6KA - hulp- en transportmiddelen

Focus 2.3 - welke hulp- of transportmiddel gebruik je voor de opslag van goederen?
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
OpslagMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Focus 2.3 - welke hulp- of transportmiddel gebruik je voor de opslag van goederen?

Slide 1 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen
verticaal en horizontaal transport?

Slide 2 - Open vraag

Welke interne transportmiddelen
zijn geschikt voor horizontaal transport?

Slide 3 - Woordweb

Welke interne transportmiddelen
zijn geschikt voor verticaal transport?

Slide 4 - Woordweb

Intern transport vindt plaats binnen het magazijn zelf.
Extern transport is het goederenvervoer dat plaatsvindt buiten het bedrijf.

------------------------------------------------------------------------------

Een horizontaal transportmiddel verplaatst goederen zonder ze te heffen. (ook wel niet-heffend transportmiddel genoemd)

Een verticaal transportmiddel gebruik je voor het heffen en stapelen van goederen (ook wel heffend transportmiddel genoemd)

------------------------------------------------------------------------------

Veel verticale transportmiddelen kun je ook voor horizontaal transport gebruiken. Dit zijn tweedimensionale transportmiddelen.

Een transportmiddel dat alleen heen en weer kan bewegen, is een eendimensionaal transportmiddel.


Interne transportmiddelen
Horizontaal
Verticaal

Slide 5 - Tekstslide

Stapelaar                      = 

Magazijnwagen          = 

Trogtransporteur        = 

AGV                                 =

SBA                                  = 

Orderverzameltruck   = 
Welk transportmiddel is horizontaal of verticaal. 
Sleepvraag:
Horizontaal
Verticaal
Horizontaal & Verticaal
Horizontaal
Verticaal
Verticaal

Slide 6 - Sleepvraag

Sleep de omschrijving naar het juiste deel in de stelling.
Schap 
of 
Etage
Kolom 
of 
Sectie

Slide 7 - Sleepvraag

Slide 8 - Video

Een rollenbaan is
een voorbeeld van:
A
Een stationair transportmiddel
B
Een dynamisch transportmiddel

Slide 9 - Quizvraag

Welke andere stationaire
transportmiddelen ken je?

Slide 10 - Woordweb

Welk ITM is volgens jou het meest geschikt? 
Verbind het juiste transportmiddel naar de bijhorende situatie.
Een vrachtwagen met 1000 losse dozen moet gelost worden. De dozen worden opgeslagen in een legbordstelling.
Een vrachtwagen levert Scaniamotoren die op een pallet staan.
Je slaat kleine losse dozen op in een legbordstelling.
Je moet palletten verplaatsen die opgeslagen zijn in een palletstelling in een smalle gang.
Een heftruck
Een combitruck of driewegtruck
Een wieltjesbaan of rollenbaan
Een magazijnwagen

Slide 11 - Sleepvraag

1

Slide 12 - Video

00:29
Waarom is de transportband het meest geschikte transportmiddel om de vrachtwagen te lossen?

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide


Hoe  goed hebben jullie 
deze leerstof al onder de knie?
😒🙁😐🙂😃

Slide 15 - Poll

Slide 16 - Link

Wens je extra hulp bij het verwerken
van deze leerstof?
Ja
Nee

Slide 17 - Poll

Het stoplicht

Slide 18 - Tekstslide

Toetsmogelijkheid
  • Toetsen inplannen
  • Controle tijdens toets (groen: bezig met de toets, rood: ander tabblad open)
  • Nakijken kan voor een groot deel van de vragen automatisch gebeuren
  • LessonUp berekent zelf het punt
  • Toets kan nabesproken worden door de functie 'toetsinzage' te gebruiken

Slide 19 - Tekstslide