fitness lesweek 5.1 cardiotraining

fitness lesweek 5.1 cardiotraining
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
FitnessMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

fitness lesweek 5.1 cardiotraining

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • uitleg blok 5
  • theorie
  • praktijk
  • afsluiting 

Slide 2 - Tekstslide

Uitleg blok 5
Blok 5 wordt afgesloten met een run-bike-run (verplicht).
Deze vindt plaats op vrijdag 23 juni.
We gaan hier tijdens de fitnesslessen voor trainen.
Oftewel hardlopen en fietsen.

Slide 3 - Tekstslide

Theorie
Bij een run-bike-run maak je gebruik van het cardiovasculair vermogen.
Om jezelf goed voor te bereiden, zul je dus cardiotraining moeten doen.

Slide 4 - Tekstslide

1

Slide 5 - Video

cardiotraining
Bij cardiotraining zal de klant transpireren. Dat betekent dat men met twee zaken rekening dient te houden:
  • hygiëne
  • vochtverlies
De klant dient te sporten met een handdoek om te voorkomen dat men transpiratie op de toestellen achterlaat.
Vaak bieden fitnesscentra de service om papieren wegwerpdoekjes aan te bieden. 

Slide 6 - Tekstslide

Vochtverlies
De klant dient het vochtverlies aan te vullen door het drinken van vocht. Het gebruik van een bidon is dus een standaard onderdeel van cardiotraining.

Slide 7 - Tekstslide

veiligheid
Om veilig te kunnen trainen dient de klant goede uitleg van het gebruik van de toestellen te krijgen en dient de uitvoering tijdens het trainen in de gaten te worden gehouden door het personeel.
Voornamelijk wanneer een klant 'uitgeput' begint te raken, zal dit invloed hebben op de houding van de klant. Dit kan dan weer leiden tot blessures.
Een training op een cardiotoestel duurt meestal langer. Dat betekent dat een kleine afwijking in de houding zeer lang wordt belast. Door de lange duur kan het toch een ernstige blessure opleveren.

Slide 8 - Tekstslide

Hoe makkelijk de oefeningen ook lijken, ook bij cardiotoestellen dient de klant te worden begeleid!

Slide 9 - Tekstslide

Een sprinter rent de 100 meter zo hard mogelijk. Hoeveel hartslagen per minuut zal deze hardloper hebben meteen na zijn race?

Slide 10 - Open vraag

01:26
Noem 5 cardio-apparaten die worden gebruikt in de fitness?

Slide 11 - Open vraag

Praktijk

  • warming-up
  • meten van de maximale hartslag (in tweetallen)

Slide 12 - Tekstslide

warming-up
Kies een cardio-apparaat 
en doe een warming-up van 10 minuten

timer
10:00
Deze video is niet meer beschikbaar
Welke video was dit?

Slide 13 - Tekstslide

Meten van de maximale hartslag
  • werk in tweetallen
  • deelnemer 1 gaat 2 minuten MAXIMAAL hardlopen, roeien of fietsen.
  • Meteen na de twee minuten inspanning 15 seconden meten van de hartslag.
  • Dit getal x 4 (dus bijvoorbeeld: je telt 45 hartslagen in 15 seconden, dan 45 x 4 =  180)

Slide 14 - Tekstslide

Maximale hartslag
De maximale hartslag kun je ook berekenen.
220 - je leeftijd = maximale hartslag

Voorbeeld:
220 - 50 = 170 
Wanneer je een deelnemer op een intensiteit van 65% wil laten trainen, is het 65% van 170 = 110 slagen per minuut.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide