herhaling 1.1 - 1.3

Herhaling
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 14 min

Onderdelen in deze les

Herhaling

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
1.1.1 Je kunt beschrijven waar het vak nask over gaat.
1.1.2 Je kunt uitleggen wat een natuurverschijnsel is.
1.1.3 Je kunt beschrijven waar het vak biologie over gaat.
1.1.4 Je kunt met voorbeelden het verschil tussen natuurkunde en scheikunde uitleggen.


Slide 2 - Tekstslide

Een maag verteert eten en breekt voedingsstoffen in kleine stukjes.
A
Natuurkunde
B
Biologie
C
Scheikunde

Slide 3 - Quizvraag

De accu van telefoon opladen
De verbranding van een stuk hout
Het ademen van een insect
Biologie
Scheikunde
Natuurkunde

Slide 4 - Sleepvraag

Als een stof verandert in andere stoffen, dan hoort dat bij ....
A
Natuurkunde
B
Biologie
C
Scheikunde

Slide 5 - Quizvraag

Licht is WEL / NIET een natuurverschijnsel.
A
wel
B
niet

Slide 6 - Quizvraag

Hoort de zin bij natuurkunde of bij scheikunde?
Water bevriest in de koelkast
A
natuurkunde
B
scheikunde?

Slide 7 - Quizvraag

Hoort de zin bij natuurkunde of bij scheikunde?
Het kaarsvet van een brandende kaars verbrandt.
A
natuurkunde
B
scheikunde?

Slide 8 - Quizvraag

Onthoud
Natuurkunde en scheikunde gaan over natuurverschijnselen in de niet-levende natuur.
Biologie gaat over de levende natuur, dus over mensen, dieren en planten.

Natuurkunde en scheikunde gaan ook over stoffen.
Bij natuurkunde veranderen stoffen van toestand.
Bij scheikunde veranderen stoffen in andere stoffen.

Slide 9 - Tekstslide

Materialen en stoffen

Slide 10 - Tekstslide

leerdoel
Weten hoe je veilig met stoffen om moet gaan

Slide 11 - Tekstslide

Stoffen herken je aan...
A
Geur, kleur, lengte, breedte
B
Smaak, brandbaarheid, lengte, breedte
C
Geur, kleur, smaak, brandbaarheid
D
Smaak, brandbaarheid, hoogte, diepte

Slide 12 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor stoffen?
A
Spul
B
Materialen
C
Dingen
D
Eigenschappen

Slide 13 - Quizvraag

Glaswerk
bekerglas
erlenmeyer
horlogeglas
pipet
petrischaaltje
reageerbuis
trechter
maatcilinder

Slide 14 - Tekstslide

Andere Materialen
kroezentang
driepoot
gaasje
reageerbuisklem
spatel
reageerbuisborstel
spuitfles

Slide 15 - Tekstslide

Hoe herken je gevaarlijke stoffen?

gevarensymbolen, een pictogram


Slide 16 - Tekstslide

Hoe heet het glaswerk hiernaast?
A
Erlenmeyer
B
Reageerbuisje
C
Maatcilinder
D
Bekerglas

Slide 17 - Quizvraag

Een onderzoek begint altijd met een onderzoeksvraag.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Hoe heet het glaswerk hiernaast?
A
Erlenmeyer
B
Maatbeker
C
Maatcilinder
D
Bekerglas

Slide 19 - Quizvraag

Hoe heet het glaswerk hiernaast?
A
Erlenmeyer
B
Reageerbuisje
C
Maatcilinder
D
Bekerglas

Slide 20 - Quizvraag

Hoe heet het glaswerk hiernaast?
A
Erlenmeyer
B
Maatbeker
C
Maatcilinder
D
Bekerglas

Slide 21 - Quizvraag

Voorbereiding SO
Lees iedere dag de vetgedrukte woorden
Misschien kan iemand je overhoren?
Lees de stukjes Onthouden goed door
Kijk of je alle vragen begrijpt

Slide 22 - Tekstslide