Communicatie 2, week 5

Communicatie 2
week 5
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
CommunicatieMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Communicatie 2
week 5

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • Herhaling helpend gesprek
  • Opdracht in groepjes 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht
  • groepjes van 4
  • bedenk een casus voor een helpend gesprek 
  • oefen in rollenspel
  • daarna in klas uitspelen, rest geeft feedback

Slide 7 - Tekstslide

Dinsdag

Slide 8 - Tekstslide

Motiverende gesprekstechnieken

Slide 9 - Tekstslide

Wat weet je van motiverende
gesprekstechnieken

Slide 10 - Woordweb

Slide 11 - Video

Naar aanleiding van het filmpje:
Wat is het doel van motiverende gesprekstechniek?
A
Motiveren
B
Gedragsverandering
C
Informatie
D
Ontwikkeling

Slide 12 - Quizvraag

Motiverende gesprekstechnieken

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Sleep de fases naar de juiste betekenis
Engareren (een relatie opbouwen)
Focussen
Ontlokken
Plannen
Fase 1
Fase 2
Fase 3
Fase 4

Slide 17 - Sleepvraag

Fase 1: engageren
Fase 1 betreft de mate waarin iemand zich een comfortabele en actieve deelnemer in het gesprek voelt. Engageren is het proces van het vestigen van een helpende relatie die zich kenmerkt door wederzijds vertrouwen en respect. 

Valkuilen; 
- Deskundigheid;
- Voortijdig focussen;
- Etiketteren;
- Schuldvraag.  

Bevorderende factoren
1. Wensen of doelen: wat hoopte je toen je erheen ging? Waar ben je naar op zoek?
2. Belang: hoe belangrijks is het waar je naar op zoek bent, welke prioriteit heeft het?

Slide 18 - Tekstslide

Fase 2: focussen
Focussen is een doorgaand proces van richting zoeken en behouden. Het proces van focussen bij MGV gaat om het vinden van die richting en daarbinnen meer specifieke en haalbare doelen

Doelen:
Agenda bespreken en begrijpen

Drie focusbronnen
1 de patiënt (mensen komen zelf en hebben hulpvraag)
2 de setting (bijv gedwongen opname)
3 de expertise van de hulpverlener (wanneer de hulpverlener in verloop van gesprek een ander soort verander idee krijgt)

Bij focussen kun je zowel sturen, volgen en gidsen waarbij de laatste vorm de meest effectieve is. Soms is een koers duidelijk en soms moet je samen een focus kiezen. Met name als er complexe problematiek speelt.

Slide 19 - Tekstslide

Fase 3: ontlokken

Ontlokken is gericht op verandertaal en motivatie

Doelen:
- toestemming vragen
- exploreren wat de patiënt al weet
- navragen wat hij nog wil weten
 


Verandertaal en behoudtaal

Slide 20 - Tekstslide

Fase 4: plannen
Fase 4 bestaat uit drie scenario’s : 
1. Het veranderplan is al duidelijk, 
2. route kiezen uit verschillende opties;
3. de weg naar het doel is nog niet duidelijk zichtbaar.

Slide 21 - Tekstslide

To do or not to do
Do
Don't
De ander overtuigen
Gesloten vragen
Oordelen
Confronteren
Open vragen
Samen onderzoeken
Samenvatten
Bevestigen & erkennen
Je visie opleggen
Empathie tonen
Dwingen
Strijd
Samenwerking

Slide 22 - Sleepvraag

10 basis gesprekstechnieken
  1. Stel open vragen
  2. Bevestig de uitspraken
  3. Luister reflectief
  4. Neem ANNA mee (Altijd Navragen, Nooit zomaar Aannemen)
  5. LSD (Luisteren, Samenvatten en Doorvragen)
  6. Neem OMA mee (niet Oordelen, geen Mening of Advies geven)
  7. Lok verandertaal uit
  8. Reageren op verandertaal
  9. Probeer het vertrouwen van de cliënt in zichzelf te vergroten
  10. Omgaan met weerstand

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

4 soorten Verandertaal

Slide 25 - Tekstslide

Verandertaal hoe doe je dat?

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Eindopdracht
  • rollenspel in de klas met motiverende gesprekstechnieken
  • week 8 of 9 (na de vakantie)
  • eigen casus 
  • reflectieverslag volgens STARRT (zie Teams) n.a.v. feedback

Slide 28 - Tekstslide

Voorbereiden
Boom: communicatie en gedrag Thema 7
Toets thema 7. 


Slide 29 - Tekstslide