Woordenschat thema 7

1 / 6
volgende
Slide 1: Tekstslide
TaalBasisschoolGroep 6

In deze les zitten 6 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Je zegt er iets over, je schrijft het op.
Iemand die zich verstopt in een vliegtuig of een schip en zo stiekem meereist.
Het zinken van een schip.
Degene die de teksten van een krant, tijdschrift of boek nakijkt en verbetert.
Verpesten, verknoeien.
de verstekeling
de redacteur
verbruien
vermelden
vergaan

Slide 2 - Sleepvraag

Scheldwoorden roepen, uitschelden.
Iets wat je krijgt (van de burgemeester) omdat je iets bijzonders hebt gedaan.
Een officiële tekst op mooi papier met mooie letters, deze kun je krijgen als je iets bijzonders hebt gedaan.
Iets (spannends) dat je meemaakt.
Iets heel uitgebreid vertellen.
lang van stof zijn
de onderscheiding
uitjouwen
de oorkonde
de belevenis

Slide 3 - Sleepvraag

Iets laten ontstaan, iets beginnen.
Tegenhouden, overwinnen.
De keuken van een schip.
Water uit een schip scheppen.
De woonruimte op een schip
hozen
bedwingen
de kombuis
stichten
de kajuit

Slide 4 - Sleepvraag

Schrijf een zin waar het woord "aanbevelen" in zit.

Slide 5 - Open vraag

Schrijf een zin waar het woord "vlot" in zit.

Slide 6 - Open vraag