In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.
Onderdelen in deze les
Paragraaf §4.1
Een wereldoorlog
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
weet je hoe Duitsland een groot deel van Europa veroverde
begrijp je hoe Duitsland de oorlog verloor
heb je inzicht hoe de oorlog verliep in Azië
weet je hoe andere werelddelen betrokken waren bij de oorlog
Slide 2 - Tekstslide
Een machtige Duitse rijk
Adolf Hitler was de leider van de partij NSDAP
Hij kreeg veel populariteit in Duitsland door zijn ideeën en theorieën, antisemitisme
Hij kreeg veel macht binnen de politiek en pakt zijn kans om zijn macht uit te breiden
Duitsland werd hierdoor een dictatuur
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Duitse veroveringen
Op 1 september 1939 viel Duitsland Polen binnen. Daarmee begon de Tweede Wereldoorlog.
Met de Blitzkrieg veroverde het Duitse leger een groot deel van West-Europa. Engeland hield stand in de Slag om Engeland.
In de zomer van 1941 volgde Operatie Barbarossa. Aanvankelijk boekte het Duitse leger veel winst, maar eind 1941 liep de opmars vast. Door de winter en de enorme afstanden bereikten voorraden het front niet
Slide 5 - Tekstslide
Politieke leiders
Slide 6 - Tekstslide
Hoe voerde de Duitsers de oorlog?
Bommen op steden gooien
Vliegtuigen en tanks
wapens met gas
grote legers door middel van propaganda, nationalisme, militairisme, wapenindustrie
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Welke stad in Nederland waren er bombardementen?
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Tekstslide
Sommige landen doen niet mee aan de oorlog, hoe noemen we deze landen?
Slide 11 - Open vraag
Slide 12 - Video
Duitse veroveringen
Twee bondgenootschappen kwamen tegenover elkaar te staan:
de asmogendheden: Duitsland, Italië en Japan;
de geallieerden: Groot-Brittannië, de Sovjet-Unie, de Verenigde Staten en hun bondgenoten.
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
00:54
Je ziet hier een radio, waarom zou dat belangrijk zijn geweest tijdens de Tweede wereldoorlog?
Slide 15 - Open vraag
Oorlog in Azië
In Azië brak de oorlog uit op 7 december 1941 met de Japanse aanval op Pearl Harbor. Daarna veroverde Japan geheel Zuidoost-Azië.
De VS heerste over de zee na de Slag bij Midway: een slag waarbij de Amerikaanse marine Japan een zware nederlaag toebracht (1942).
In augustus 1945 wierp de VS op de Japanse steden Hiroshima en Nagasaki twee atoom-bommen: bommen met grote vernietigingskracht. Hierbij kwamen zo’n 100.000 mensen direct om het leven. Op 15 augustus 1945 gaf Japan zich over.
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Video
Welke gebieden had Japan veroverd?
Slide 19 - Tekstslide
Andere werelddelen
In andere wereld delen wordt er ook gevochten in Afrika en op de Caraïben. In de zomer van 1940 viel Italië Egypte aan, met hulp van Duitsland. Vanaf 1942 werden de Italianen en Duitsers teruggedreven. In 1943 gaven de asmogendheden in Afrika zich over.
Suriname en de Nederlandse Antillen waren niet bezet. Op Bonaire werden Duitsers en Nederlandse nazi’s gevangen gezet. In Suriname werd bauxieterts gewonnen en honderden Surinamers vochten met de Amerikanen tegen Japan en werkten op koopvaardijschepen: handelsschepen.
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Einde in zicht
In 1942 was de Slag om Stalingrad: een grote veldslag waarbij een Duits leger voor het eerst werd verslagen door een Sovjetleger (1942-1943). Vanaf 1943 werd Duitsland teruggedrongen door het Rode Leger: het leger van de Sovjet-Unie.
In het westen volgde D-day: de landing van geallieerde soldaten op 6 juni 1944 op de stranden van Normandië. In de maanden daarna werden Frankrijk, België en het zuiden van Nederland bevrijd.
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Video
Duitse verliezen
In maart 1945 trokken legers uit het westen en oosten Duitsland binnen.
Hitler pleegde zelfmoord op 30 april. Een week later was de oorlog in Europa voorbij