Tenses (part 2)

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Present Continuous - form

Subject
+
auxiliary: to ..... in the present/past
 +
verb + ing
I am explaining to you.
 
He is talking to his neighbour

Slide 2 - Tekstslide

Past Continuous - form

Subject
+
was/were
 +
verb + ing

Slide 3 - Tekstslide

Past continuous: Form
Bevestigend: subject + was/were + verb-ing
(onderwerp + was/were +ww-ing)
I was walking
Ontkennend: Subject + was/were + not + verb-ing
I wasn't (was not) walking 
Vragend: Was / were + subject + verb-ing?
Were they walking?











Slide 4 - Tekstslide

Past continuous: use
We gebruiken de past continuous voor handelingen of gebeurtenissen die in het verleden voor een bepaalde tijd gaande waren.



They were studying yesterday morning

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

page 175 EXERCISE 29

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Past continuous and past simple

Slide 9 - Tekstslide

Past Continuous and Past Simple

Slide 10 - Tekstslide

Past Continuous and Past Simple




Past Continuous = al aan de gang ( lang)
Past Simple = iets gebeurde (kort)

Slide 11 - Tekstslide

Signal words
The word "when" come before the past simple
The word "while" comes before the past continuous

I was reading a book when the phone rang.
The phone rang while I was reading.

Slide 12 - Tekstslide

page 176-177

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide