Herhalen les mediawijs!

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• vmbo k, g
• Leerjaar 3

medium IS?

1. Praten in elkaars bijzijn.
2. Een middel om informatie over te dragen.
3. Sociale kanalen

Media ZIJN?

1. Bedrijven die zich bezighouden met het overbrengen van informatie.
2. Middel om informatie over te dragen.
3. Alleen winstgevende kanalen

massamedia ZIJN?

1. Sociale media kanalen
2. Media die met hun boodschap zoveel mogelijk mensen proberen te bereiken.
3. Bedrijven die graag winst willen

Amusementsfunctie is?

1. Je krijgt informatie
2. Je leert de waarden en normen van je land
3. Je vermaakt je ermee en je hebt er plezier van

Socialiserende functie is?

1. Je leert wat normaal is in de cultuur waarin je leeft
2. Je krijgt informatie
3. Het programma zorgt dat je een mening krijgt

infotainment is?

1. Informatie die op een leuke manier wordt gebracht.
2. Moeilijke informatie programma's

De beste omschrijving van communicatie is:

1. Facetimen, snapchatten en whatsappen.
2. Met elkaar praten.
3. Een boodschap overbrengen.
4. Iemand informatie geven.

Een voorbeeld van media met een meningsvormende functie is:

1. Een reclameblok.
2. Het journaal.
3. Een talkshow.
4. Een soapserie.

medialandschap is?

1. Alle sociale media.
2. Alle media in Europa
3. De NPO
4. Alle mediabedrijven van Nederland.

Deze omroep wil winst maken

1. NPO 1
2. RTL

publieke omroep?

1. Betaald vanuit belastinggeld.
2. Willen winst maken.
3. John de Mol

Een commerciële zender wil?

1. Winst maken
2. Informatie functie

Mag winst maken

NL 1, 2 en 3

RTL, SBS En TALPA

Belastinggeld 

NOS (nieuws)

Temptation Island 

Commercieel 

Publieke omroep 

doelgroep?

1. Jongeren.
2. Winstmakende groep.
3. Een groep met grotendeels dezelfde eigenschap(pen) .

persconcentratie is?

1. Wanneer verschillende mediamerken onder één eigenaar of bedrijf vallen.
2. Alle mediamerken die geen winst willen maken.
3. Alle mediamerken die zorgen voor een betere concentratie.

Een voorbeeld van mediapluriformiteit is:

1. NPO1, NPO2 en NPO3.
2. BNR Nieuws, NOS Achtuurjournaal, RTL Nieuws en De Volkskrant.
3. RTL4, RTL5, RTL7 en RTL8.

privacy is?

1. Zelfstandig zijn en niks willen delen.
2. De vrijheid om te kiezen om persoonlijke informatie wel of niet te delen.
3. Vrijheid en gelijkheid .

Wat is een filterbubbel?

1. Mensen krijgen alleen informatie te zien die persoonlijk op ze is afgestemd.
2. Alleen informatie op sociale media.
3. Alleen een meningsvormende functie.

Door persoonlijke informatie te verzamelen kunnen bedrijven meer advertenties verkopen.

1. Juist
2. Onjuist

Een algoritme zorgt ervoor dat je:

1. Telkens weer nieuwe berichten krijgt op je tijdlijn.
2. Berichten op je tijdlijn krijgt die bij je passen.

Medialisering =

1. Het proces waarin de media een steeds grotere rol spelen in ons leven.
2. Het proces waarin we alleen nog maar sociale media gebruiken.

Een kenmerk van medialisering is:

1. Het gebruiken van je telefoon om te bellen.
2. Overal is tegenwoordig een app voor.
3. Het kijken naar de televisie.
4. Met vrienden naar de bioscoop.

De belangrijkste oorzaak van medialisering is:

1. Televisie.
2. Cyberpesten.
3. Kranten en tijdschriften.
4. Smartphone.

Een gevolg van cyberpesten is eenzaamheid.

1. Juist
2. Onjuist

Een positief gevolg van medialisering is:

1. Mensen kunnen heel snel populair worden.
2. Mensen sturen sneller berichten naar elkaar door.
3. Apps maken het leven van mensen makkelijker.

Een bedrijf dat nieuwsberichten verkoopt aan nieuwsbedrijven, noemen we een:

1. Mediabedrijf
2. Persbureau
3. Journalist
4. Redactie

De beste omschrijving van kwaliteitsjournalistiek:

1. Ze maken gebruik van aansprekende nieuwskoppen en afbeeldingen.
2. Ze schrijven over serieuze onderwerpen zoals: economisch, politiek en buitenlands nieuws.
3. Ze schrijven artikelen die voor iedereen makkelijk leesbaar zijn.
4. Ze schrijven over serieuze onderwerpen zoals: shownieuws, criminaliteit en binnenlands nieuws.

Journalisten zijn belangrijk in onze samenleving, omdat:

1. Ze de overheid en organisaties controleren op fouten.
2. Ze de informatie vanuit de overheid overbrengen.
3. Ze weten wat er in de samenleving speelt.
4. Ze zorgen voor infotainment.

GEEN kenmerk van een betrouwbare bron is:

1. In het bericht wordt een andere nieuwsbron aangehaald.
2. Het bericht gaat alleen maar over feiten.
3. Er staan veel taal- en spelfouten in de bron.
4. Alle partijen komen in het nieuwsbericht aan het woord.

Hoe hebben media invloed op de manier waarop wij naar mensen kijken?

1. Ze gebruiken verkeerde stereotypes.
2. Ze bepalen onze beeldvorming.
3. Ze gebruiken beelden uit het echte leven.
4. Ze bedenken heel aparte beelden.

Een vader in pak die om 18:00 uur thuiskomt van zijn werk is een voorbeeld van:

1. Beeldvorming.
2. Rolpatroon.
3. Selectieve waarneming.
4. Vooroordeel.

Een voorbeeld van roldoorbrekend gedrag is:

1. Een technicus met een bril.
2. De burgemeester in zijn zwembroek.
3. Een brede en sterke militair.
4. Een klein meisje die met poppen speelt.

De beste omschrijving van selectieve waarneming is:

1. Mensen hebben last van rolpatronen.
2. Mensen krijgen niet altijd alles mee.
3. Mensen krijgen niet altijd alles mee.
4. Mensen krijgen niet altijd alles mee.

Begrippen boekje afmaken + herhaal les in teams maken!