BS4: Vorming van gedrag

Goedemorgen!
This is the place to   Bio
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Goedemorgen!
This is the place to   Bio

Slide 1 - Tekstslide

Basisstof 4: 
Vorming van gedrag

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen

  1. Je kunt toelichten dat gedrag deels erfelijk bepaald.
  2. Je kunt de dynamische relatie beschrijven tussen een organisme en zijn omgeving

Slide 3 - Tekstslide

Erfelijke eigenschappen 
(aangeboren)
Aangeleerde eigenschappen
(ervaring)

Slide 4 - Tekstslide

Handelingen zijn afhankelijk van de interactie met de omgeving

Slide 5 - Tekstslide

Ontstaan gedag
Interne prikkels
(bijv. lege maag)
Externe prikkels
(bijv. zien lekker eten)
Motivatie
(bijv. honger)
Handelingen
(bijv. kauwen)
Gedrag
(Voedings-
gedrag)

Slide 6 - Tekstslide

Andere factoren met invloed op het gedrag
  • Fysiologie
  • Anatomie (bouw)
  • Ontwikkelingsfase
  • Gezondheid
  • Leerprocessen

Slide 7 - Tekstslide

Vorming van gedrag
Gedrag bestaat uit
  • Erfelijk gedrag(aangeboren)
  • Aangeleerd gedrag
  • Nieuw gedrag 
Gedrag = mix van aangeboren, 
aangeleerd en eventueel
 nieuw gedrag



Slide 8 - Tekstslide

Motivatie: 
de bereidheid om een bepaald gedragssysteem uit te voeren.
De interne prikkel is hier laag (geen hongergevoel), maar de externe prikkel is hoog (erg lekker eten). Dit levert samen voldoende motivatie op om het ijsje te eten
Hier zou je onvoldoende motivatie hebben. Zowel de interne- als externe prikkel zijn laag
Als de interne prikkel hoog genoeg is dan is er maar een lage externe prikkel nodig om voldoende motivatie te hebben om te eten

Slide 9 - Tekstslide

Periodieke invloeden
Regelmatige schommelingen in prikkelsterkte 
  • Voortplantingsprikkel
  • Biologische klok
  • Daglengte
  • Temperatuur

Oorzaken: verandering in hormoonspiegel, neurotransmitters

Patrick van Asselt, 2018

Slide 10 - Tekstslide

Niko Tinbergen
(1907 - 1988)

Protocollen
handelingen, aantal en tijd

Analyse
frequentie, gedragsketens
Nobelprijs 1973

Slide 11 - Tekstslide

Sleutelprikkel
Sleutelprikkel: prikkel die altijd hetzelfde gedrag tot gevolg heeft

De respons op  een sleutelprikkel is aangeboren


Slide 12 - Tekstslide

Supranormale prikkels
Supranormale prikkels: versterkte sleutelprikkel 
Leidt tot een sterkere respons

Overdreven eigenschappen = gebruik maken van supranormale prikkels

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag

Maken
Opdrachten 43 t/m 52

Slide 14 - Tekstslide