Thema 4 Sporten
1 / 50
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Hoeveel botten heeft een volwassen mens?
A
106
B
206
C
155
D
81
Slide 2 - Quizvraag
Wat zijn de functies van het skelet?
A
stevigheid en vorm
B
stevigheid, vorm en bescherming
C
stevigheid, vorm, bescherming en beweging
D
stevigheid, vorm, bescherming, beweging en stilstaan
Slide 3 - Quizvraag
Wat zie je hiernaast?
A
borstbeen
B
romp
C
schedel
D
skelet
Slide 4 - Quizvraag
De ellepijp...
A
zit tussen schouder en elleboog
B
zit tussen elleboog en pols
C
zit tussen heup en knie
D
zit tussen knie en enkel
Slide 5 - Quizvraag
Soort beenverbinding?
A
koppelgewricht
B
scharniergewricht
C
kogelgewricht
D
rolgewricht
Slide 6 - Quizvraag
In de afbeelding zijn enkele beenverbindingen getekend.
Bij welk van deze beenverbindingen is de meeste beweging mogelijk?
Bij welk van deze beenverbindingen is de meeste beweging mogelijk?
A
bij nummer 1
B
bij nummer 2
C
bij nummer 3
Slide 7 - Quizvraag
Wat voor beenverbinding is de knie?
A
Kraakbeenverbinding
B
Vergroeid
C
Gewricht
D
Naden (naadverbinding)
Slide 8 - Quizvraag
Hoe noem je deze beenverbinding?
A
Gewricht
B
Vergroeid
C
Kraakbeen
D
Naad
Slide 9 - Quizvraag
Hoe noemen we het orgaanstelsel dat uit spieren bestaat?
Slide 10 - Open vraag
Spieren zorgen dat mij .... bewegen.
A
gewrichten
B
botten
Slide 11 - Quizvraag
Een spier wordt korter als deze aanspant
A
ja
B
nee
Slide 12 - Quizvraag
Slapen op je buik is een goede slaaphouding, omdat je dan met een holle rug ligt.
A
waar
B
niet waar
Slide 13 - Quizvraag
Welke houding is goed?
A
Links
B
Rechts
C
Beide
D
Geen van beide
Slide 14 - Quizvraag
Hoe kun je het beste
je tas dragen?
je tas dragen?
A
persoon 2
B
persoon 3
C
persoon 4
Slide 15 - Quizvraag
Sharon heeft tijdens het skiën scheenbeen gebroken en moet naar het ziekenhuis. hierna staat wat er in het ziekenhuis is gebeurt. zet ze op volgorden.
1
2
3
Sharon krijgt gipsverband om haar been.
De arts zet de scheenbeen op goede stand.
De arts laat een rontgenfoto maken.
Slide 16 - Sleepvraag
Wat is geen blessure?
A
verstuikte enkel
B
schouder uit de kom
C
hoofdpijn
D
gebroken arm
