Injecteren BBL 13-3

Injecteren
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Injecteren

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Even opfrissen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In welke wet is bepaald dat beroepsbeoefenaren bevoegd zijn om recepten voor geneesmiddelen te schrijven.
A
WGBO
B
Wkkgz
C
Wet BIG
D
ZVW

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Voorbereiding zorgvrager
  • bereid de patiënt voor op medicatie toediening
  • doel
  • effect
  • wijze van toediening
  • verwachte werkingsduur 
  • bijverschijnselen e.d.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorafgaand aan injectie
  • bezit ik de kennis een vaardigheden
  • ben ik bevoegd en bekwaam
  • handelen volgens protocol
  • ken ik de indicaties en contra indicaties
  • kan ik handelen in onverwachte situaties
  • uitvoeringsverzoek


Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

de huid

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is injecteren?
  • Een naald in onderliggend weefsel inbrengen me als doel; 
       medicatie toedienen . 
  • Door middel van steriele spuit, steriele holle naald.
  • Voordeel: medicijn wordt snel opgenomen.                                                            zorgvrager hoeft niets te slikken
  • Nadeel: huid raakt beschadigd en is pijnlijk 
         Is injecteren enteraal of parenteraal toedienen? 


Slide 9 - Tekstslide

Parenteraal is de toedieningsvorm van geneesmiddelen of voeding anders dan via het maag-darmstelsel (enteraal).

 Parenterale toedieningsvormen zijn bijvoorbeeld: injectie (subcutaan, intradermaal, intramusculair)
Subcutaan injecteren
- In het onderhuids weefsel.
- 45° graden spuiten.
- Huidplooi techniek.
- Bij onder andere insuline loodrecht met een kleine naald. Wel met huidplooi.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat wordt bedoeld met een dubbelcheck?

Slide 11 - Open vraag

dubbelcheck op regel van 8
1. naam & geboortedatum 
2.aanbreek en vervaldatum
3. kleur & substantie
4. temperatuur
5. toedieningswijze
6. toedieningstijdstip
7. soort medicatie
8. dosering

veiligheidsnaald
naaldenbekers

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kortwerkende insuline werkt ...
A
2-4 uur
B
4-8 uur
C
6-8 uur
D
8-10 uur

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Langwerkende insuline werkt ongeveer ...
A
12 uur
B
18 uur
C
24 uur
D
30 uur

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Op welke manieren kan insuline toegediend worden?

Slide 16 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Antwoorden
  • Insuline pomp onder de huid (inwendig).
  • Kunststof katheter onder de huid buik met kastje (uitwendig).
  • Middels een insuline spuitenpomp.
  • Middels injectie. 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel EH mag je maximaal per keer spuiten?
A
30 EH
B
40 EH
C
50 EH
D
60 EH

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Antistolling toedienen:

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Medicatie tegen stolling
Stap 1: remming bloedplaatjes

- Stap 1 in de bloedstolling 
- Gaan kleven bij een beschadiging van het bloedvat 
-Worden geremd door trombocytenaggregatieremmers zoals: 
    -acetylsalicylzuur 
    -Ascal 
    -clopidogrel 


Stap 2: remming stollingsfactoren

- Stap 2 in de bloedstolling 
- Zorgen voor de aanmaak van fibrinedraden 
- Worden geremd door anticoagulantia zoals: 
    - acenocoumarol 
    - heparine 
    - Fragmin 
Nieuwe middelen: rivaroxaban, apixaban, dagibatran.  


Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overige zaken over antistolling
Middelen die stolling vertragen 
- Curatief (causaal): bij hartinfarct, trombose, longembolie, herseninfarct door 
                                     plaque. 
- Preventief:  
      Primaire preventie: Soms bij hypertensie, of bewezen stollingsstoornis.  
      Secundaire preventie: Na hartinfarct/herseninfarct e.d.  

Middelen die stolling bevorderen (gaan we nu niet behandelen!)  
- Zoals Vitamine K, of medicatie voor hemofilie  
- Maar ook: bloedplaatje in transfusie 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Kant en klare injectie
luchtbel niet verwijderen  
Kant en klare injecties
Luchtbel niet verwijderen

Slide 25 - Tekstslide

De luchtbel zorgt ervoor dat alle medicatie gespoten wordt en er niets achterblijft in de naald
Fraxiparine
Fraxiparine = bloedverdunner
Fraxiparine zorgt ervoor dat je bloed minder snel stolt.
 Fraxiparine wordt 1 x per dag vlak onder de huid geïnjecteerd. 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen therapeutisch en profylactisch fraxiparine injecteren?

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke subcutane injectietechniek gebruik je voor het injecteren van fraxiparine?
A
Loodrechttechniek
B
Huidplooitechniek
C
Loodrechte huidplooitechniek

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

'Waar spuit je de fraxiparine?

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

voorbereiding les vlindernaaldje
lees Vilans protocol subcutane canule inbrengen 
lees Vilans protocol subcutane pijnbestrijding 

Je krijgt hiervoor 10 minuten 
timer
10:00

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Injectieplaatsen vlindernaaldje

bovenbeen
buik  (minimaal 4 vingerbreedtes van de navel)
bovenarm
onder het sleutelbeen
flank

Gebruik de no-touchtechniek.
 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aandachtspunten
  • zorg dat het naaldje goed gefixeerd wordt.
  • bij toedienen van 2 soorten medicatie wordt geadviseerd 2 naaldjes te plaatsen
  • overleg bij gebruik van naaldje met lange canule hoe er omgegaan gaat worden met vulling slang
  • maximale toediening is 2 ml per keer

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke zorgvragers wordt een vlindernaaldje toegepast?

Slide 34 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoelang mag een vlindernaaldje ongeveer blijven zitten voordat hij gewisseld wordt?
A
1 dag
B
1 week
C
2 dagen
D
3 dagen

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Moet de huid met alcohol gedesinfecteerd worden voordat het vlindernaaldje geplaatst wordt?
A
ja
B
nee

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat is palliatieve sedatie?

Slide 37 - Woordweb

Palliatieve sedatie is het opzettelijk verlagen van het bewustzijn van een cliënt in de laatste levensfase met hulp van medicijnen. Het doel van palliatieve sedatie is lijden verlichten (en niet het leven te verkorten of eindigen) door verlagen van het bewustzijn.
Palliatieve sedatie
is het opzettelijk verlagen van het bewustzijn in de laatste levensfase met als doel het lijden van de patiënt te verlichten.

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies