4.2 Botten

Thema 4: stevigheid en beweging
Basisstof 1: botten
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 4: stevigheid en beweging
Basisstof 1: botten

Slide 1 - Tekstslide

WAT GAAN WE DOEN? 
  • Waar gaan we in dit hoofdstuk mee aan de slag?
  • herhaling vorige basisstof
  • Leerdoelen 4.2  de botten
  • Uitleg 4.2  de botten
  • Aan de slag!

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Wat zijn je ledematen?
A
Oren, mond en neus
B
Ribben en borstbeen
C
Rug en nek
D
Armen en benen

Slide 4 - Quizvraag

Dit been noemen we...................
A
dijbeen
B
scheenbeen
C
kuitbeen
D
spaakbeen

Slide 5 - Quizvraag

Geef de naam van onderdeel 11
A
bovenarm
B
opperarmbeen
C
spaakbeen
D
ellepijp

Slide 6 - Quizvraag

Aan het skelet kun je ook vaak herkennen hoe een organisme er uit zal hebben gezien. Één van de taken van het skelet die hier het beste bij past is...
A
Dit is ter bescherming van de hersenen
B
Dit is voor de stevigheid van het skelet
C
Zo is de vorm het lichaam te herkennen
D
Dit is noodzakelijk om te kunnen bewegen

Slide 7 - Quizvraag

Leerdoelen
- Je kunt uitleggen waaruit bot en kraakbeen bestaat.

- Je kunt uitleggen wat er met de botten gebeurd wanneer je ouder wordt.  

Slide 8 - Tekstslide

Beensamenstelling
De kalk in beenderen zorgt voor stevigheid. 

De lijmstof zorgt voor buigzaamheid. 

Als je de kalk weg haalt -> slap (zoutzuur)
Als je lijmstof weg haalt -> broos (vuur)

Slide 9 - Tekstslide

kraakbeen

Slide 10 - Tekstslide

Kraakbeen onder de microscoop

Slide 11 - Tekstslide

Been en kraakbeen

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Meer been?
Of kraakbeen?

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Stel; mijn opa (93) en onze zoon Ruben(1) staan boven aan de trap. Ze vallen allebei. Wie heeft de grootste kans op gebroken botten?
A
Opa, omdat hij de meeste lijmstof in zijn botten heeft
B
Ruben, omdat hij de meeste lijmstof in zijn botten heeft.
C
Opa, omdat hij de meeste kalk in zijn botten heeft
D
Ruben, omdat hij de meeste kalk in zijn botten heeft.

Slide 16 - Quizvraag

Aan de slag!
Lees thema 4 basisstof 2.
Basis:
Opdracht: 1 t/m 3 samen
opdr. 4 t/m 9 zelfstandig. 


Slide 17 - Tekstslide

Leerdoelen
- Je kunt uitleggen waaruit bot en kraakbeen bestaat.

- Je kunt uitleggen wat er met de botten gebeurd wanneer je ouder wordt.  

Slide 18 - Tekstslide