Les 5

Les 5
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Les 5

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
  • De student maakt gebruik van een maatschappelijk steunsysteem.
  • De student kan een maatschappelijk steunsysteem in kaart brengen.


Kennis: wat is een sociale kaart, wat zijn maatschappelijke steunsystemen. En wanneer heb je die nodig? 

Slide 2 - Tekstslide

Wat weten jullie nog van vorige week?

Slide 3 - Woordweb

Opdracht Steunsysteem
15 minuten:
Zoek eens op:
  • Wat is een maatschappelijk steunsysteem?
  • Voor wie is een maatschappelijk steunsysteem bedoeld?


Slide 4 - Tekstslide

Maatschappelijk steunsysteem
Bijvoorbeeld mensen met psychische aandoeningen hebben net als ieder ander behoefte om mee te kunnen doen in de samenleving. ​

Soms hebben zij daarbij extra ondersteuning nodig. ​
Deel uitmaken van een maatschappelijk steunsysteem kan dan helpen.​
 Een maatschappelijk steunsysteem is een georganiseerd netwerk van personen en organisaties (vrijwillig en professioneel) die de cliënt ondersteunt bij zijn deelname aan de samenleving. ​
Denk aan: ​een bewonersraad, ​maatjesproject, ​vrijwilligerscentrale, ​cliëntorganisaties, ​
mantelzorgorganisaties enzovoort.








Slide 5 - Tekstslide

Hoe ziet het maatschappelijk steunsysteem er bij jullie werk uit?

Slide 6 - Open vraag

Maatschappelijk steunsysteem 
Een aantal activiteiten behoort tot de vaste elementen van een maatschappelijk steunsysteem, namelijk:​

- het bereiken van de doelgroep;​
- het verlenen van mantelzorg in brede zin;​
- het bieden van ondersteuning bij het maatschappelijk functioneren;​
- het werken aan rehabilitatie;​
- het creëren van randvoorwaarden;​
- communicatie met partijen die voor de doelgroep van belang zijn.​






Slide 7 - Tekstslide

Maar hoe doen we dit?

Slide 8 - Open vraag

Maatschappelijk steunsysteem 
De kern van een maatschappelijk steunsysteem is het persoonlijke netwerk van een cliënt; hulp- en dienstverleners ondersteunen dit en vullen het aan.​

Het persoonlijke steunsysteem bestaat bijvoorbeeld uit naasten, vrienden, kennissen, buren, lotgenoten en collega’s van een vereniging of sportclub. ​
In een persoonlijk steunsysteem waarderen en steunen mensen elkaar over en weer.
Ze bieden elkaar praktische en emotionele steun. ​
Voor kwetsbare mensen is deze persoonlijke steun niet vanzelfsprekend. ​
Vaak is hun persoonlijke steunsysteem kleiner dan dat van de gemiddelde Nederlander. 

Rondom dit persoonlijk steunsysteem zijn er allerlei instanties en voorzieningen in onze maatschappij beschikbaar waar mensen (tijdelijk) gebruik van kunnen maken. ​
Het geheel vormt het maatschappelijke steunsysteem van de cliënt.






Slide 9 - Tekstslide

Maar met welk doel doen we dit dan? 

Slide 10 - Tekstslide

Maatschappelijk steunsysteem 
De meeste initiatieven zetten vooral in op het bevorderen van maatschappelijke participatie op alle mogelijke levensterreinen, zoals:​











wonen, ​
sociale contacten, ​
vrijetijdsbesteding, ​
sport,​
hobby’s, ​
culturele activiteiten, ​
educatie, ​
administratie en financiën, ​
werken, ​
leren​,
dagbesteding.

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht portfolio
schrijf een casus over 1 van je cliënten. Breng bij deze persoon het maatschappelijke steunsysteem in beeld. Beantwoord de volgende vragen:

  • Van wie krijgt deze persoon hulp? En uit welk systeem komt dit?
  • Wat gaat goed en waarom?
  • Wat kan beter en hoe pak je dit aan? 
  • Hoe kan je het maatschappelijke steunsysteem nog meer bevorderen bij deze client?



Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

Vandaag
  • De student maakt gebruik van een maatschappelijk steunsysteem.
  • De student kan een maatschappelijk steunsysteem in kaart brengen.


Kennis: wat is een sociale kaart, wat zijn maatschappelijke steunsystemen. En wanneer heb je die nodig? 

Slide 14 - Tekstslide