In deze les zitten 14 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Kapitel 3
Slide 1 - Tekstslide
Periode 2
Luistertoets (SO) week 4
Leestoets (PW) week 5
PO vlog week 10
Proefwerkweek week 11+12
Slide 2 - Tekstslide
Was machen wir heute?
zehn Minuten Lesen
Hörprüfung
Haben üben
Lesen
Anfang Kapitel 3
Slide 3 - Tekstslide
lezen
10 minuten in stilte lezen
timer
10:00
Slide 4 - Tekstslide
Luistertoets
Je gaat een luistertoets maken
- Lees altijd eerst de vraag en bij een meerkeuzevraag ook de antwoorden , dan weet je waar je op moet letten.
- Luister naar de inleiding dan weet je al een beetje waar het over gaat.
- Concentreer je!
- Luister het hele fragment af!!
Slide 5 - Tekstslide
Knut an der Nordsee
Je gaat een briefwisseling lezen tussen Knut en zijn grootouders. In classroom staat de eerste brief van een serie van 5 klaar.
Lees de brief en beantwoord de vragen
Slide 6 - Tekstslide
Wat is typisch Duits eten?
Slide 7 - Woordweb
Übung 1, 3 & 4
Lees mee en luister mee naar de uitleg van opdracht 1 t/m 3.
opdracht 1, (Seite 80)
A: Hoe vaak zingen "deine Freunde" Chocola in het lied?
B: Schrijf nog 4 ander levensmiddelen op die in het lied genoemd worden.
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Übung 3 & 4
Übung 3, Hören (Seite 81) Luister het fragment tussen kelner en gast en onderstreep wat de gast besteld.
Übung 4: Zoek uit elke rij een woord of deel van een zin en maak hiermee een kloppende zin. LET OP: kijk ook naar de juiste vervoeging van het werkwoord.
Slide 10 - Tekstslide
Haben oefenen ronde 1
Let op, ik wijs iemand aan ,ik zeg ich degene die ik aanwijs zeg habe, ik wijs de volgende aan, ik zeg du, degene die ik aanwijs zegt hast. Deze ronde krijg je nog een hulpmiddel:
ich habe
du hast
er/sie/es hat
wir haben
ihr habt
sie haben / Sie haben
Slide 11 - Tekstslide
Haben oefenen ronde 2
Let op, zelfde alleen zegt degene die ik aanwijs nu zelf ich, du ..
ich habe
du hast
er/sie/es hat
wir haben
ihr habt
sie haben / Sie haben
Slide 12 - Tekstslide
Haben oefenen ronde 3
Let op, zelfde alleen zegt degene die ik aanwijs nu zelf ich, du ..
