didactiek periode 4 week 3 par 8.1 plek in de organisatie

1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
DidactiekMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

week 3 paragraaf 8.1 
plek in de organisatie

Slide 2 - Tekstslide

RAAD HET WOORD
lesstof week 1 en 2
met de 

Slide 3 - Tekstslide

open gesprek

Slide 4 - Tekstslide

????
INHOUD
STRUCTUUR
OPBOUW

Slide 5 - Tekstslide

LSD

Slide 6 - Tekstslide

PDCA

Slide 7 - Tekstslide

wie weet het nog?
wat is product evaluatie?

Slide 8 - Open vraag

wie weet deze nog?
procesevaluatie

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

lesdoelen 8.1
1. De student weet hoe de organisatiestructuur van de stageschool eruit ziet en kan dit in een organogram zetten. 
2. De student weet wat een sociale kaart is.
3. de student weet wat een beroepscode en gedragscode is.

Slide 11 - Tekstslide

jouw plek in de organisatie
1.kleinschalige kinderopvang
2. grote/kleine school
3. bepalend voor aantal collega's
4. zelfsturende teams
5. leidinggeven

Slide 12 - Tekstslide

jouw plek in de organisatie
beroepsprofiel: wat je moet kunnen en wat je moet doen
beroepshouding: de houding die van je wordt verwacht in het beroep
beroeps en gedragscodes, vastgestelde regels.

Slide 13 - Tekstslide

jouw plek in de organisatie
respect voor culturele en geloofsachtergronden
je houdt vertrouwelijke informatie geheim
je bent bereid na scholing te volgen
je maakt geen misgebruik van je macht over kinderen
je houdt privé en werk zoveel mogelijkgescheiden



Slide 14 - Tekstslide

Organogram:
A
Ja, ik weet wat dat is
B
Organo wat????

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

organogram organisatie van een scholengroep

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

in een zelfsturend team regelen de mensen op de werkvloer zelf de taken
A
waar
B
nietwaar

Slide 19 - Quizvraag

lezen
lees blz. 291 : zelfsturende teams

Slide 20 - Tekstslide

hoe zit dit bij jouw op de stage? Wat zie jij hiervan?

Slide 21 - Tekstslide

wat versta jij onder: sociale kaart?

Slide 22 - Woordweb

Slide 23 - Tekstslide

wat wordt er bedoeld met een gedragscode?

Slide 24 - Woordweb

CAO staat voor:
A
christelijke arbeidsovereenkomst
B
collectieve arbeiders oproep
C
collectieve arbeidsorganogram
D
collectieve arbeidsovereenkomst

Slide 25 - Quizvraag

Eindopdracht.

1. Zoek op de website van jouw organisatie het organogram op. Hoe zit dit in elkaar?  Omschrijf het met je eigen woorden.
Hoe zit de organisatie op  je basisschool in elkaar?
Kun je dat netjes via een schema laten zien? 

2. Als je het stuk  over beroepscode en gedragscode leest. weet jij hoe dat op  jouw basisschool in elkaar zit? Vraag ernaar. Maak een foto ervan.
schrijf een stukje waarin jij laat zien wat jij belangrijk vindt voor een beroeps/gedragscode. 

3. lees de functieomschrijving en omschrijf in je eigen woorden wat jouw taken al zijn op de basisschool. Laat goed zien wát je allemaal doet. 
Maar geef ook aan wat je graag zou willen doen en waarvan je ziet dat je eigenlijk al best zou kunnen doen. 

Slide 26 - Tekstslide