Van breuken naar procenten

Hoe was het ook alweer
  • 1% is 1 van de 100
  • 1% is dus hetzelfde als 1:100 = 0,01
  • 8% is 8 van de 100
  • 8% is dus 8:100 = 0,08
  • 20% = 20:100 = 0,2
  • 42% =  42:100 = 0,42
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoe was het ook alweer
  • 1% is 1 van de 100
  • 1% is dus hetzelfde als 1:100 = 0,01
  • 8% is 8 van de 100
  • 8% is dus 8:100 = 0,08
  • 20% = 20:100 = 0,2
  • 42% =  42:100 = 0,42

Slide 1 - Tekstslide

is hetzelfde als
21
A
2%
B
5%
C
20%
D
50%

Slide 2 - Quizvraag

is hetzelfde als
41
A
4%
B
40%
C
25%
D
20%

Slide 3 - Quizvraag

is hetzelfde als
81
A
8%
B
12,5%
C
80%
D
25%

Slide 4 - Quizvraag

Van een breuk naar procenten

Slide 5 - Tekstslide

wat is meer
A
40%
B
1/2

Slide 6 - Quizvraag

wat is meer
A
3/4
B
80%

Slide 7 - Quizvraag

Hoe was het ook alweer


  • 50% = 50/100
  • vereenvoudigd is dat 1/2
  • 30% = 30/100
  • vereenvoudigd is dat 3/10

Slide 8 - Tekstslide

Van procenten naar breuk

Slide 9 - Tekstslide

Hoe was het ook alweer
  • 1% is 1 van de 100
  • 1% is dus hetzelfde als 1:100 = 0,01
  • 8% is 8 van de 100
  • 8% is dus 8:100 = 0,08
  • 20% = 20:100 = 0,2
  • 42% =  42:100 = 0,42

Slide 10 - Tekstslide

Korting in procenten

Een broek kost €80, er zit 40% korting op. Wat moet ik betalen?

  • 40% = 0,40
  • 0,40 x 80 = 32 (dat gaat er dus vanaf)
  • 80 - 32 = 48
  • Ik betaal €48 voor de broek

Slide 11 - Tekstslide

Korting in procenten

Een broek kost €80, er zit 40% korting op. Wat moet ik betalen?

  • 40% = 0,40
  • 0,40 x 80 = 32 (dat gaat er dus vanaf)
  • 80 - 32 = 48
  • Ik betaal €48 voor de broek

Slide 12 - Tekstslide

Korting in procenten

of:

Een broek kost €80, er zit 40% korting op. Wat moet ik betalen?

  • 60% = 0,60 (zoveel procent blijft over)
  • 0,60 x 80 = 48
  • Ik betaal € 48 voor de broek

Slide 13 - Tekstslide

Korting in procenten

of:

Een broek kost €80, er zit 40% korting op. Wat moet ik betalen?

  • 60% = 0,60 (zoveel procent blijft over)
  • 0,60 x 80 = 48
  • Ik betaal € 48 voor de broek

Slide 14 - Tekstslide



Er zijn 8600 zitplaatsen,
62,5 % is bezet.
Hoeveel plaatsen zijn bezet?
Rekenen met procenten
%
aantal

Slide 15 - Tekstslide



Er zijn 8600 zitplaatsen,
62,5 % is bezet.
Hoeveel plaatsen zijn bezet?

8600:100x62,5=5375
5375 plaatsen zijn bezet.
Rekenen met procenten
%
aantal
100
8600
1
62,5
5375
///

Slide 16 - Tekstslide