Present Continuous

Present Continuous - Duurvorm
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Present Continuous - Duurvorm

Slide 1 - Tekstslide

Vertaal in het Engels:
Ik loop naar school.

Slide 2 - Open vraag

Vertaal in het Engels:
Hij loopt naar school.

Slide 3 - Open vraag

Wat is de shitregel ook alweer?

Slide 4 - Open vraag

Slide 5 - Tekstslide

De present simple
  • I walk to school
  • You walk to school
  • He walks to school

De present simple (tegenwoordige tijd) gebruik je voor acties die in het heden plaatsvinden, zoals permanente situaties, gewoontes en feiten. 

Slide 6 - Tekstslide

De present continuous
  • Lesdoelen: aan het eind van deze les:
  • Weet je wanneer je de Present Continuous gebruikt. 
  • Weet je hoe je de 'Present Continuous' vormt.
  • Kun je de 'Present Continuous' gebruiken

Slide 7 - Tekstslide

Wanneer gebruik je de 'Present Continuous'?
  • De vorm gebruik je als iets aan de gang is op het moment dat je erover spreekt of schrijft.
  • Iets gebeurt dus op dit moment.

Slide 8 - Tekstslide

  • I am teaching class 1C right now.
  • You are listening to me right now.
  • The sun is not shining at the moment.

Slide 9 - Tekstslide

Hoe ziet de vorm eruit?
Onderwerp
Vorm van to be
(tegenwoordige tijd)
Werkwoord + ing
Rest van de zin
I
am
talking
right now. 
You 
are 
listening
right now. 
He/She/it
is
watching
the screen. 
You
are
sitting
in the classroom. 

Slide 10 - Tekstslide

Hoe vorm je de present continuous?
Onderwerp
Vorm van To Be
Werkwoord + ING
Rest van de zin
I
am
walking
to school. 
You
are
doing
your homework
He/She/It
is
drinking
water. 

Slide 11 - Tekstslide

Voorbeeld
I am screaming at my computer right now.

Slide 12 - Tekstslide

Voorbeeld
Timmy is sitting on a warm toilet seat.

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeeld
The cats are pushing all the buttons in the elevator.

Slide 14 - Tekstslide

Welke drie vormen van 'to be' heb je nodig om de present continuous te kunnen maken?

Slide 15 - Open vraag

Sleep de persoonsvorm naar de juiste vorm van To be. 
Am
Are
Is
I
You
He
She
It
We
They

Slide 16 - Sleepvraag

Let op!
Als het werkwoord eindigt op een -e, dan laat je deze weg als je -ing toevoegt.

to dance - I'm dancing

Slide 17 - Tekstslide

Let op!
Als het werkwoord één lettergreep heeft en eindigt op een klinker + medeklinker verdubbel je de laatste medeklinker.

to hit        - hitting
to run       - running

Slide 18 - Tekstslide

Klinkers:
Alle letter uit de 

A
U

O
E
I
Medeklinkers

Alle andere letters uit het alfabet

Slide 19 - Tekstslide

He is ........ (to stop) the car.

Slide 20 - Open vraag

You're the reason why I .... in the mirror,
.... in the shower.
present continuous-1

Slide 21 - Open vraag

We ... the dishes right now

A
are doing
B
was doing
C
are do
D
was do

Slide 22 - Quizvraag

Listen and fill in the gaps: The clock ... ... so stay.
4. the man is looking at a mine.
present continuous-6

Slide 23 - Open vraag

Look! They ... him his present
A
are give
B
were give
C
are giving
D
were giving

Slide 24 - Quizvraag

So comfortable we ... ...
in a bubble, bubble.
4. the man is looking at a mine.
present continuous-7

Slide 25 - Open vraag

I ... a book for school right now
A
am read
B
am reading
C
was read
D
was reading

Slide 26 - Quizvraag

She ... her bag all by herself as we speak
A
is carrying
B
was carried
C
was carrying
D
is carry

Slide 27 - Quizvraag

He ... in the Alps this weekend
A
is skied
B
was skiing
C
was skied
D
is skiing

Slide 28 - Quizvraag

Slide 29 - Video

Maak nu
Opdracht 55, 56 en 57 op blz. 42 en 43 van je werkboek. 

Slide 30 - Tekstslide

Choose the Present Continuous:
Look! The birds ___ away!
A
fly
B
flying
C
are fly
D
are flying

Slide 31 - Quizvraag

Choose the Present Continuous:
We ___ English class right now.
A
have
B
are having
C
are have
D
are haveing

Slide 32 - Quizvraag

Choose the Present Continuous:
Why ___ for vacation?
A
are we leaving
B
are we leave
C
we leaving
D
leave we

Slide 33 - Quizvraag

Samenvatting
  • Je gebruikt de Present Continuous als iets nu gebeurt.

  • Dit is de vorm: am / are / is + ww + ing

  • Werkwoord eindigt op -e? Weg ermee!

  • Eén lettergreep, eindigt op klinker + medeklinker? = extra medeklinker!

Slide 34 - Tekstslide

Verschil present simple en present continuous
  • De present simple (tegenwoordige tijd) gebruik je voor acties die in het heden plaatsvinden, zoals permanente situaties, gewoontes en feiten. 
  • De present continuous gebruik je niet voor permanente situaties, maar voor situaties/acties die nu bezig zijn.

Slide 35 - Tekstslide

Scan de QR code en maak de opdrachten

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Link

Slide 38 - Link

1 =
2=
3 =
4=
5=
6=
7=
8=
10=
9=
Luister en schrijf op een blad papier wat voor spellen zij aan het doen zijn.

Slide 39 - Tekstslide