In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Hoofdstuk 6 Verzekeren
Slide 1 - Tekstslide
hoofdstuk 6
Wat zijn transactiekosten?
Wat is risico-aversie?
Wat is asymmetrische informatie?
Hoe bereken je de premie van een verzekering?
Wat is averechtse selectie?
Hoe kan je averechtse selectie bestrijden?
Wat is moral hazard?
Hoe kan je moral hazard beperken?
Slide 2 - Tekstslide
Verzekeren
Verzekeren = verzekeraar neemt financiële gevolgen risico over van verzekerde
Polis = verzekeringscontract
Uitkering = geldbedrag dat de verzekerde ontvangt van de verzekeraar bij schade
Premie = bedrag wat je maandelijks betaald voor de verzekering
Slide 3 - Tekstslide
Wat betekent het woord aversie?
Slide 4 - Woordweb
Risico aversie
Dan heb je een hekel aan risico's -> risicovermijdend
Hoe kan je risico's vermijden in het leven?
Slide 5 - Tekstslide
Verzekeren
Mensen die risico avers zijn zullen zich zoveel mogelijk verzekeren tegen risico's.
Slide 6 - Tekstslide
Wat betekent het woord asymmetrisch?
Slide 7 - Woordweb
Asymmetrisch = scheef
Aan de ene kant van het blad zit meer dan aan de andere kant van het blad.
Slide 8 - Tekstslide
Asymmetrische informatie
De ene persoon heeft meer informatie dan de andere persoon.
Bijvoorbeeld bij aankoop van een tweedehands auto
Slide 9 - Tekstslide
Hoe kan je dit oplossen?
Garantie geven
Kopers die informatie uitwisselen over verkopers
Dit leidt tot een bepaalde reputatie
Slide 10 - Tekstslide
Asymmetrisch informatie bij verzekeringen
Welke partij weet meer?
De verzekeraar wil meer te weten komen over het gedrag van de verzekerde.
Bijvoorbeeld: ANWB veiligrijden autoverzekering
Waarom zou je die informatie geven?
Korting!!
Slide 11 - Tekstslide
Verzekeringspremie
Alle verzekerden dragen gezamenlijk het risico op schade.
Solidariteit
Ik heb een inboedelverzekering, ik betaal iedere maand premie. Maar nog nooit schade gehad.
Mijn premie wordt gebruikt voor de schades van andere verzekerden.
Maar als ik wel een keer schade heb.... Dan betalen zij mee aan mijn schade.
Slide 12 - Tekstslide
Verzekeringspremie berekenen
Minimale hoogte premie:
kans op schade x gemiddelde hoogte van de verwachte schade
Bijvoorbeeld: 5% kans dat een fiets wordt gestolen en dan is de gemiddelde schade €600.
0,05 x €600 = minimaal €30 premie per jaar
Vergeet de kosten en de winst van de verzekeraar niet
Slide 13 - Tekstslide
Averechtse selectie
Goede vs slechte risico's
Goede risico's: mensen die weinig schade claimen
Slechte risico's: mensen die veel schade claimen
Slechte risico's verhogen de premie, goede risico's verlagen de premie.
Slide 14 - Tekstslide
Averechtse selectie
De goede risico's vinden de premie te hoog worden en stoppen met de verzekering.
Wat is het gevolg voor de premie?
De premie gaat nog verder omhoog, want minder mensen die alleen premie betalen en geen schade claimen.
Wat is het gevolg?
Steeds meer mensen vinden de premie niet meer opwegen te het risico en gaan ook weg.
Slide 15 - Tekstslide
Hoe zou je averechtse selectie tegen kunnen gaan?
Slide 16 - Open vraag
Averechtse selectie bestrijden
Optie 1:
Premiedifferentiatie toepassen.
Verschillende groepen krijgen verschillende premies.
Bepalen door bijvoorbeeld: vragenlijsten, woonplaats, leeftijd, aantal schades in het verleden.
Doel: slechte risico's betalen een hogere premie en goede risico's betalen een lagere premie.
Slide 17 - Tekstslide
Bonus malus regeling
Is een vorm van premiedifferentiatie.
Voorkomt dus ook averechtse selectie
Slide 18 - Tekstslide
Averechtse selectie bestrijden
Optie 2:
Vrijwillig eigen risico toepassen
Eigen risico: Dan moet je het eerste deel van een schade zelf betalen
Goede risico's zullen een hoog eigen risico instellen in ruil voor lagere premie.
Slide 19 - Tekstslide
Averechtse selectie bestrijden
Optie 3:
De overheid stelt de verzekering verplicht.
Welke 2 particuliere verzekeringen zijn verplicht?
Zorgverzekering
WA verzekering motorvoertuigen
Slide 20 - Tekstslide
Moral hazard
In het Nederlands: moreel wangedrag
Wanneer mensen zich roekelozer gaan gedragen omdat ze toch wel verzekerd zijn en niet zelf hoeven op te draaien voor de schade.
Slide 21 - Tekstslide
Op welke manier zou je moreel wangedrag tegen kunnen gaan?
Slide 22 - Open vraag
Moreel wangedrag bestrijden
Een verplicht eigen risico instellen
Bonus malus regeling
Maximumvergoeding invoeren
Slide 23 - Tekstslide
Welke bewering over transactiekosten is onjuist?
A
Een ruilmiddel verlaagt de transactiekosten
B
Transactiekosten kunnen uitgedrukt worden in geld, tijd en inspanning.
C
Transactiekosten zijn de kosten die betaald moeten worden als je iets koopt.
D
Transactiekosten zijn de kosten die gemaakt moeten worden om een ruil tot stand te brengen.
Slide 24 - Quizvraag
Wat betekent risicoaversie?
A
Angst voor risico's uit het verleden
B
Informatie zoeken over risico's
C
Roekeloos gedrag vertonen
D
De mate waarin mensen afkerig zijn van risico's
Slide 25 - Quizvraag
Bij asymmetrische informatie
A
..kunnen mensen niet tegelijkertijd communiceren
B
..gaat het om informatie die niet meetbaar is
C
...heeft de ene partij meer informatie dan de andere partij
D
...hebben kopers een hogere betalingsbereidheid
Slide 26 - Quizvraag
Wat betekent averechtse selectie?
A
Een verzekeraar selecteert de verzekerden niet eerlijk
B
Verzekerden hebben een kleine kans op schade
C
Een hogere premie voor risicozoekers
D
Goede risico's verzekeren zich niet, slechte risico's wel
Slide 27 - Quizvraag
Een verzekering voor de wettelijke aansprakelijkheid van automobilisten heeft te maken met een gemiddelde schade van € 3.000 per gebeurtenis. De verzekeringsmaatschappij heeft 40.000 verzekerden. Per jaar claimt slechts 1 op de 20 verzekerden een schade. Ga er bij de berekeningen van uit dat de maatschappij zelf niets verdient. Hoe hoog moet de premie per jaar zijn om deze kosten te dekken?
A
€ 3.000
B
€ 150
C
€ 300
D
€ 1.500
Slide 28 - Quizvraag
Bestrijden van averechtse selectie is niet:
A
Collectieve dwang
B
Premiedifferentiatie
C
Bonus-malusregeling
D
Consumenten gedrag
Slide 29 - Quizvraag
Hoe probeert een verzekeringsmaatschappij het risico op moral hazard te beperken?
A
differentiatie van postcode
B
differentiatie van premie
C
instellen van een eigen risico
Slide 30 - Quizvraag
Wat is asymmetrische informatie?
A
Beide partijen hebben evenveel informatie
B
beide partijen hebben niet evenveel informatie
C
beide partijen hebben geen informatie
D
hebben beide partijen
informatie?
Slide 31 - Quizvraag
Wat is averechtse selectie ?
A
als alleen de averechtse breisteken meetellen
B
als de slechte risico's de verzekering verlaten
C
Als de goede risico's de verzekering verlaten
D
als er wordt geselecteerd op foute voetballers
Slide 32 - Quizvraag
Wat betekent moral hazard?
A
na de overeenkomst gaat men zich slechter gedragen
B
na de overeenkomst gaat men zich beter gedragen
C
na de overeenkomst is er geen gedrag meer
D
na de overeenkomst komen er meer hazen
Slide 33 - Quizvraag
Wat is premiedifferentiatie ?
A
Mensen een premie berekenen die veel te hoog is
B
Mensen een premie berekenen niet bij hun risico past
C
Mensen een premie berekenen die anders dan anders is
D
Mensen een premie berekenen die bij hun risico past
Slide 34 - Quizvraag
Aan welke twee eisen moet een verzekering voldoen
A
Draagvlak en bescheidenheid
B
Draagvlak en verscheidenheid
C
Zitvlak en verscheidenheid
D
Draagvlak en differentiatie
Slide 35 - Quizvraag
Wat is een bonus-malus ladder?
A
Een ladder van korting en toeslag bij een reisverzekering
B
Een ladder van korting en toeslag bij een autoverzekering
C
Als de gemalen koffie in de bonus is bij AH
D
Een ladder van korting en toeslag bij een zorgverzekering
Slide 36 - Quizvraag
Wat is een eigen risico?
A
deel van de schade die je zelf moet betalen
B
deel van de schade die de verzekeraar betaalt
C
toeslag op de premie
D
eigen schuld-dikke-
bult premie
Slide 37 - Quizvraag
Wat is solidariteit?
A
Voetbalhooligans helpen met het afbreken van het stadion
B
Het verstevigen van bruggen en viaducten
C
Wanneer de verzekeraar ook de schade van onverzekerden vergoedt
D
goede risico's betalen te veel en slecht risico's te weinig