9.2 Goed geregeld

9.2 Goed geregeld (les 1)
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

9.2 Goed geregeld (les 1)

Slide 1 - Tekstslide

Homeostase
Je lichaam is in evenwicht
lichaamsprocessen verlopen alleen maar goed als de omstandigheden in je lichaam zo veel mogelijk constant zijn. Je lichaam probeert veranderingen dan ook zo snel mogelijk op te heffen.
  • Stoffen waarvan er te veel in je bloed komen, worden verwijderd. Dat heet uitscheiding
  • Stoffen waarvan er te weinig zijn, worden aangevuld.

Slide 2 - Tekstslide

Welke uitscheidingsorganen ken je nog?

Slide 3 - Open vraag

Uitscheidingsorganen

Slide 4 - Tekstslide

Welke stoffen in ons lichaam moeten in evenwicht blijven? (T2)

Slide 5 - Open vraag

Hoe regel je het glucosegehalte van je bloed?
  • Je lichaam heeft glucose nodig. Glucose is ‘brandstof’ voor je lichaam. Het geeft je energie om te bewegen, warm te blijven en voor alle processen die in je lichaam plaatsvinden.

  • Je lichaam regelt de hoeveelheid glucose in je bloed met twee hormonen: insuline en glucagon
  • Deze hormonen worden geproduceerd in de alvleesklier.

Slide 6 - Tekstslide

Bij diabetes/suikerziekte is je lichaam ook niet in balans. Wat is diabetes eigenlijk? (T1)

Slide 7 - Open vraag

Bloedsuikerspiegel = 
concentratie glucose in bloed

Wanneer is je bloedsuikerspiegel hoog?

Slide 8 - Tekstslide

Wat zijn gevolgen van een te lage bloedsuikerspiegel? (T1)

Slide 9 - Open vraag

Wat zijn de gevolgen van een te hoge bloedsuikerspiegel? (T2)

Slide 10 - Open vraag

Regeling van bloedsuikerspiegel
Glucose wordt omgezet tot glycogeen door insuline
Glycogeen wordt omgezet tot glucose door glucagon




Insuline en glucagon worden aangemaakt in de alvleesklier
Je bloedsuikerspiegel is erg hoog, welk hormoon wordt afgegeven?

Slide 11 - Tekstslide

Regeling van de hoeveelheid glucose in het bloed

Slide 12 - Tekstslide

Suikerziekte/Diabetes

Zelf geen homeostase brengen

De regeling van glucose werkt niet goed: 
  1. Cellen nemen te weinig glucose uit het bloed op -> moe
  2. De spieren en de lever slaan te weinig glucose op -> bloedglucose te hoog
  3. De nieren halen het teveel aan glucose uit het bloed en de patiënt plast het vervolgens uit (= test ziekenhuis)

Slide 13 - Tekstslide

Er zijn twee soorten diabetes

  • Bij diabetes type 1 zijn de alvleeskliercellen die insuline maken beschadigd. Hierdoor maakt de alvleesklier onvoldoende insuline.

  • Bij diabetes type 2 zijn de lichaamscellen ongevoelig geworden voor insuline. Hierdoor werkt het hormoon niet goed meer. Diabetes type 2 komt veel voor bij mensen met overgewicht, die weinig bewegen.

Slide 14 - Tekstslide

Open de link en maak de opdracht. Maak met mbv PrtScr een foto en upload je score.

https://biologiepagina.nl/Oefeningen/Insuline/glucoseregeling.htm

Slide 15 - Open vraag

Hoeveel procent was je score?

Slide 16 - Open vraag

Huiswerk
Maak de eerste helft van 9.2 voor de volgende les!

Slide 17 - Tekstslide

9.2 Goed geregeld (les 2)

Slide 18 - Tekstslide

Lesdoelen vorige les
- Ik weet wat homeostase is en hoe deze in het lichaam gehandhaafd wordt

- Ik ken de bloedsuikerspiegel en weet hoe deze gehandhaafd wordt

- Ik ken de verschillende typen diabetes

Slide 19 - Tekstslide

Je lichaam probeert in balans te blijven. Dit doet je lichaam aan de hand van regelkringen.
Welke term hoort er bij het in balans houden van je lichaam?

Slide 20 - Open vraag

Wat is je bloedsuikerspiegel?
A
Concentratie suiker in je lichaam
B
Concentratie suiker in je bloed
C
Concentratie glucose in je lichaam
D
Concentratie glucose in je bloed

Slide 21 - Quizvraag

Welke twee hormonen zorgen voor de homeostase bij de bloedsuikerspiegel
A
Glucagon & Glycogeen
B
Glucagon & Insuline
C
Glycogeen & Insuline
D
Glucose & Glycogeen

Slide 22 - Quizvraag

Wat is de functie van glucagon?
A
Omzetten glycogeen in glucose
B
Omzetten glucose in glycogeen
C
Afbreken insuline

Slide 23 - Quizvraag

Glucose kan worden omgezet tot glycogeen, dat kan worden opgeslagen. Waar in je lichaam wordt glycogeen opgeslagen?

Slide 24 - Open vraag

Open de link en maak de opdracht. Maak een foto van je score en upload deze hier.

https://biologiepagina.nl/Oefeningen/Insuline/glucoseregeling.htm
timer
3:00

Slide 25 - Open vraag

Lesdoelen deze les
- Je kent de functies van de lever 

- Je kent de functies van de nieren

- Je kent de onderdelen en werking van de nieren (VWO)


Slide 26 - Tekstslide

Wat is de functie van de lever?

Slide 27 - Open vraag

Via welke bloedvaten werkt de lever?

Slide 28 - Open vraag

De lever
  • Je lever zorgt voor opbouw, omzetting, afbraak, opslag en afvoer van stoffen.

  • De leverslagader voert bloed met zuurstof naar de lever.
  • Door de poortader komt bloed met stoffen die door de darmen zijn opgenomen.

  • Fabriek: opbouw/afbraak bepaalde stoffen die vervolgens (in bloed) naar leverader worden vervoerd.

Slide 29 - Tekstslide

De leverfabriek: Opbouwen en omzetten
- In je verteringsstelsel worden eiwitten afgebroken tot hun bouwstenen: aminozuren. De lever maakt van de aminozuren weer nieuwe eiwitten.

- De lever kan ook glucose omzetten in vet en van vet cholesterol maken.

Slide 30 - Tekstslide

De leverfabriek: Afbreken
- Als er te veel aminozuren in je bloed zitten, breekt je lever ze af. Daarbij ontstaat ureum. Die stof wordt door de nieren uitgescheiden.

- Je lever breekt ook giftige stoffen zoals medicijnen en alcohol af.

Slide 31 - Tekstslide

De leverfabriek: Afvoeren
- Via de gal die de lever maakt, worden afvalstoffen uitgescheiden

- Versleten rode bloedcellen -> afbraak in de milt -> Hemoglobine uit de rode bloedcellen wordt daarbij omgezet in bilirubine (een gele stof) -> bloed -> lever -> gemengd met gal en vervolgens via de ontlasting uitgescheiden.

Slide 32 - Tekstslide

Problemen met bilirubine
Bij baby's bilirubine soms niet goed afgevoerd via de gal

De concentratie bilirubine stijgt in het bloed

Gevolg = baby wordt gelig (= geelzucht)

Slide 33 - Tekstslide

Bilirubine zorgt voor de kleur van je ontlasting

Slide 34 - Tekstslide

De leverfabriek: Opslaan
- De lever slaat glucose op in de vorm van glycogeen.

- De lever slaat ook ijzer op. Dit ijzer is afkomstig van de hemoglobine uit versleten rode bloedcellen.

Slide 35 - Tekstslide

Wat doen je nieren eigenlijk?

Slide 36 - Open vraag

Via welke bloedvaten werken de nieren?

Slide 37 - Open vraag

De nieren
  • Via de nierslagaders komt er bloed met afvalstoffen in de nieren -> filteren -> gezuiverd bloed -> nieraders -> 
  • uitgefilterde afvalstoffen -> urine -> urineleiders -> blaas -> opslag tot plassen

  • Welke afvalstoffen?  giftige stoffen en afbraakproducten lever/alcohol/medicijnen, overtollig zout en vitaminen, overbodige stoffen (bijv. kleurstoffen)





Slide 38 - Tekstslide

De nieren en kleurstoffen


Sommige voedselwaren bevatten kleurstoffen die niet goed kunnen worden afgebroken.

Deze zullen uiteindelijk door de nieren uit het bloed worden gefilterd en gaan dus je urine in.

Voorbeelden zijn bijvoorbeeld rode bieten en cola.

Slide 39 - Tekstslide

In welke nieronderdelen ligt een nefron


Sommige voedselwaren bevatten kleurstoffen die niet goed kunnen worden afgebroken.

Deze zullen uiteindelijk door de nieren uit het bloed worden gefilterd en gaan dus je urine in.

Voorbeelden zijn bijvoorbeeld rode bieten en cola.

Slide 40 - Tekstslide

Nefron. Stap 1
  • Bloedplasma van aangevoerd bloed wordt door de hoge bloeddruk uit het bloedvat gefiltreerd (stap 1). Dit komt terecht in het nierkanaaltje.

  • Dit uitgefiltreerde bloedplasma bestaat uit water, zouten, glucose en afvalstoffen en noem je voorurine

  • Welke onderdelen moeten teruggewonnen worden?





Slide 41 - Tekstslide

Nefron. Stap 2
  • Voorurine komt in het nierkanaaltje

  • Alle bruikbare onderdelen van het voorurine wordt teruggewonnen door een proces genaamd resorptie

  • Waar gaat de voorurine heen?

  • Waar gaat het gezuiverde bloed heen?





Slide 42 - Tekstslide

Huiswerk 
9.2 maak de overige opdrachten




Slide 43 - Tekstslide