naar Stip it vragen NPO Zapp en de Stip it-ambassadeurs aan heel Nederland om te laten zien dat zij tegen pesten zijn. Door vier stippen op je hand te zetten maak je de afspraak dat je:

1. Pesten niet oké vindt en er nooit aan meedoet
2. Niemand uitsluit, iedereen hoort erbij
3. Er over praat als pesten bang of verdrietig maakt
4. Altijd probeert op te komen voor iemand die gepest wordt


Stip it-ambassadeurs Stefania, Anne-Mar Zwart en Nizar El Manouzi. Foto: NPO Zapp

Stip it-galerij
Kinderen die mee willen doen kunnen hun foto via zapp.nl/stipit delen met toestemming van hun ouders. De foto verschijnt dan in de Stip it-galerij, waarna kinderen kans maken op een bijzondere prijs: opnames van de Kids Top 20 met Stefania bij hen op school. Volwassenen delen de vier stippen via social media met de hashtags #stipit en #npozapp. Diverse bekende Nederlanders ondersteunen de actie al, zo zetten Familievloggers De Bellinga’s stippen, radio-dj’s Wouter van der Goes, Jet Berkhout en Carine Lacor, televisiepresentatoren Sosha Dusyker, Klaas van Kruistum en Janouk Kelderman, Junior Song Festival-artiesten, acteurs Gioia Parijs en Jade Speelman en meer volgen.

Slide 48 - Tekstslide

cid:18d5f25ac92d785200c1

Slide 49 - Tekstslide

Slide 50 - Link

Beantwoord de vragen op de vorige slide 
(Dat mag deels in het Engels.)

Slide 51 - Tekstslide

Vragen
Welke eenheden van tijd zijn er?
Hoe weet je hoe laat het is?
Hoe zeg je de tijd in het Nederlands?
Wat is een dagboek?
Hou jij een dagboek bij?
Waarom hou je een dagboek bij?
Hoe plan je je dag?
Wat is het verschil tussen een agenda en een dagboek?
Wat is het verschil tussen een planner en een agenda?
Hoe maak je een goed plan? 
Waarom maak je eigenlijk plannen?
Kan iets ook lukken zonder het te plannen?
Hoe zou je leven eruit zien als je helemaal niets zou plannen?

Slide 52 - Tekstslide

Vragen
Welke eenheden van tijd zijn er?
Hoe weet je hoe laat het is?
Hoe zeg je de tijd in het Nederlands?
Wat is een dagboek?
Hou jij een dagboek bij?
Waarom hou je een dagboek bij?
Hoe plan je je dag?
Wat is het verschil tussen een agenda en een dagboek?
Wat is het verschil tussen een planner en een agenda?
Hoe maak je een goed plan? 
Waarom maak je eigenlijk plannen?
Kan iets ook lukken zonder het te plannen?
Hoe zou je leven eruit zien als je helemaal niets zou plannen?

Slide 53 - Tekstslide