In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Wat weet je nog van de vorige mentorles?
Slide 1 - Tekstslide
Wat zijn de oorzaken van uitstelgedrag?
Slide 2 - Open vraag
Wat zijn de oorzaken van uitstelgedrag?
Slide 3 - Open vraag
Wat kun je tegen uitstelgedrag doen?
Slide 4 - Open vraag
Kwaliteiten en complimenten
Slide 5 - Tekstslide
Welke kwaliteiten passen bij jou?
Slide 6 - Woordweb
Noem kwaliteiten waarvan je ze graag zou willen hebben.
Slide 7 - Woordweb
Wanneer heb je voor het laatst een compliment gekregen, en vond je dit een goed compliment?
Slide 8 - Open vraag
Slide 9 - Tekstslide
Complimenten
Complimenten zorgen voor meer geluk, meer motivatie en betere prestaties.
Complimenten zorgen ervoor dat je je gewaardeerd voelt.
De beste complimenten gaan over iets dat de ontvanger belangrijk vindt.
Er is een verschil tussen oppervlakkige complimenten en effectieve complimenten.
Slide 10 - Tekstslide
Effectieve complimenten
Oppervlakkige complimenten zouden over iedereen kunnen gaan en zeggen niet veel over de ontvanger. Bijvoorbeeld: 'goed gewerkt' of 'leuke trui'.
Bij een effectief compliment zeg je iets over de persoon, en benoem je ook wat dit voor jou betekent. Bijvoorbeeld: 'je luistert altijd naar me als ik het moeilijk heb en je geeft me het gevoel dat ik je kan vertrouwen'.
Slide 11 - Tekstslide
Noem nog een voorbeeld van een oppervlakkig compliment.
Slide 12 - Open vraag
Een goed compliment...
is gemeend
is concreet
komt op een goed moment
is een stelling, geen vraag
wordt op de goede toon gebracht (geen sarcasme)
kan niet per ongeluk worden opgevat als belediging
gaat over karaktertrekken of prestaties
Slide 13 - Tekstslide
Complimenten aannemen
Twee op de drie complimenten worden niet aangenomen
Reageer in ieder geval met 'dankjewel'
Reageer niet met een tegen-compliment, bv. 'ik vind jouw trui ook leuk' of 'maar jij kunt dit nog veel beter dan ik'
Onzekere mensen vinden het lastiger om complimenten aan te nemen.