WO - Ziek zijn

ziek zijn
1 / 53
volgende
Slide 1: Tekstslide
WereldoriëntatieLager onderwijs

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 180 min

Onderdelen in deze les

ziek zijn

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht voor thuis
Werkboek p 74 opdracht 1 en 3
Iedereen is wel eens ziek. Vul de tabel in op pagina 74 opdracht 1.
Omcirkel de inentingen die je zelf kreeg op pagina 75 opdracht 3.
Vraag aan je ouders om hen te helpen.

-> Agenda

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ziek zijn en ziektes voorkomen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ons lichaam, een slagveld
Je afweersysteem of immuunsysteem beschermt je tegen allerlei ziekteverwekkers zoals schimmels, bacteriën, virussen en parasieten. Als een verkoudheidsvirus je lichaam binnendringt, begint een heel leger van cellen aan een heuse veldslag. Deze cellen worden aangemaakt in je beenmerg en je milt. Sommige cellen eten de indringers op, andere produceren ziektekiemdodende eiwitten, antistoffen genoemd. Het gevecht duurt een tijdje. Ondertussen kun je ziek worden. De veldslag gaat door in honderden boonvormige klieren, lymfeknopen.
Ze liggen verspreid over gans je lichaam. Als je afweersysteem een zwaar gevecht moet leveren, zwellen de lymfeknopen op. Daardoor kun je soms pijnlijke en gezwollen klieren krijgen.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vaccinatie, voorkomen beter dan genezen

Kinderziektes waren vroeger heel gevaarlijk. 
Vele kinderen stierven aan pokken, bof en andere ziektes.
bof
pokken

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vaccinatie, voorkomen beter dan genezen
In de 18de eeuw ontdekte de arts Edward Jenner het eerste vaccin tegen pokken.

Een vaccin bevat een heel kleine dosis van een dode of ongevaarlijke vorm van de ziekteverwekker.

Je afweersysteem gaat aan de slag om de indringers te 
vernietigen en zal de indringer ook onthouden en herinneren.
Een volgende keer wordt deze direct vernietigd.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vaccinatie, voorkomen beter dan genezen
Je wordt dan niet ziek en bent immuun voor de indringer. Of toch voor een bepaalde tijd. Sommige vaccins moeten na een tijdje herhaald worden.

Opgelet! Elke indringer, elke ziektekiem heeft zijn eigen vaccin nodig.
Edward Jenner

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vaccinatie, voorkomen is beter dan genezen
Kinderziektes waren vroeger zeer gevaarlijk. Vele kinderen stierven aan pokken, bof en andere ziektes.
In de 18de eeuw ontdekte de arts Edward Jenner het eerste vaccin tegen pokken. Een vaccin bevat een heel kleine dosis van een dode of ongevaarlijke vorm van de ziekteverwekker. Je afweersysteem gaat aan de slag om de indringers te vernietigen en zal de indringer ook onthouden en herinneren. Een volgende keer zal die direct worden vernietigd. Je wordt niet ziek: je bent immuun voor de indringer, toch voor een langere tijd. Maar opgelet: elke indringer, elke ziektekiem heeft zijn eigen vaccin nodig!

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Allerlei ziekteverwekkers
Bacteriën en virussen zijn micro-organismen. Maar bacteriën zijn reusachtig vergeleken met virussen: zo'n 100 keer zo groot. De meeste bacteriën zijn 0,001 - 0,005 mm lang. Virussen zijn zo klein dat er bijna een miljoen passen op de diameter van een euromuntstuk. Ze zijn alleen te zien met een sterke elektronenmicroscoop die tot een miljoen keer kan vergroten.
Er zijn heel veel bacteriën die geen ziekteverwekkers zijn, maar opruimers in de natuur. Sommige helpen zelfs onze spijsvertering. Virussen daarentegen zijn altijd ziekteverwekkers. Bacteriën kunnen gedood worden door antibiotica, maar virussen niet. Enkel ons immuunsysteem kan ze bestrijden en overwinnen.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Allerlei ziekteverwekkers
Bacteriën en virussen zijn micro-organismen. Toch zijn bacteriën reusachtig 
vergeleken met virussen: zo'n 100 keer zo groot!





Ze zijn enkel te zien met een sterke elektronenmicroscoop 
die tot een miljoen keer kan vergroten.
elektronenmicroscoop
bacterie
virus

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Allerlei ziekteverwekkers
Bacteriën zijn niet altijd ziekteverwekkers. Sommige zijn opruimers in de natuur en helpen zelfs onze spijsvertering.
Bacteriën kunnen gedood worden door antibiotica.

Virussen daarentegen zijn altijd ziekteverwekkers.
Virussen kunnen niet gedood worden door antibiotica.
Ons immuunsysteem moet ze zelf bestrijden en overwinnen.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Ons afweersysteem wint altijd de strijd tegen indringers.
A
Juist
B
Fout

Slide 15 - Quizvraag

Soms hebben we hulp nodig van medicijnen.
Een vaccin bevat een heel kleine dosis van een dode of ongevaarlijke vorm van de ziekteverwekker.
A
Juist
B
Fout

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Eens gevaccineerd blijf je heel je leven immuun voor de ziekte.
A
Juist
B
Fout

Slide 17 - Quizvraag

Voor sommige ziektes wel (kinderziektes), griep niet.
Neus - en keelamandelen zijn klieren waar cellen vechten tegen indringers.
A
Juist
B
Fout

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Antistoffen zijn ziektekiemdodende eiwitten. We krijgen ze dagelijks via onze voeding in ons lichaam
A
Juist
B
Fout

Slide 19 - Quizvraag

Het lichaam maakt zelf ziektekiemdodende eiwitten aan.
Wat kan je zelf doen om infecties minder kansen te geven?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Besluit
Ziekteverwekkers kunnen ons lichaam binnendringen. Een heel leger cellen begint dan aan een heuse veldslag om deze ziektekiemen uit te schakelen. Dit is ons afweersysteem. Dit systeem heeft ook een geheugen. Eens er antistoffen zijn aangemaakt, herinnert het systeem zich dat wanneer de ziekteverwekker nogmaals in ons lichaam komt. We zijn immuun geworden en worden niet meer ziek. Een vaccinatie beschermt ons tegen gevaarlijke ziektes.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een bacterie?
A
Een massale uitbarsting van een ziekte.
B
Een geneesmiddel die de groei van bacteriën remmen of bacteriën doden.
C
Een microscopisch klein organisme.
D
Een onderdeel van ons lichaam dat ons beschermt tegen allerlei ziekteverwekkers.

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een virus?
A
Dit zijn ziektekiemdodende eiwitten die gevormd worden door bepaalde lichaamscellen.
B
Is een ziekte veroorzaakt door onder andere bacteriën, virussen en schimmels.
C
Is iets (geen levend wezen) dat enkel met een elektronenmicroscoop waarneembaar is en allerhande ziektes kan veroorzaken.
D
Een vaccin dat een heel kleine dosis bevat van een dodelijke of gevaarlijke vorm van de ziekteverwekker.

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een infectieziekte?
A
Dit zijn ziektekiemdodende eiwitten die gevormd worden door bepaalde lichaamscellen.
B
Is een ziekte veroorzaakt door onder andere bacteriën, virussen en schimmels.
C
Is iets (geen levend wezen) dat enkel met een elektronenmicroscoop waarneembaar is en allerhande ziektes kan veroorzaken.
D
Een vaccin bevat een heel kleine dosis van een dodelijke of gevaarlijke vorm van de ziekteverwekker.

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een afweersysteem?
A
Een massale uitbarsting van een ziekte.
B
Een geneesmiddel die de groei van bacteriën remmen of bacteriën doden.
C
Een microscopisch klein organisme.
D
Een onderdeel van ons lichaam dat ons beschermt tegen allerlei ziekteverwekkers.

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn antistoffen?
A
Dit zijn ziektekiemdodende eiwitten die gevormd worden door bepaalde lichaamscellen.
B
Is een ziekte veroorzaakt door onder andere bacteriën, virussen en schimmels.
C
Is iets (geen levend wezen) dat enkel met een elektronenmicroscoop waarneembaar is en allerhande ziektes kan veroorzaken.
D
Een vaccin dat een heel kleine dosis bevat van een dodelijke of gevaarlijke vorm van de ziekteverwekker.

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een vaccin?
A
Dit zijn ziektekiemdodende eiwitten die gevormd worden door bepaalde lichaamscellen.
B
Is een ziekte veroorzaakt door onder andere bacteriën, virussen en schimmels.
C
Is iets (geen levend wezen) dat enkel met een elektronenmicroscoop waarneembaar is en allerhande ziektes kan veroorzaken.
D
Een product met een heel kleine dosis van een dodelijke of gevaarlijke vorm van de ziekteverwekker.

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Allerlei geneesmiddelen

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke informatie staat op verpakkingen van geneesmiddelen?

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke vormen van geneesmiddelen ken je?

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

OPDRACHT
Bekijk de bijsluiter van 1 geneesmiddel met je groepje.
Zoek op de bijsluiter naar:
- de naam van het geneesmiddel
- waarvoor het dient
- de gebruiksaanwijzing
- de mogelijke neveneffecten

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Allerlei geneesmiddelen

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geneesmiddelen vroeger en nu
Reeds eeuwenlang haalt de mens inspiratie uit de natuur om geneesmiddelen te maken. Vroeger kauwden de mensen op wilgenschors om de pijn te verzachten. In de schors zit een stof 'salicylzuur' die de pijn verzacht. Nu zit deze stof in onder andere aspirines. Het maken van nieuwe geneesmiddelen is een lang en moeilijk proces. Onderzoek, ontwikkeling, uittesten en productie kosten veel tijd en geld.
Naast de traditionele geneeskunde bestaan er andere manieren, alternatieve geneeswijzen, om gezondheidsproblemen op te lossen zoals homeopathie, acupunctuur, hypnose, aromatherapie,...

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 34 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat kan je zelf doen
om infecties minder
kans te geven?

Slide 35 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Op zoek naar geneesmiddelen
In 1928 ontdekte de bioloog Alexander Fleming de penicilline. Dit is een antibioticum, een stof die bacteriën doodt. Penicilline helpt bij de genezing van vele bacteriële infecties zoals keel - en oorontstekingen.
Sindsdien heeft de wetenschap niet stilgezeten. Met gentechnologie zoekt men naar mogelijkheden om allerlei ziekten beter te begrijpen en te voorkomen.

Dr. Paul Janssen was een Belgisch arts en farmacoloog. Zijn bedrijf in Beerse werd bekend voor de ontwikkeling van talrijke geneesmiddelen. In 2008 werd hij door een wetenschappelijk magazine uitgeroepen tot Grootste Belgische Wetenschapper.

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Alexander Fleming

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dr. Paul Janssen

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is antibiotica?
A
Een massale uitbarsting van een ziekte.
B
Een geneesmiddel die de groei van bacteriën remmen of bacteriën doden.
C
Een microscopisch klein organisme.
D
Een onderdeel van ons lichaam dat ons beschermt tegen allerlei ziekteverwekkers.

Slide 39 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Veilig op reis

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veilig op reis
Jaarlijks vertrekken heel wat mensen op reis naar een ver land. In ons land worden kinderen ingeënt tegen kinderziektes. Zo zijn we beschermd tegen een aantal gevaarlijke ziektes. 

Maar zijn we dan ook veilig als we naar andere landen trekken?
Moeten we bijkomende inentingen/medicatie hebben?

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 42 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Besluit
Wie reist naar bepaalde landen, kijkt best na of er extra gezondheidsmaatregelen nodig zijn: inentingen/medicatie.
De landen met de meeste risico's vind je in Afrika, Zuid - Amerika en Azië.
Dit kan verklaard worden omdat dit armere landen zijn waar de gezondheidszorg nog niet zo goed is uitgebouwd.

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een epidemie?
Dit is een massale uitbarsting van een ziekte. In de 14de eeuw doodde een pestepidemie in Europa alleen al 25 miljoen mensen. Dit was toen één vierde van de bevolking. In de jaren 1918 - 1919 heerste de Spaanse grieppandemie, een epidemie verspreid over heel de wereld. Tussen de 20 en 100 miljoen mensen stierven aan deze virale infectie.

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Corona of Covid 19
We kregen zeer recent nog te maken met een pandemie die
aan heel veel mensen het leven kostte.

Niet zo lang geleden liepen we allemaal nog rond met 
een mondmasker om zo min mogelijk anderen te besmetten of zelf besmet te raken.

De wereld ging in lockdown om mensen te beschermen.
Ook hiervoor werd een vaccin uitgevonden.

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Epidemieën doorheen de tijd

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een epidemie?
A
Een massale uitbarsting van een ziekte.
B
Een geneesmiddel die de groei van bacteriën remmen of bacteriën doden.
C
Een microscopisch klein organisme.
D
Een onderdeel van ons lichaam dat ons beschermt tegen allerlei ziekteverwekkers.

Slide 48 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De boodschap is: 'Blijf gezond!'
Zorg goed voor jezelf. Eet gezond, drink voldoende water, zorg voor een goede hygiëne, beweeg voldoende en neem je rust!

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 50 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Correctiesleutel WB

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 53 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies