Voorbereiding microscopie practica TL3

Voorbereiding microscopie practica
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Voorbereiding microscopie practica

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel

1.  Je leert wat een natuurgetrouwe- en een schematische tekening is

2.  Je leert goed te kijken naar kenmerken van organismen

3.  Je leert te tekenen: natuurgetrouw en schematisch

4.  Je leert wat een buitenaanzicht is

5. Je leert wat een lengte- en dwarsdoorsnede is

6. Je leert de onderdelen van een plantaardige cel en een dierlijke cel





Slide 2 - Tekstslide

Je krijgt 3 practica
-Rode ui
-Waterpest
-Wangslijmvlies

Slide 3 - Tekstslide

Wat doen we vandaag?
-Tekenen + tekenregels oefenen
-Werken met de microscoop oefenen
-Onderdelen van de cellen oefenen

Slide 4 - Tekstslide

Tekenen

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een natuurgetrouwe tekening?

Slide 6 - Open vraag

Wat is een schematische tekening?

Slide 7 - Open vraag

Wat is een buitenaanzicht?

Slide 8 - Open vraag

Wat is een dwarsdoorsnede?

Slide 9 - Open vraag

Tekenen
Bij biologie wordt vaak getekend. Om dat te doen moet je kijken
naar de kenmerken van een organisme. 

Soms ga je een natuurgetrouwe tekening maken. Dan teken je alles heel nauwkeurig.

Als je een schematische tekening maakt, teken je alleen de belangrijkste kenmerken.
Foto
Wat voor tekening is dit?
natuurgetrouwe tekening
Wat voor tekening is dit?
schematische tekening
Waarnemen:
Je kunt met 'het blote oog' kijken.

Door een loep te gebruiken zie je iets ongeveer 10x vergroot.
Als je een cel wilt bestuderen gebruik je een microscoop (vergroot 40, 100, 400 x)

Slide 10 - Tekstslide

Buitenaanzicht ---
Lengte- en dwarsdoorsnede
Als je een tekening van het buitenaanzicht maakt, teken je wat je van de buitenkant van het organisme ziet.

Als je een lengtedoorsnede maakt, zie je een stuk van de binnenkant. Je snijdt het organisme dan in de lengte door.

Als je een dwarsdoorsnede maakt, zie je ook een stuk van de binnenkant. Je snijdt het organisme dan dwars door.
Welk soort tekening kun je hiervan maken?
Hiervan kun je een tekening maken van het buitenaanzicht.
Welke doorsnede is dit?
Lengtedoorsnede
Welke doorsnede is dit?
Dwarsdoorsnede
Als je gaat tekenen, ziet de tekening van de dwarsdoorsnede er heel anders uit dan die van de lengtedoorsnede.
Als je een lengtedoorsnede 
of dwarsdoorsnede maakt, 
'snij je door het midden'!

Slide 11 - Tekstslide

Tekenregels

Schematische tekening

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Even oefenen

Je maakt 3 tekeningen van de appel:

* een natuurgetrouwe tekening van het buitenaanzicht
* een schematische tekening van de lengtedoorsnede
* een schematische tekening van de dwarsdoorsnede
* een cel die je zou kunnen vinden in een appel

Slide 14 - Tekstslide

Microscopie

Dierlijke & plantaardige cel

Slide 15 - Tekstslide

De microscoop
Oefening

Weet jij alle 
onderdelen
nog?
oculair
tubus
revolver
objectief
tafel
statief
grote schroef
kleine schroef
lamp
diafragma
voet
preparaatklem

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Verschillen dierlijke- en plantaardige cel
- Schrijf in je schrift de onderdelen van de dierlijke cel
- Schrijf in je schrift de onderdelen van de plantaardige cel
- Welke onderdelen heeft de plantaardige cel wel en de dierlijke    cel niet?

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Plantaardige cellen
De celwand is een soort doosje dat om een cel heen zit. Gelijk daarbinnen vinden we het celmembraan. Dit is het eigenlijke buitenste laagje van de cel en zorgt ervoor dat niet alles zo maar de cel in of uit kan. Het cytoplasma is een stroperige vloeistof die bestaat uit water met daarin opgeloste stoffen en eiwitten. In het cytoplasma liggen de bladgroenkorrels die glucose maken. In het cytoplasma ligt ook de celkern. Dit is het onderdeel dat alle processen in de cel regelt. In het midden van de cel vinden we een vacuole, een blaasje dat gevuld is met (vooral) water. De cellen sluiten niet overal precies op ekaar aan hierdoor ontstaan intercellulaire ruimten
In sommige cellen (niet op de afbeelding) zitten dan ook nog zetmeelkorrels en/of kleurstofkorrels.
Niet alle cellen bevatten al deze onderdelen. Wortelcellen bijvoorbeeld hebben (bijna) nooit bladgroenkorrels.

celwand
1
cytoplasma met bladgroenkorrels
4
celkern
5
cytoplasma
3
celmembraan
2
vacuole
6
intercellulaire ruimte
7

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Tekstslide

Wangslijmvlies van een mens

Slide 23 - Tekstslide

Waterpest

Slide 24 - Tekstslide

Let op: Practica 

Practicum : rode uiencel; hoe je het preparaat maakt, heb je gezien in het filmpje

Practicum : wangslijmvliescel van een mens; het preparaat maak je door een druppel eosine op een objectglas te doen, met een roerstaafje langs de wang te schrapen en dit in de druppel eosine te stoppen. Dekglas erop en kijken

Practicum : waterpest. Kijk goed naar de chloroplasten!

Slide 25 - Tekstslide

Wat ga je nu doen?
- Bespreken/nakijken huiswerk 
- Afmaken t/m BS4
- Test jezelf maken van BS 1 t/m 4
- Oefenen met de microscoop (vraag docent)
- Of je doet mee mee met de les of je werkt individueel!

Slide 26 - Tekstslide