Hoe draait het nu?

Waar 'draait' het allemaal om?

1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
TechniekMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Waar 'draait' het allemaal om?

Slide 1 - Tekstslide

Overbrenging

draairichting en draaisnelheid

Slide 2 - Tekstslide

Vooraf...
Je hebt uitleg gehad over overbrengingen.  
Het is nu aan jou om te kijken wat je ervan begrijpt.
Dit is een formatieve toets (hoe sta ik ervoor=nog geen cijfer)
DUS je weet na de toets wat je kunt, kent en eventueel nog zou moeten doornemen voor de summatieve toets (Cjfer!)
Je hebt 30 min voor de toets. Succes!

Slide 3 - Tekstslide

Overbrenging met vertraging of versnelling 

Basis idee: 
Met tandwielen van een verschillende afmeting kan een vertraging of versnelling worden gebouwd.     
Belangrijk: 
Met een vertraging kan je meer kracht uitoefenen, b.v. bij een hijskraan. 
Met een versnelling vergroot je de snelheid, b.v. bij een fiets. 

Slide 4 - Tekstslide

De draairichting bij tandwielen 
Basis idee: 
Twee gekoppelde tandwielen draaien altijd in tegengestelde richting. 
Als je een tussenwiel gebruikt, die dus in tegenovergestelde richting draait, draait het aangedreven tandwiel weer wel dezelfde kant op.  
Belangrijk: 
Tandwielen kunnen niet slippen. 
Als een tandwiel tegengehouden wordt, kunnen de tanden afbreken. 

Slide 5 - Tekstslide

Welke pijl hoort bij je volgwiel?
Volgwiel
1
2
A
1
B
2

Slide 6 - Quizvraag

Draait het volgwiel sneller, langzamer, of even snel?
Volgwiel
A
sneller
B
langzamer
C
even snel

Slide 7 - Quizvraag

Welke pijl hoort bij je volgwiel?
Volgwiel
1
2
A
1
B
2

Slide 8 - Quizvraag

Draait het volgwiel sneller, langzamer, of even langzaam?
Volgwiel
A
sneller
B
Langzamer
C
even langzaam

Slide 9 - Quizvraag

Welke pijl hoort bij je volgwiel?
Volgwiel
1
2
A
1
B
2

Slide 10 - Quizvraag

Draait het volgwiel sneller, langzamer, of even langzaam?
Volgwiel
A
sneller
B
langzamer
C
even langzaam

Slide 11 - Quizvraag

Draait het volgwiel sneller, langzamer, of even langzaam?
A
sneller
B
langzamer
C
even langzaam

Slide 12 - Quizvraag

Welk wiel draait goed, als de snaar in de richting van de blauwe pijl beweegt?
1
2
A
1
B
2

Slide 13 - Quizvraag

Als het kleine wiel rechtsom draait, draait het grote wiel
A
linksom
B
rechtsom
C
niet

Slide 14 - Quizvraag

Als het kleine wiel draait, draait het grote wiel
A
langzamer
B
sneller
C
niet

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide

Als het gele tandwiel
rechtsom draait, dan draait de paarse
A
linksom
B
rechtsom
C
niet

Slide 17 - Quizvraag

Als het gele tandwiel
rechtsom draait, dan draait de groene
A
linksom
B
rechtsom
C
niet

Slide 18 - Quizvraag

Als het kleine wiel X rechtsom draait, draait het grote wiel Y
X
Y
Z
A
linksom
B
rechtsom
C
niet

Slide 19 - Quizvraag

Als het kleine wiel X rechtsom draait, draait het grote wiel Z
X
Y
Z
A
linksom
B
rechtsom
C
niet

Slide 20 - Quizvraag

Als het kleine wiel X draait, draait het grote wiel Y
X
Y
Z
A
langzamer
B
sneller
C
niet

Slide 21 - Quizvraag

Als het kleine wiel X draait, draait het grote wiel Z
X
Y
Z
A
langzamer
B
sneller
C
niet

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Tekstslide

Als het kleine wiel draait, draait het grootste wiel
A
sneller
B
langzamer
C
niet

Slide 24 - Quizvraag

Slide 25 - Tekstslide

Als het kleine wiel draait, draait het grootste wiel
A
sneller
B
langzamer
C
niet

Slide 26 - Quizvraag

Als het kleine wiel rechtsom draait, draait het grote wiel
A
linksom
B
rechtsom
C
niet

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Tekstslide

Deze pomp werkt alleen maar
A
als het echt koud is
B
omdat de tandwielen dezelfde kant opdraaien
C
omdat de tandwielen een andere kant opdraaien
D
als het oranje wiel stil blijft staan

Slide 29 - Quizvraag

Slide 30 - Tekstslide

Deze pomp werkt alleen maar
A
als je warme en koude olie hebt
B
omdat de tandwielen dezelfde kant opdraaien
C
omdat de tandwielen een andere kant opdraaien
D
als het kleine wiel stil blijft staan

Slide 31 - Quizvraag

Slide 32 - Tekstslide

L
Wat ken en kun je al? Wat vind je nog moeilijk? Denk aan BILL
(Boek-Illustratie-Leerling-Leerkracht)
Succes met de toets !!

Slide 33 - Tekstslide

nog even dit als reminder...

Slide 34 - Tekstslide

bij een even aantal assen
veranderd de 
draairichting

Slide 35 - Tekstslide

Bij een oneven aantal   assen veranderd de                     draairichting
                  niet

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide