Week 5 3.2 en 3.3 en hoofdvragen

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Noteer de kenmerken van vulkanisme
in het Middellandse Zeegebied

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Video

Plaattektoniek bij Griekenland
De plaattektoniek is ook bij Griekenland wat ingewikkeld. Het belangrijkste hier is dat ook hier sprake is van convergentie. De Afrikaanse plaat beweegt richting het noorden en duikt hier onder de Europese plaat. Deze subductie zorgt voor explosief vulkanisme in het Middellandse Zeegebied.
Op dit punt ligt Santorini, een eiland dat gevormd is door de onderliggende vulkaan. Op de dwarsdoorsnede hiernaast, zie je Santorini liggen.
1
Precies bij dit gebied duiken 2 platen onder: De Afrikaanse plaat (vanaf het zuiden) en de Apulische plaat (of Adriatische plaat; die onder de Adriatische Zee ligt) vanaf het westen.
2

Slide 4 - Tekstslide

Caldera


  • Oude (strato)vulkaan
  • Zeer explosief
  • Krater is kilometers breed
  • Magmakamer ingestort

Slide 5 - Tekstslide

Vulkanisme en aardbevingen zijn voorbeelden van:
A
Endogene krachten
B
Exogene krachten

Slide 6 - Quizvraag

timer
5:00
Oceanische rug
Stratovulkaan
Divergent
Convergent
Transform
Explosieve uitbarstingen
Basalt
Aardbevingen
Graniet
Spanning in de aardkorst
Schildvulkaan
Effusieve uitbarstingen
Caldera
Rek in de aardkorst
Dun magma
Stroperig magma met gassen
Subductie

Slide 7 - Sleepvraag

Middellandse Zeegebied: klimaat
  • Droge, hete zomers
  • Milde, natte winters

Neerslag: hoge variabiliteit, hoge intensiteit

Maar grote verschillen!


Slide 8 - Tekstslide

Welk klimaat hoort bij deze klimaatgrafiek?
A
Cf klimaat
B
Cs klimaat
C
Cw klimaat

Slide 9 - Quizvraag

Laat deze afbeelding de zomer of winter toestand zien? 

Slide 10 - Tekstslide

Wat liet de vorige afbeelding zien?
A
Zomersituatie
B
Wintersituatie

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

De geofactoren
Grote verschillen in begroeiing worden veroorzaakt door verschillen in geofactoren.

Voorbeelden:
Vast gesteente als ondergrond > geen plantengroei mogelijk, omdat planten niet kunnen wortelen.

Nauwelijks neerslag > alleen aangepaste planten overleven de droogte.

Slide 14 - Tekstslide

Badlands

Slide 15 - Tekstslide

Aan de slag
Jullie werken in tweetallen aan 3.2 en 3.3 .
Maak gebruik van de atlas.
De indeling  wordt door Karien gemaakt.

Nakijken doe je via itslearning.

Heb je vragen? Stel ze!! Karien komt langs.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Terugblik met vragen.

Slide 18 - Tekstslide

Het water in rivieren in het Middellandse Zeegebied kan na een intensieve regenbui bruin kleuren.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quizvraag

Een grote neerslagvariabiliteit betekent dat er heel veel regen in een keer kan vallen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quizvraag

Het Middellandse Zeeklimaat kent temperaturen die in de winter lager dan -3 graden gaan.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quizvraag

Het Middellandse Zeegebied kent een negatieve waterbalans.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quizvraag